Folterpraktijken in de Zaak Egunkaria

Joan Mari Torrealdai, geboren in Foru (Bizkaia) in 1942 was voorzitter van de “Consejo de Administración Euskaldunon Egunkaria”, de administratieve raad, en directeur van het Baskische literaire tijdschrift “Jakin”, een krant over hedendaags denken en filosofie. Sinds de jaren 60 is hij actief in de Baskische culturele beweging. Hij was een vooraanstaand figuur uit de Baskische uitgeverswereld en was directeur van het tijdschrift “Anaitasuna”. In 1977 publiceerde hij: “Euskal Idazleak Gaur (Actuele Baskische schrijvers) en in 1997: “Euskal Kultura Gaur (Actuele Baskische cultuur), twee werken die essentieel zijn om de Baskische literatuur uit de 20ste eeuw te kennen. Hij doctoreerde in de sociologie in Bilbao met een thesis over de censuur tijdens de dictatuur van Franco.

in 1998 publiceerde hij: “El Libro Negro del Euskara” (Zwartboek van het Euskara), een historisch overzicht van de aanvallen die de Baskische taal en de wetten te beurt vielen sinds de staten Spanje en Frankrijk gevormd werden. Ironisch genoeg werd ook hij slachtoffer van die aanvallen.

Op 15 maart 2003 verschijnt Joan Mari Torrealdai voor magistraat Del Olmo en wordt in vrijheid gesteld onder borg van 12.000 euro’s.

Nadat hij vrijgelaten werd, verklaarden zijn collegae dat hij verschrikkelijk gefolterd werd.

Op 20 februari 2003 kwam magistraat Baltasar Garzón met driehonderd Guardia Civiles vanuit Madrid naar de hoofdzetel van de krant “Euskaldunon Egunkaria” te Andoaín in Baskenland, om de krant te sluiten. Onmiddellijk daarop werden de bijkantoren te Iruñea (Pamplona), Bilbao en Gasteiz (Vitoria), verzegeld. Tien directieleden (huidige en vroegere) werden opgepakt en in afzondering geplaatst. Zij werden beschuldigd van: “Medewerking met de terroristische organisatie ETA”.

Egunkaria itxita (Egunkaria gesloten)

Iñaki Uria, geboren in Zarautz (Gipuzkoa) in 1961 begon zijn artsenstudie aan de universiteit, maar schakelde al vlug over naar werkzaamheden ten voordele van de Baskische taal, het Euskara, en de Baskische cultuur. Hij was afgevaardigde bestuurder van de “Consejo de Administración de Euskaldunon Egunkaria”, en kon prat gaan op een lange geschiedenis in de culturele Baskische beweging. Hij maakte deel uit van de groep die het verouderde tijdschrift “Zeruko Argia” transformeerde in het moderne “Argia”. Vanaf het begin nam hij deel aan het oprichtingsproces van de krant “Egunkaria”, voor de eerste maal verschenen in december 1990. Hij werd onderdirecteur, dan directeur, en later werd hij dan afgevaardigde bestuurder.

Op 28 april 2003 werd Iñaki Uria in vrijheid gesteld.

Txema Auzmendi, Jezuïet en onderdirecteur van Herri Irratia (Radio Popular) de San Sebastián, . Hij was één van de promotoren van “Egunkaria” en secretaris van de “Consejo de Administración” vanaf het ontstaan van de krant. Hij doctoreerde aan een Duitse universiteit op een thesis over de rechten van minderheidsgroepen.

Op 14 maart 2003 verschijnt Txema Auzmendi voor magistraat Del Olmo en wordt in vrijheid gesteld onder borg 12.000 euro’s.

Martxelo Otamendi, directeur van “Euskaldunon Egunkaria” vanaf 1993. Hij was professor en directeur van de “Euskaltegi Municipal” (Baskische onderwijsacademie) van Tolosa. Hij werkte ook voor de Baskische publieke Tv-omroep als directeur van het programma “Egonean Giro”.

Hij op 25 februari 2003 werd na 5 dagen incomunicado-regime onder borg in vrijheid gesteld.

Pello Zubiria, werd in 1958 in Usurbil (Gipuzkoa) geboren. Hij wasonderdirecteur van het tijdschrift “Argia”. Samen Iñaki Uria, nam hij deel aan de transformatie van “Zeruko Argia” naar “Argia”, en hij participeerde ook in de oprichting van “Egunkaria”. Hij werd de eerste directeur van de krant. Later nam hij dan de taak op zich van directeur van “Argia”, een functie die hij om gezondheidsredenen moest neerleggen. Na 2 dagen incomunicado op 22 februari 2003 wordt hij al opgenomen in het hospitaal, waar hij zich probeert te zelfmoorden.

Zubiria kan zich totaal niet meer herinneren wat er gebeurd is gedurende de twee dagen dat hij incomunicado bij de Guardia Civil verbleef.

Op 27 februari 2003 beveelt Del Olmo opnieuw de opsluiting van Pello Zubiria, en op 18 maart 2003 wordt hij vrijgelaten onder borg 12.000 euro’s.

Xabier Oleaga, werd geboren in Erandio (Bizkaia). Van 1987 tot 1989 werkte hij als assistent bij Txema Montero, lid van het Europese Parlement voor Herri Batasuna. Hij was verantwoordelijke voor de communicatie van de “Federación de Ikastolas”. Hij was directeur van de krant “Egin” en later, halverwege de jaren 90, adjunct-directeur bij “Egunkaria”.

Op 3 november 2003 werd Xabier Oleaga in vrijheid gesteld onder borg van 30.000 euro’s

Xabier Alegría, wer al eens gearresteerd, in juli 1998, bij de sluiting van de krant “Egin”. Hij werd pas in mei 1999 vrijgelaten. In september 2001 werd hij een tweede keer gearresteerd in de zaak Ekin, en vrijgelaten in de zomer van 2002. Hij was ook lid van “Udalbiltza”, de Assemblee van Gemeenten en Gemeenteraadsleden.

Xabier Alegría kreeg een borgsom van 50.000 euro’s toegewezen, maar hij werd niet vrijgelaten omdat hij ook moest terechtstaan in “de Zaak Udalbiltza”.

Op 25 februari 2003 decreteert magistraat Del Olmo de vrijlating onder borg.

Fermin Lazkano, verantwoordelijke voor “Plazagunea”, een onderneming die nieuwe informatietechnologie aanbiedt aan de Baskische culturele beweging. Hij werd beheerder van “Euskaldunon Egunkaria” begin van de jaren 90. Voordien was hij leraar en oefende hij diverse functies uit bij AEK, Alfabetatze Euskalduntze Koordinakundea, een organisatie, opgericht in 1980, die er voor ijvert om het 'Euskara', de Baskische moedertaal, terug over heel Euskal Herria bekend te maken en aan te leren.

Luis Goia, filmproducer die deel uitmaakte van “Egunkaria Sortzen”, het platform dat opgericht werd om “Egunkaria” te laten verschijnen. Hij was lid van de “Consejo de Administración”. Eén van zijn films is: "Off-eko maitasuna", geschreven en geregisseerd door de poëet Koldo Izagirre.

Hij werd na 5 dagen incomunicado-regime in vrijheid gesteld.

Inma Gomila, was lid van “Egunkaria Sortzen”, het platform dat opgericht werd om “Egunkaria” te laten verschijnen, en gevolmachtigde voor “Euskaldunon Egunkaria”.

Op 25 februari 2003 decreteert magistraat Del Olmo de vrijlating onder borg.

Van de bovenvermelde personen werden er 5 gevangen gezet (prisión incondicional): Xabier Oleaga, Xabier Alegria, Txema Auzmendi, Joan Mari Torrealdai en Iñaki Uria.

Pello Zubiria verbleef in een hospitaal, waar hij op 22 februari 2003 naartoe gebracht werd. Hij had, na 2 dagen onder incomunicado-regime te hebben vertoefd, een zenuwtoeval gekregen. De magistraat van dienst had zijn overbrenging naar het hospitaal Gregorio Marañón te Madrid goedgekeurd. De familie werd pas op 24 februari 2003 op de hoogte gesteld. Zubiria leed aan een ernstige chronische ziekte, die speciale aandacht verdiende, correcte medicatie en een streng dieet. Die speciale aandacht wordt niet voorzien bij een incomunicado-regime, waar mensen als beesten worden behandeld. In het hospitaal had hij getracht zelfmoord te plegen. De buitenissigheden van de politie waren nu al doorgedrongen tot in het hospitaal waar aan het personeel verbod werd opgelegd om de familie over zijn toestand te informeren. Zubiria leed ook al een paar jaar aan een zware en pijnlijke degeneratieve ziekte: Ankylosing Spondylitis of de ziekte van Bechterew (gewrichtsontsteking van de wervelkolom). Op 27 februari 2003 beveelt Del Olmo opnieuw de opsluiting van Pello Zubiria, die op 18 maart 2003 wordt hij vrijgelaten.

Vier personen werden in vrijheid gesteld tegen betaling van borgsommen van 12.000 tot 30.000 euro’s. Allemaal verklaarden zij gefolterd te zijn geweest. Vier van de vijf die opgesloten werden, Iñaki Uria, Xabier Oleaga, Xabier Alegria en Martxelo Otamendi hebben klacht ingediend wegens foltering. De rest van de arrestanten sprak over een gruwelijke en beestachtige behandeling, en net op de 5de verjaardag van de sluiting van de krant verklaarde ook Joan Mari Torrealdai gemarteld te zijn geweest. Maar sindsdien heeft hij gezwegen omdat hij zijn leven niet verder wilde vergallen met gerechterlijke nachtmerries, en hij voelde zich ook niet psychologisch sterk genoeg om het hele proces nog eens voor de rechtbank over te doen. Maar zijn verklaringen afgelegd voor radio en televisie zorgden wel voor enige deining.

Hoeft het nog enige betoog dat alle klachten wegens foltering werden geseponeerd? Als voorbeeld verwijs ik naar de Seponering van de klachten van Uria, Oleaga en Alegria.

Bron: ideasapiens.com

Het staatsapparaat reageert: "In Spanje wordt niet gefolterd

MADRID. ABC, 27-2-2003 01:36:03

Detenidos de «Egunkaria» denuncian «torturas» como dicen los manuales de ETA

El ministro del Interior, Ángel Acebes, ha dado instrucciones a los servicios jurídicos de su departamento para que interpongan «todas las acciones legales, denuncias o querellas» contra quienes han formulado acusaciones de torturas a los detenidos del diario «Egunkaria»...

Magistraat Del Olmo maakte er 2 onderzoeken van

Na 5 jaar van juridische omzwervingen kwam in 2008 wat schot in de zaak. Magistraat Del Olmo legde 2 gerechtelijke vooronderzoeken voor aan de uitzonderingsrechtbank Audiencia Nacional:

· Het voornaamste of politieke onderzoek: het politieke onderzoek gaat uit van de stelling dat Egunkaria gelijkstaat aan ETA, en dat de beschuldigden optraden ten voordele van ETA. Hun terroristische missie was de krant Egunkaria maken of maken dat Egunkaria aan terrorisme deed, of beide.

· Het economische onderzoek: directieleden (vroegere en huidige) en administratieve medewerkers worden beschuldigd fraude te hebben gepleegd in de formaliteiten t.a.v. BTW, en valse facturen te hebben voorgelegd om op die manier subsidies van de regering te verkrijgen. Er bestaat hieromtrent niet de minste twijfel: het Rekenhof Economische Zaken van Gipuzkoa had in een document aan de Audiencia Nacional laten weten dat alle rekeningen correct waren en dat er geen sprake was van fraude. Magistraat Del Olmo wilde toch doorzetten.

Alles een maat voor niets

Uit het manifest dat 100 Baskische schrijvers opstelden:

"Als degenen die Egunkaria hebben gesloten de moeite hadden genomen om de duizenden artikelen te vertalen, hadden ze gezien dat Egunkaria de koers van ETA's acties veroordeelde."

De procureur-generaal bij de uitzonderingsrechtbank Audiencia Nacional, magistraat Miguel Ángel Carballo heeft op 14 december 2006 de voorlopige seponering gevraagd van de “Zaak Egunkaria”. Er waren onvoldoende aanwijzingen die de stelling “Medewerking met de terroristische organisatie ETA” konden staven. We gaan hier verder op in aan de hand van het artikel: De ondraaglijke lichtheid van de zaak Egunkaria

Zodoende heeft de procureur-generaal ook de beschuldiging van “lid van een gewapende organisatie” tegen 7 verdachten moeten intrekken. Die 7 verdachten waren: Iñaki Uria, Joan Mari Torrealdai, Martxelo Otamendi, Pello Zubiria, Txema Auzmendi, Xabier Alegria en Xabier Oleaga. Maar op geen enkel moment heeft hij gevraagd de sluiting, bevolen door magistraat Juan del Olmo op 20 februari 2003, op te heffen.

In zijn rapport van 25 folio’s herinnert de procureur-generaal er ook aan dat diezelfde magistraat Del Olmo op een bepaald moment verklaard heeft dat hij niet kon bewijzen dat de krant een bron was van financiering of van witwassen van geld van ETA.

Volgens datzelfde rapport is het enige wat kon aangetoond worden, de interesse was die ETA aan de dag legde voor het project “Egunkaria”. Dat is totaal iets anders dan het promoten en controleren van het project.

Bron: Diario de Noticias-Edición Digital

Minister van Binnenlands Zaken, Ángel Acebes (PP), heeft op 26 februari 2003instructies gegeven aan de gerechtelijke diensten om, met alle wettelijke middelen, op te treden tegen de arrestanten van Egunkaria, omdat zij klacht hebben ingediend wegens foltering. Acebes bevestigt dat alleen de meest persoonlijke en politieke minachting van toepassing is voor diegenen die de gebruiksaanwijzing van ETA volgen, namelijk de rechtstaat in een slecht daglicht stellen door steeds opnieuw te verklaren dat ze werden gefolterd:

“Het is onbetamelijk, onfatsoenlijk en indecent, want gedurende de 5 jaar dat ik minister van Binnenlandse Zaken was, waren er nooit folteringen vanwege de Fuerzas de Seguridad, de veiligheidsdiensten.”

Bron: ABC