"Sortu": de klok tikt

De klok, de Spaanse klok tikt verder. Na de hoopgevende commentaren uit bepaalde hoek, kwamen de vernietigende dogma's uit de andere hoek om de hoek gluren, de Spaanse hoek. Spanje heeft altijd van Izquierda Abertzale geëist dat ze de voorwaarden uit de Ley de Partidos zou naleven. Izquierda Abertzale heeft die wet in hun statuten tot op de komma rigoureus nageleefd, zij hebben zelfs uitdrukkelijk afstand gedaan van alle geweld om politieke doeleinden te bereiken.

Het eerste schot voor de boeg kwam er toen bepaalde kranten er op wezen dat het geweld uit het verleden niet veroordeeld werd. En dan begon de klok te tikken. Zelfverklaarde onderzoeksjournalisten waren op het spoor gekomen van een paar initiatiefnemers uit de nieuwe politieke partij: het waren oudgedienden uit de verboden partij Batasuna. Ik laat in het midden of die journalisten dit zelf hebben uitgedokterd, of dat de regering hen een handje heeft toegestoken.

Sergeant Rubalcaba, zijn bataljon journalisten en de zaak “Sortu”

Wie zijn jullie, kerels?” - “Desinformatiemachines, mijnheer de sergeant”

(Cartoon van Tasio inde krant Gara)

Veel tijd heeft de regering niet nodig gehad om de inschrijving van de nieuwe politieke partij Sortu te belagen. Een uitvoerig (?) onderzoek van de Fuerzas de Seguridad (Veiligheidsdiensten) werd doorgestuurd naar het Openbare Ministerie en naar de Advocatuur van de Staat, die op hun beurt het Tribunal Supremo (Hooggerechtshof) zullen inschakelen, het Hof dat Batasuna buiten de wet stelde.

03 maart 2011

De 61ste Kamer van het Tribunal Supremo heeft, op vraag van de regering bij monde van de Advocaat van de Staat Joaquín de Fuentes Bardají, op 3 maart 2011 het licht op groen gezet om de inschrijving van de nieuwe politieke partij “Sortu” op te schorten in afwachting van een behandeling ten gronde. De motivatie is dat de statuten van de nieuwe partij, waarbij geweld wordt afgezworen, een cosmetische opknapbeurt is, dat ETA de motor er van is en dat “Sortu” een voortzetting is van Batasuna. In bepaalde kranten wordt altijd de term ETA-Batasuna gebruikt.

De 5 bewijzen van de regering om “Sortu” te verbieden

    1. Een gesprek in een gevangenis tussen de advocaat José María Compains (één van de promotoren van “Sortu”) en zijn zoon Eneko (lid van EKIN) zou het volgende onderzoeksresultaat hebben opgeleverd: de laatste zou gezegd hebben: “Wij hebben ze waar we wilden”.

    2. De naam van Sonia Respaldiza Bombín (nog één van de promotoren) die geciteerd werd in een document, in beslag genomen bij de arrestatie van Ibón Fernández de Iradi “Susper”. In dit document zou te lezen zijn dat Sonia Respaldiza Bombín haar vermoedelijke intrede bij ETA aankondigt: (“...podría incluir hasta su integración en un comando armado...” - “...sluit niet uit dat er ooit integratie in een gewapend commando mogelijk zou kunnen zijn...”).

    3. De aanwezigheid van de advocaten Iñaki Goyoaga Llano en Arantza Zulueta bij de voorstelling van “Sortu” op 7 februari 2011, en waarvan de regering zegt dat “ze gedurende jaren de meest nauwe en trouwe medewerkers waren van ETA”.

    4. Een andere promotor is José Javier Artola, titularis van een bankrekening bij de Caja Laboral Popular. De bankrekening werd gebruikt om fondsen te verzamelen ten gunste van het Collectief voor Politieke Gevangenen, meer concreet voor de beklaagden in het proces 18/98.

    5. De personen die de statuten in Madrid kwamen registreren bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken op 9 februari 2011, maakten gebruik van wagens die verhuurd werden door twee personen die vermoedelijk tot ETA behoorden.

05 maart 2011

Om toch maar niets over het hoofd te zien, zal het Openbare Ministerie van de Staat, bij monde van Cándido Conde-Pumido, op maandag 7 maart 2011 ook een vraag tot verbod indienen bij de 61ste Kamer van het Tribunal Supremo. Zijn verweer vertolkt hij als volgt:

"No es un partido, sino sencillamente un intento de aparentar formalmente el cumplimiento de la ley para mantener a la desesperada la presencia de ETA en un horizonte político al que ya sabe que no va a llegar de ninguna manera".

“Het is geen partij, maar eenvoudigweg een formeel voorwendsel om de wet zogenaamd te respecteren en een wanhopige poging om ETA te introduceren in een politieke context, waarbij ze heel goed weten dat ze op geen enkele manier zullen slagen”.

09 maart 2011

Terwijl het Openbare Ministerie van de Spaanse Staat decreteert dat de politieke partij “een bedrog is ten aanzien van de wet”, verklaart de maximale vertegenwoordiger van de CAV (Baskische Autonome Gemeenschap”, Juan Calparsoro, dat de statuten van de partij “kristalhelder en onbetwistbaar” zijn. Juan Calparsoro is de vertegenwoordiger van het Openbare Ministerie bij het Tribunal Superior de Justicia del País Vasco (Baskisch Hooggerechtshof). Hij verwerpt dan ook de pogingen van de Staat om “Sortu” te verbeiden.

De dag nadien, op 10 maart 2011, wordt bekend gemaakt dat Miguel Herrero de Miñón, medeopsteller van de Spaanse Grondwet van 1978 en Meester in de Rechten bij de Consejo de Estado (Raad van State) zijn steun betuigt ten gunste van de legalisering van “Sortu”. Hij voegt er aan toe dat het contradictorisch is wat nu gebeurt om de partij toch te verbieden.

10 maart 2011

Op 10 maart 2011 reageert de nieuwe politieke “Sortu” in een communiqué: “Wij begrijpen de negatieve houding van de Minister van Binnenlandse Zaken totaal niet, net zomin als de stappen ondernomen door de Advocatuur van de Staat en van het openbare Ministerie. De legalisering van de partij mag niet afhangen van politiek spelletjes of met de recente arrestaties. Wij verwerpen volmondig het straatgeweld van vorige week in Vitoria en Portugalete. En wat de vermoedelijke plannen van ETA betreft, ontdekt bij recente arrestaties, om een aanslag te plegen op Lehendakari Patxi Lopez in 2010, onderstrepen wij nogmaals onze afkeer tegen elke vorm van geweld en bevestigen wij onze afkeer tegen foltering en repressie. Wij zijn bereid om mee te werken tegen om het even welk geweld en in het bijzonder tegen het geweld van ETA”.

De hamvraag blijft of dit voldoende is om een verbod op de partij te voorkomen. immers, in een reactie op het communiqué van “Sortu” reageerde het Openbare Ministerie van de Audiencia Nacional, Javier Zaragoza, als volgt: “Dit is onvoldoende. Het is van veel groter belang wat niet gezegd werd”.

Premier Zapatero liet verstaan dat “Sortu” moeilijkheden zou ondervinden (om gelegaliseerd te worden) zolang ETA bestaat.

21 maart 2011

De nervositeit blijft aanhouden, niet alleen bij Izquierda Abertzale (die vrezen voor een nieuw verbod), maar nog meer bij de politieke machtsblokken PSOE en PP en bij de “strijders tegen het terrorisme”. Het nieuws over het eenzijdige staakt-het-vuren door ETA en de geruchten over een eventuele ontbinding van ETA onder impuls van de nieuwe partij “Sortu”, berokkenen de tegenstanders gruwelijke nachtmerries. De machtsblokken zien in dat bij legalisering van “Sortu” hun kans om nog eens de macht te grijpen in Baskenland herleid wordt tot nul, de “strijders tegen het terrorisme” zien hun lucratieve bijverdienste smelten als sneeuw voor de zon.

Op 21 maart 2011 zijn bij de 61ste Kamer van het Hooggerechtshof de debatten geopend over de al dan niet legalisering van de nieuwe politieke partij “Sortu”. De openbare zitting heeft meer weg van een strafproces dan van een beraadslaging. Dat kan ook niet anders want de nieuwe politieke partij heeft rigoureus de richtlijnen uit de Ley de Partidos opgevolgd en voldoet aan alle voorwaarden. Een beraadslaging was dus niet nodig, maar het addertje onder het gras was de stelling dat de nieuwe partij een idee was van ETA en dat die partij de voortzetting is van Batasuna. Zowel het Openbare Ministerie, de Advocatuur van de Staat als de “strijders tegen het terrorisme” (de ordestrijdkrachten) willen die stelling kost wat kost doordrukken. Opvallend was dat alle getuigen ten laste bijna letterlijk dezelfde formulering gebruikten: “Het is evident dat 'Sortu' een voortzetting is van Batasuna”.

22 maart 2011

De zitting werd verder gezet op 22 maart 2011 met de argumentatie van de verdediging van de nieuwe partij. De advocaat van “Sortu” vroeg het Hof om geen preventief verbod (schrapping uit het register van politieke partijen) op te leggen. Hij voegde er aan toe dat “Sortu” de enige waarborg is voor een toekomst zonder geweld.

Er wordt aangenomen dat het Hof nog in de week van 23-26 maart 2001 een uitspraak zal doen. De uitspraak valt moeilijk te voorspellen, want het Hof is al bij al een politiek tribunaal.

24 maart 2011

Terwijl de uitspraak van het Hof pas eind deze week verwacht werd, zijn de magistraten van het Hooggerechtshof, na nog geen 10u deliberatie, al tot een besluit gekomen. De nieuwe politieke partij “Sortu” wordt uit het Register van de Politieke Partijen geschrapt. Wordt dus voorlopig (?) niet toegelaten tot de verkiezingen van 22 mei 2011. Het Tribunal Supremo (9 voor verbod, 7 tegen) volgt gedwee de richtlijnen van Madrid en beschouwt de partij als een voortzetting van Batasuna. Het Hof een politiek tribunaal noemen, is dus niet zo ver gezocht.

Nu beschikt de partij over 30 dagen om de uitspraak aan te vechten voor het Tribunal Constitucional, het Grondwettelijke Hof. De definitieve uitspraak moet evenwel voor 18 april 2011 vallen, de dag dat de lijsten en de kandidaten bekend worden gemaakt. Gebeurt dat niet, dan kan de partij onder geen enkel beding aan de verkiezingen deelnemen. Als u weet dat de magistraten geen termijn wordt opgelegd om een uitspraak te doen, en dat de beraadslaging in het slechtste geval maanden kan duren, staat nu al vast dat de teerling geworpen is. “Sortu” is de zoveelste partij die verboden wordt.

25 maart 2011

Na de schrapping uit de lijsten van politieke partijen door het Hooggerechtshof en de waarschijnlijk te late uitspraak in beroep bij het Grondwettelijke Hof, zou Izquierda Abertzale volgens heel wat kranten samen met Eusko Alkartasuna en Alternatiba een electorale coalitie aangaan onder de naam “Bildu” (verenigen). Onder deze benaming zouden ze lijsten indienen voor de gemeenteraadsverkiezingen en voor de “juntas generales” (een soort provincieraden) in Bizkaia, Gipuzkoa en Araba. Afwachten wat het politieke-correcte denken hiermee aanvangt.

Als alternatief voorr NaBai-Nafarroa Bai in Navarra zouden ze het platform “Herritarron Garaia” (Het moment van het volk) voorzien.

Bron: Gara en Izaronews