Schaduw van het Grondwettelijke Hof

De schaduw van het Franquisme

Niemand zou zich ooit de mogelijkheid kunnen voorstellen dat er in de Bondsrepubliek Duitsland een leider van de NSDAP zou benoemd worden als magistraat aan het Grondwettelijke Hof.

Niemand zou zich ooit de mogelijkheid kunnen voorstellen dat er in de Italiaanse Republiek een leider van het fascistische Italië van Mussolini zou benoemd worden als magistraat aan het Grondwettelijke Hof.

Niemand zou zich ooit de mogelijkheid kunnen voorstellen dat er na de Anjerrevolutie in Portugal een politieke leider uit de invloedssfeer van dictator Antonio de Oliveira Salazar zou benoemd worden als magistraat aan het Grondwettelijke Hof.

In Spanje is het wel mogelijk dat een provinciale leider van Franco’s Movimiento Nacional en Burgerlijk Gouverneur, Roberto Garcia-Calvo, in dienst van het teloorgegane (?) fascistische bewind, als magistraat aan het Grondwettelijke Hof wordt benoemd. Let wel: na de dood van Franco en tijdens de “Transición”, de zo geprezen overgang naar de democratie.

Gelezen op de blog van Javier Ortiz

La cuestión no es que un falangista, jefe de las hordas de Franco en Almería por orden de Arias Navarro y justificador –al menos justificador– de delitos de sangre, sea hoy magistrado del Tribunal Constitucional español. El problema de fondo no es que un homínido así exista y perviva, ... , sino que estemos en un régimen político que permite que alguien con semejante pasado de vómito llegue tan alto”.

“De kwestie is niet dat een falangist, chef van de Franco-horden in Almería op aansturen van Arias Navarro en rechtvaardiger - op zijn minst rechtvaardiger - van bloeddelicten, vandaag magistraat is bij het Grondwettelijke Hof. Het probleem te gronde is niet dat een dergelijk onbenul bestaat en overleeft, … , maar dat wij een politiek regime hebben dat toelaat dat iemand met een dergelijke verleden om van te braken, zo hoog is kunnen opklimmen”.

Roberto García-Calvo

Roberto García-Calvo was provinciaal chef van de Movimiento Nacional in Almería en Burgerlijke Gouverneur van een regering ten tijde van de laatste stuiptrekkingen van de dictatuur. Tijdens zijn inaugurale rede beloofde hij het politieke legaat van Francisco Franco en José Antonio Primo de Rivera (stichter van de Falange) te verenigen. Hij beschermde ook de Guardia Civiles die een jongeman hadden neergeschoten die aan slagzin geschilderd had.

De Movimiento Nacional is de benaming die gegeven werd aan het totalitaire mechanisme, fascistische van oorsprong, gedurende het Franquisme. Het beantwoordde aan een corporatief gemeenschapsconcept gebaseerd op de natuurlijke entiteiten familie, gemeente en syndicaat. De Movimiento bestond hoofdzakelijk uit 3 peilers:

· Een eenheidspartij: Falange Española Tradicionalista y de las Juntas de Ofensiva Nacional Sindicalista, genoegzaam bekend onder de verkorte naam Falange.

· Een verticale syndicale organisatie of corporatisme, die tegelijk de belangen van het patronaat als die van de arbeiders moest behartigen.

· Principes van de Movimiento Nacional : alle publieke mandaten (van gemeenteraadslid tot minister) moesten trouw zweren aan die Principes.

Aan het hoofd van de Movimiento Nacional stond een Jefe del Movimiento, Franco. Daaronder een Ministro Secretario General del Movimiento, zoals Carlos Arias Navarro of Adolfo Suárez). De hiërarchie ging van hoog tot laag, tot bij de Jefe local del Movimiento, de lokale chef. Binnen het regime was iedere andere organisatie verboden, tenzij die groepen die tot “de familie van het Franquisme” behoorden: de Kerk, de Monarchisten, het Leger en de Falange.

Op 18 mei 2008 overleed de 65-jarige Roberto García-Calvo schielijk te Villaviciosa de Odón (Madrid). Hij was intussen opgeklommen tot magistraat bij het TC-Tribunal Constitucional, het Grondwettelijke Hof. Hij werd aanzien als de meest extreme onder de magistraten van het TC.

Indertijd werd hij door Arias Navarro (falangist en oud-directeur van de nationale veiligheid, een onderdrukker “pur sang”), die omwille van zijn brutale optreden de bijnaam “de slager van Almería” kreeg, benoemd tot Burgerlijk Gouverneur in die provincie.

Tijdens zijn mandaat werd de jongere Javier Verdejo vermoord door een Guardia Civil.

Javier Verdejo Lucas

In de ochtend van 14 augustus 1976, terwijl hij de slagzin "Pan, trabajo y libertad", Brood, werk en vrijheid, aan het schilderen was op een muur, werd in Almería de jongere Javier Verdejo Lucas door een Guardia Civil neergeschoten. Toen García-Calvo op de hoogte werd gebracht, hij was aan het dineren aan de Cabo de Gata, beperkte hij zijn tussenkomst tot het bestellen van nog een glaasje cognac.

Waarborg voor een democratische constitutie

Jaren later stelde de Partido Popular deze oude “joseantoniano y franquista” (falangist en Franco-adept) voor als waarborg voor een democratische constitutie. Er werd niet eens de vraag gesteld of het wel ethisch verantwoord was dergelijk sujet, met bloed aan de handen, naar de hoogste trappen van de juridische ladder te voeren. De benoeming tot magistraat aan het Grondwettelijke Hof werd geen schandaal. In Spanje is men meer gewoon. Meer dan de helft van de schijnheiligen uit de “Transición” hebben zelfs een verleden dat nog erger is dan die van García-Calvo. Professor Luc Huyse van de KUL, schreef hierover een artikel in “De Morgen” (19.11.2005): "Spanje is zowat de enige dictatuur die nooit uitgezuiverd werd!" (Ontmanteling Franquisme).

Hoe zou er ook enigszins sprake kunnen zijn van een schandaal als de koning zelf door Franco werd aangeduid. Hoe zou er ook enigszins sprake kunnen zijn van een schandaal als de ex-Franquist Rodolfo Martín Villa (ex-Burgerlijk Gouverneur en provinciaal chef van de Movimiento) het kan schoppen tot minister (1976-79 en 1980-81) en tot voorzitter van “Endesa” (energiebedrijf) in 1977-2002 en vandaag (2008) nog altijd voorzitter is van het bedrijf voor betaaltelevisie “Sogecable”. Hoe zou er ook enigszins sprake kunnen zijn van een schandaal als Fraga Iribarne uiteindelijk president van Galicia kon worden (Fraga bekleedde hoge posities in de nadagen van de Spaanse dictator Franco, van wie hij een hartstochtelijke aanhanger was. Hij was onder meer minister van voorlichting, in welke functie hij de censuur uitvoerde. Na de dood van de Generalissimo richtte Fraga een politieke partij op om Franco’s erfenis te beheren: de Partido Popular).

In Spanje heeft er bij de overgang van dictatuur naar democratie (?) geen recyclage plaatsgevonden van de verantwoordelijken voor de grootste genocide die dit land gekend heeft. Zij hebben hun postjes niet verloren en nog minder hun ideeën.