Vredesonderhandelingen onder Calvo Sotelo

In 1981, met Calvo Sotelo aan het hoofd van de regering, werden onderhandelingen gevoerd tussen de Minister van Binnenlandse Zaken, Juan José Rosón, en hoogstgeplaatste vertegenwoordigers van ETA-pm. Als bemiddelaars werden Mario Onaindía (*), secretaris-generaal van EE-Euskadiko Ezkerra en Juan María Bandrés, van dezelfde partij aangeduid.

(*) Mario Onaindía, werd geboren in 1948 in Bilbao. In 1969 werd hij door de politie van het Francoregime aangehouden, op beschuldiging van het lidmaatschap van ETA.

Hij zat acht jaar in de gevangenis. Na zijn vrijlating werd hij gekozen tot algemeen secretaris van de socialistische en autonomistische partij van Baskenland. Hij bleef dat tot 1984, waarna hij ging studeren (Engelse en Spaanse taalkunde). Van 1987 tot 1989 volgde hij een studie filmscenarioschrijven in Brussel. Hij overleed te Vitoria, op 31 augustus 2003.

Die onderhandelingsronde behaalde een bescheiden succes: “El Plan de Reinserción Social”, een plan voor sociale herintegratie van Etarras en ballingen. Minister Rosón aanvaardde op voorwaarde dat de betrokkenen (die dus een soort amnestie kregen) geen bloeddelicten hadden gepleegd en dat de leden van ETA-pm 7 de Assemblee (die meer opteerden voor de politieke weg) zichzelf zouden opheffen.

In hun boek “Lobo. Un topo en las entrañas de ETA” (El Lobo. Een mol in de ingewanden van ETA), halen Antonio Rubio en Manuel Cerdán het volgende aan: “De onderhandelingen functioneerden en op 30 september 1982 konden wij de ontbinding van “ETA-pm 7 de Assemblee” meemaken”. Een merendeel van de leden integreerde zich in de coalitie EE-Euskadiko Ezkerra en een paar hiervan later in de PSOE. In 2 jaar tijd werden ruim 150 leden uit de gevangenissen vrijgelaten of keerden van hun toevluchtsoord in Frankrijk terug om zich te integreren. Een paar dissidenten, de “octavos” genoemd (8 ste Asamblea), wilden de gewapende strijd verder zetten en vervoegden ETA-militar, die kort daarop gewoonweg ETA werd genoemd.

>>>>>>>>