Proces nietigverklaring Batasuna

09 januari 2003

In het Proces tegen Batasuna in Madrid kwamen op 9 januari 2003 dertien Ertzainas (Baskische politiemannen) getuigen en niemand bracht nieuwe bewijzen aan die de nietigverklaring van Batasuna zouden kunnen rechtvaardigen. De Ertzainas waren opgeroepen door de Openbare Aanklager, Luzón. Het ging over vier manifestaties van voorbije zomer in Donostia en in Lezo.

    1. Op de manifestatie van 11 augustus 2002 in Donostia deed er zich volgens de Ertzainas slechts één incident voor toen een betoger een cameraman wilde aanvallen, maar hij werd door andere betogers tegengehouden. Hoewel één agent leuzen ten voordele van ETA had gehoord, ontkenden de overigen dit. Zeker de Batasunaleiders, Otegi, Permach, Joseba Alvarez, Jon Salaberria, Josetxo Ibazeta noch Iñigo Balda hadden niets dergelijks geroepen. De agent die het proces-verbaal had opgemaakt, herinnerde aan dat het feit dat de spreker van dienst, Joseba Alvarez, “Leve ETA” zou geroepen hebben enkel werd vermeld door de krant “El Mundo”. Verder verklaarde hij dat op al de video’s die ze hadden kunnen bekijken (TVE, Tele5, ETB, TV3, Canal 9, TVG én hun eigen opname) ze evenmin hadden kunnen horen dat Iñigo Balda het zou geroepen hebben. “Alvarez had alleen de term ‘guda’ (oorlog) gebruikt in verband met de politiek van Aznar tegen Baskenland. Het woord ‘Borroka’ (strijd) had hij gebruikt als antwoord van de linkse nationalisten op die politiek. Joseba Alvarez zou iets in de zin van: “Als Aznar oorlog wil dan kan hij die krijgen”, gezegd hebben.

    2. De tweede manifestatie vond plaats bij de Grote Dag van de feestweek (Aste Nagusia) van Donostia op 15 augustus 2002, toen de Linkse Nationalisten protesteerden tegen de Spaanse vlag aan het Stadhuis. Op het einde van deze protestmeeting staken enkele gemaskerde personen een plastic spandoek met daarop de Spaanse kleuren in brand om daarop, “niet geïdentificeerd” in de massa te verdwijnen. Een obligaat einde van een dergelijke manifestatie waarbij meestal ook nog een Franse vlag in vlammen opgaat. Het onderzoek hieromtrent ging pas van start nadat de krant El Mundo er gewag van maakte! De agent van dienst merkte op dat de hij enkel de leuze “JO TA KE IRBAZI ARTE” hoorde (Zonder rusten naar de overwinning), een slagzin die trouwens ook tijdens voetbalwedstrijden wordt gescandeerd!

    3. De derde manifestatie vond plaats op 17 augustus 2002 toen Patxi Eskitxabel na 22 jaar uit de gevangenis terug kwam. Het enige mogelijk strafbaar feit vond plaats toen een vertegenwoordiger van Batasuna aan Eskitxabel toch wel het lef hem had een ruiker bloemen te overhandigden!

    4. De vierde manifestatie vond op 17 juli 2002 plaats in het naburige LEZO als protest tegen de uitwijzingen en uitleveringen. Hierbij werd zelfs de Batasuna-burgemeester en één schepen van Lezo gearresteerd. De Ertzainas verklaarden de manifestatie onderbroken te hebben, omdat er een spandoek werd meegedragen met het anagram van (de verboden organisatie) Gestoras Pro-Amnistia. Ze ontkenden “leve ETA” gehoord te hebben. Er ging eveneens aandacht naar het feit dat bij deze betoging een auto van de gemeentepolitie voorop reed. Eén van de agenten verklaarde dat de auto er toevallig was om het verkeer te regelen, terwijl een tweede zei dat “andere burgemeesters van andere partijen hetzelfde doen bij andere manifestaties.”

De Ertzainas bleven anoniem en ze getuigden van achter een scherm.

En met deze futiliteiten houdt “één der meest geavanceerde landen van de wereld”, geleid door “democraten” (om de woorden van Aznar te gebruiken) zich een hele dag bezig!

10 januari 2003

Het tweede “getuigen”-verhoor in het Batasuna-proces in het Hooggerechtshof in Madrid greep plaats op 10 januari 2003.

De Ondergedelegeerde van de Spaanse Regering in Baskenland, Foncillas, wees het Batasuna-raadslid van Donostia, Josetxo Ibazeta aan als de persoon die op een bijeenkomst van 16 juli 2002, “Leve ETA” riep en dit met opgestoken vuist. Foncillas diende echter eerst op een papiertje te kijken om de naam te controleren, “omdat het een Baskische naam was”. Foncillas was geen moment met Ibazeta samen, maar: “Ik werd op de hoogte gebracht inwoners van San Sebastián”. Iñigo Iruin, Batasuna-verdediger, vroeg hem daarop of hij nog een naam van een ander Batasuna-raadslid van Donostia kon noemen, maar dat kon Foncillas niet!

Ook de PP-senator voor Gipuzkoa, Gonzalo Quiroga, en de Zeemachtcommandant, Carlos Galindo, maakten hun opwachting. Zij hielden een lofrede over de viering van de patrones van de Zeemacht, in Donostia. Na de mis gingen ze een glas “Spaanse wijn” drinken in de Club Náutico. Daartegen kwam Josetxe Ibazeta protesteren door “Leve ETA” roepen. Maar ook Quiroga kon niet bevestigen of Ibazeta wel geroepen had. Galindo kon dit wel “want hij had het de volgende dag gelezen in de pers!”

De burgemeester van Vitoria-Gasteiz, Alfonso Alonso, verklaarde dat Batasuna de aanslagen van ETA niet veroordeelde en dat Batasuna de raadsleden van de PP, UA en de PSOE had gedwongen lijfwachten in dienst te nemen. Hijzelf nam als burgemeester het initiatief om het reglement van de start van de feestweek te wijzigen om zodoende te beletten dat de vuurpijl met de feesten van “la Virgen Blanca” door een Batasunaraadslid werd afgeschoten. Maar hij had niet kunnen beletten dat twee minuten vóór tijd José Enrique Bert (Batasuna-raadslid) de vuurpijl had gepakt en afgeschoten. Daarop verklaarde Bert dat hij een vuurpijl had afgeschoten van op het balkon van een privé woning. Niets “gepakt”, dus!

Alfonso Alonso verklaarde ook nog: “dat zelfs zuigelingen weten dat Batasuna hetzelfde is als ETA.“ Een argument om iedereen onder tafel te vegen!

Verder kwam ook nog de burgemeester van Lasarte-Oria, Ana Urchueguía getuigen. Ze vertelde nog over het incident in het fronton van Atano III in Donostia, toen ze met ijsblokjes uit de Cuba’s (Cuba Libre) werd bekogeld, maar ze kon niet zeggen wie gegooid had: “maar wel dat de Burgemeester van Hernani, die van Batasuna is, de vuist op stak…”

Er kwamen nog Guardia Civiles getuigen, maar ze brachten geen enkel bewijs aan waaruit de relatie Batasuna-ETA bleek. Zielig allemaal, maar toch zal Batasuna verboden worden.

14 januari 2003

Nieuwe zittingsdag met getuigenverhoor in het Hooggerechtshof in het “Proces Batasuna”. Twee oversten van de Guardia Civil kwamen een leugen herhalen uit een eerdere verklaring die in 1997 verscheen en waarin beweerd werd dat na de dictatuur, ETA de oprichting van de partijen EIA en EE stimuleerde (na de 7de assemblee van ETA-pm in 1976) en waarmee “ETA de Staat wilde destabiliseren vanuit zijn structuren.” (EE is ontstaan nadat ETA-pm, ETA politico militar, zichzelf had opgeheven. Met wat moeite kunt u stellen dat EE uit ETA voortkomt, maar beweren dat ETA de oprichting stimuleerde is dus volkomen fout, en daaruit het gevolg trekken dat de leden van EE, ETA-aanhangers zijn is vreselijk overdreven.

Het enige “bewijs” hiervan was een vermelding van de terroristische organisatie in haar “nieuwsblad”, Zutik, van november ‘76. De Guardias waren echter niet in staat om maar één enkel document aan te brengen, waarin bewezen werd dat ETA de opdracht tot de oprichting écht gegeven had.

Wel brachten ze een aantal namen aan van Batasuna-personen die veroordeeld werden voor “terroristische activiteiten” of met een “dubbel actief lidmaatschap”. Ze moesten wel toegeven dat de veroordeling van een aantal leden van het Batasuna-bestuur uit 1997 naderhand geannuleerd, werd maar volgens de Guardias was een arrestatie en een proces een voldoende bewijs, ook al volgde er geen veroordeling. Ze gaven zelf toe dat mensen die onschuldig verklaard werden door hen toch beschouwd werden “als ETA-leden”.

Als bewijs dat “ETA de controle over Batasuna” had, werd een document opgediept dat mogelijk was geschreven door Josetxo Ariskuren en waarin hij zich tegenstander verklaarde van deelname van EH in organisaties die afhingen van het Baskisch parlement “Lakua” zoals de Raad van de Baskische TV. De Guardia Civiles wilden via een nummer van “Zutabe” uit 1995 bewijzen dat “ETA opdracht gaf aan Gestoras pro-Amnistía om het dichterbij brengen van gevangenen te eisen.” “Iedereen die het logo - de landkaart met de 2 rode pijlen - gebruikt, weet dat hij orders van de terroristische bende uitvoert.”

15 januari 2003

In het Batasuna-proces op het Hooggerechtshof in Madrid traden vandaag, 15 januari 2003, een aantal getuigen à décharge aan. Voor een Bask die in Madrid gaat getuigen voor Basische nationalisten moet je over de nodige moed beschikken.

Arantza Urkaregi, gemeenteraadslid in Bilbao voor Sozialista Abertzaleak (voorheen EH en Batasuna) stond aan de wieg van Batasuna. Zij zegt helemaal geen orders van ETA gekregen te hebben maar wel een manifest ontvangen te hebben met 200 handtekeningen. Zij verklaart nooit tot KAS, nog tot Herri Batasuna behoord te hebben. Wel was ze raadslid van EH gewest.

Juan José Sáinz was vroeger secretaris generaal van de Baskische Communistische Partij PCE-EPK en ex-provincieraadslid voor IU in Bizkaia. Zijn enig interessepunt was de Marxistische ideeën te verspreiden in Baskenland en hierbij heeft hij nooit druk vanuit ETA ontvangen “en zou daaraan ook niet toegegeven hebben.”

Antxon Gómez is secretaris generaal van de ANV, gesticht in 1930. Deze Baskische nationalistische beweging nam niet deel aan het ontstaan van Batasuna. Hij was raadslid in Aia, maar bij het ontstaan van Batasuna zetelde hij als onafhankelijke, in tegenstelling tot zijn mederaadsleden. De enige druk die hij waargenomen heeft was die van de kiezers…

De belangrijkste getuige was ongetwijfeld Germán Kortebarria, leider van de grootste vakbond in Baskenland ELA (PNV-strekking). Hij verklaart dat de eis tot het dichterbij brengen van Baskische politieke gevangenen helemaal geen eis van ETA was maar een vraag vanuit de hele Baskische gemeenschap.

Kortebarria herinnerde aan de dodelijke ETA-aanslag op medelid, Gómez Elosegi, gevangenisfunctionaris in Martutene. Toen veroordeelde zijn organisatie niet enkel ETA, maar wees ze ook op de verantwoordelijkheid van de Spaanse regering wegens de instandhouding van het conflict. “Men kan tegen het geweld zijn, maar men kan de ogen niet sluiten voor de werkelijkheid, zeker niet op dergelijke droevige momenten.”

In 2000 stapten in Bilbao méér dan 1000 leden van het syndicaat op achter de eis voor repatriëring en daarbij liep hij ook achter het logo,

Larraitz Mendizabal kwam er als coördinator van de hongerstaking-bij-aflossing die tussen 1995 en 1997 in de kathedraal van Donostia plaatsvond en waarbij het bekende logo, de landkaart met de twee rode pijlen, ontworpen werd. Mendizabal ontkende dat ETA ook maar iets met deze hongerstaking te maken had.

Koldo Gorostiaga, Europarlementslid van Batasuna, kwam getuigen over de financiering van Batasuna en dit in verband met de arrestatie van Jon Gorrotxategi aan de Frans-Belgische grens met 200.300 Euro’s op zak. Dit bedrag kwam van het Europese Parlement zoals duidelijk nagegaan werd. Gorostiaga klaagde aan hoe hij in het Europese parlement “gelyncht” werd door de woordvoerders van de PP (Guillermo Galeoto) en Rosa Diez van de PSOE, als zou hij het “terrorisme financieren”.

Na deze getuigenissen verklaarde de advocaat van de verdediging, Iñigo Iruin, dat als Batasuna buiten de wet wordt gesteld, dit enkel kan wegens “staatsraison”!

Het is nu wachten op de uitspraak.

16 januari 2003

Arnaldo Otegi, de woordvoerder van Sozialista Abertzaleak, voorheen Batasuna, zegt in verband met het Batasuna-proces dat in Madrid plaatsvindt: "Onze advocaten hebben gewonnen met een doelpuntenregen, op vreemd terrein en met een thuisarbiter. Maar het vreemde is dat de Advocaat van de Staat, die de bewijzen moet aanbrengen, geen enkele getuige heeft opgeroepen. Dit kan betekenen dat hij onbekwaam is óf een luierik of dat het toch geen verschil uitmaakt omdat het oordeel al vaststaat."

12 maart 2003

De Rechtbank van Grondwettelijk Recht verklaart de "Ley de Partidos", de partijenwet, die tot enig doel heeft Batasuna buiten de wet te stellen, wel degelijk grondwettelijk. De Baskische Regering had beroep aangetekend tegen de wet. Niemand had iets anders verwacht. De definitieve uitspraak zal binnen enkele jaren in Straatsburg vallen!

17 maart 2003

Zoals het in een democratische dictatuur te verwachten was, werd de linkse nationalistische formatie "Herri Batasuna-Euskal Herritarrok-Batasuna" door de Spaanse Staat buiten de wet gesteld. Toevallig gebeurt dit bijna op dezelfde dag als Bush, de vriend van Aznar, zich aan Irak vergrijpt.

Nadat de Partido Popular bij de voorbije verkiezingen de volstrekte meerderheid haalde was het voor iedereen duidelijk dat de maskers bij de neo-franquisten spoedig zouden afvallen. Het objectief van het "Aznarisme" is de "totale vernietiging van het Baskische Volk", aldus Arnaldo Otegi. "Toch vormen de Basken geen politiek, noch militair gevaar en evenmin hebben ze wapens voor massavernietiging".

Waarom heeft het Hooggerechtshof vier dagen lang gedelibereerd? Zouden er sommigen tóch een geweten hebben?

Maar ooit zal het gif dat ze uitspuwen in hun eigen gezicht terecht komen! Net zoals dat gebeurde na het einde van de vorige dictatuur. Het Baskische Volk is als riet, je kunt erop trappen, maar het richt zich altijd weer op!

27 maart 2003

Op 27 maart 2003 wordt door het Spaanse Tribunal Supremo (Hooggerechtshof) het vonnis officieel bekendgemaakt waarin verklaard wordt dat Herri Batasuna, Euskal Herritarrok en Batasuna onwettig zijn.

De 3 constanten van het gerechtelijke onderzoek

Binnen het onderzoek vallen er drie constanten waar te nemen:

1. De eerste is die van de argumentatie. Volgens Garzón maken al deze personen en organisaties deel uit van ETA.

2. Ten tweede is er de constante van de rechtbank, de Audiencia Nacional (1) en dezelfde rechter (Garzón) die al deze zaken behandelen.

3. De manier waarop de bewijslast tot stand is gekomen, is een derde constante. Het gaat nauwelijks over harde bewijzen. Specialisten van de politie hebben tal van documenten, persmededelingen, brieven... geherinterpreteerd. Daaruit zijn dan de zogenaamde bewijzen afgeleid.

(1) Dit is een uitzonderingsrechtbank uit de Francodictatuur. Deze instelling behandelt bijna enkel zaken die te maken hebben met gewapende bendes en politieke dissidentie. Wat de AN zo verschillend maakt ten opzichte van gewone rechtbanken, is dat de AN een centralistische rechtbank is. Wat betekent dat er enkel in Madrid een zetel is. De AN telt een aantal Hoven, die in hiërarchie met elkaar staan. Het Vierde Hof staat dus boven het Vijfde. Rechter Garzón behoort tot het Vijfde Hof.

Het gekke is dat het karakter van de activiteiten van de betrokken organisaties altijd publiek geweest is. En dat die activiteiten plots zonder wetswijziging, volgens Behatokia (2), illegaal werden. Net omdat de doelstellingen ook die van ETA zouden zijn. Met andere woorden, het zijn de doelstellingen en de ideeën zelf die illegaal geworden zijn, en niet de manier waarop die doelstellingen bereikt moeten worden.

(2) Behatokia is een mensenrechtenorganisatie. Voor dit artikel heb ik hun rapport "Libertad de expression y opinion y derecho de asociación en Euskal Herria" als bron gebruikt.

Zoals steeds bij het optreden van de Spaanse superman tegenover Basken, speelt er meer mee dan louter rechtsgang. Garzón scoort keer op keer in de media en in anti-Baskische middens als hij Basken het leven kan zuur maken. In 2001 vernietigde het Vierde Hof van de Audiencia Nacional een aantal van Garzóns beslissingen en liet het opgepakte Basken vrij. Het Vierde Hof maakte brandhout van Garzóns redeneringen: er waren geen harde bewijzen en activiteiten die al die jaren als legaal aanschouwd werden, konden toch niet zomaar ineens illegaal zijn, zonder dat de betrokken organisaties daarvan op de hoogte gebracht waren. Daarna orkestreerde de media, samen met de PP, een heuse haatcampagne tegen die rechters. Zij waren een stelletje onbekwamen en werden uit hun functie ontheven. Meteen had Garzón de weg vrij. Daarna heeft hij er wel voor gezorgd dat zijn onderzoeken niet meer naar het Vierde Hof konden overgaan.

Ook dit keer gaat het meer om een mediaproces dan om een rechtsproces met gelijke kansen en rechten voor de beklaagden. Het zou niemand verbazen als een groot deel van de betrokken personen voor lange tijd achter de tralies vliegt. Dat levert stemmen op.

Overgenomen uit "Meervoud", nr. 105, artikel van K. STERCKX.