Noiz? Wanneer?

Wanneer (Noiz?) zal de rechtstaat (?) Spanje

de eigen wetten toepassen?

Naar aanleiding van het bezoek dat Etxerat bracht aan het “Vlaams Huis” te Brussel op 27 mei 2008, werd een dossier opgesteld. Vergelijk de inhoud van dat dossier met wat hieronder vermeld wordt.

In juni 2001 veroordeelde het Hooggerechtshof de generaal van de Guardia Civil, Enrique Rodriguez Galindo (*) voor delicten van "illegale gevangenneming" en "moord". Hij was één van de vele spilfiguren uit de vuile oorlog onder het socialistische bewind van Felipe Gonzales, die het leven kostte aan 28 Basken. De generaal werd veroordeeld tot 75 jaar cel.

Op 29 september 2004, amper 3 jaar na zijn veroordeling kwam hij vrij op grond van gezondheidsproblemen (hoofdpijn en hartklachten). Hij werd zelfs vereremerkt met een medaille van “verdienste”. Moorden als staatszaak is dus een verdienste.

Artikel 92,3 van de Organieke Wet 10/1995 werd welwillend en zonder veel formaliteiten toegestaan. Hij was nochtans niet ernstig ziek en nog minder terminaal. Hij was dan ook geen Bask. De tegenstelling met wat volgt over het lot van de Baskische politieke gevangen kan niet schrijnender aangetoond worden.

(*) Generaal van de Guardia Civil, Enrique Rodriguez Galindo

De leider van de PSOE in Extremadura, Juan Carlos Rodriguez Ibarra, heeft zich direct na de verkiezingswinst van zijn partij op 14 maart hard gemaakt voor de onmiddellijke vrijlating van ex-generaal van de Guardia Civil Enrique Rodriguez Galindo. Galindo was een van de breinen achter de door de socialisten in de jaren 80 opgezette doodseskaders GAL (Grupos Antiterroristas de Liberación), die 26 Basken vermoordden. Misschien is de PSOE bang dat de GAL-verdachten gaan praten over de rol van de topmensen van de PSOE in de moordpartijen? Galindo werd in 2000 samen met 4 anderen veroordeeld tot 75 jaar voor de ontvoering en moord op de jonge Basken Joxean Lasa en Joxi Zabala in 1983. Nu mag hij van de rechter vragen om vrijlating, hoewel dit pas geldt voor gevangenen die 5 jaar hebben vastgezeten. Voor Baskische politieke gevangenen geldt deze regel overigens niet. Op 18 maart werd Galindo, die altijd een voorkeursbehandeling kreeg in de bajes, voorwaardelijk vrijgelaten en hem wordt gevraagd of hij van maandag tot donderdag de nacht binnen de muren va de gevangenis wil doorbrengen. De Audiencia Nacional, zich zoals altijd voegend naar de wensen van de Spaanse machthebbers, vond het niet nodig om de familie van Lasa en Zabala in lichten of uberhaupt haar beslissing toe te lichten.

Galindo figureerde ook in de Baskische documentaire 'La Pelota Vasca', waar hij zittend in de beklaagdenbank tegen de rechter zegt dat hij met "6 mannen als zij heel Zuid-Amerika zou hebben veroverd". Hij doelde op 2 van zijn ondergeschikte agenten, die toen al waren veroordeeld wegens marteling en gewapende overvallen. Dat is in een notendop de mentaliteit van de GAL-verantwoordelijken; na de zogenaamde overgang van dictatuur naar democratie bleven in Spanje fascistische misdadigers gewoon op hun posten in leger en politie en konden met medeweten van de socialistische regering van Felipe González, vandaag de dag nog immer belangrijke man in de partij van Spanje's minister-president Zapatero, hun fascistische methodes tegen de Baskische onafhankelijkheidsbeweging voortzetten. Doorn in het oog van de machthebbers was de coulante houding van de Franse regering tegenover de vele deel van Baskenland. Galindo en zijn kornuiten rekruteerden huurlingen en wat Francogezinde politiemannen en militairen en begonnen met het ontvoeren en martelen van Basken uit Frans-Baskenland, het leggen van bommen en het willekeurig vermoorden van vermeende voorstanders van Baskische onafhankelijkheid. Met deze strategie wilden ze Frankrijk dwingen Baskische politieke vluchtelingen uit te leveren aan Spanje.

Op 16 oktober 1983 verdwijnen de jonge Basken Joxean Lasa en Joxi Zabala uit Baiona. In 1985 worden 2 lichamen begraven in ongebluste kalk in Alicante gevonden, maar pas in 1995 door de vasthoudendheid van een plaatselijke arts, geïdentificeerd. Op 18 oktober 1983 ontsnapt de Bask José Maria Larretzea aan een ontvoering door de Spaanse politie in Hendaia, Frans-Baskenland. Op 4 december wordt Segundo Marey ontvoerd in Hendaia en 10 dagen later weer vrijgelaten. De GAL had de verkeerde Bask ontvoerd. Op 19 december wordt Ramón Oñederra doodgeschoten in Baiona. Op 28 december wordt Mikel Goikoetxea Elorriaga neergeschoten in St-Jean de Luz. Hij bezwijkt op 1 januari 1984 aan zijn verwondingen.

Op 8 februari 1984 worden Angel Gurmindo Izarraga en Bixente Perurena Telletxea in Hendaia doodgeschoten. Twee weken later wordt Eugenio Gutiérrez Salazar bij zijn boerderij in Ideaux-Mendy vermoord. Op 1 maart wordt bij het treinstation in Hendaia Jean-Pierre Leiba doodgeschoten. Dan blaast op 19 maart een huurling van de GAL, Jean-Pierre Cherid, zichzelf op als hij in Biarritz een bom wil plaatsen. Vier dagen later wordt Xabier Pérez de Arenaza bij een benzinestation in Biarritz doodgeschoten. Begin mei wordt Rafael Goikoetxea vermoord op de snelweg door een moordcommando op een motor. Op 15 juni raakt Tomás Pérez Revilla zwaargewond bij een bomaanslag bij het verlaten van een kroeg in Biarritz; hij overlijdt op 28 juli. Op 18 november wordt Christian Olaskoaga op een parkeerplaats in Biriatou doodgeschoten. Twee dagen later is de eerste en enige GAL-moord in Spaans-Baskenland, als de kinderarts Santi Brouard wordt doodgeschoten in zijn praktijk in Bilbao. Brouard werd gezien als de man die onderhandelingen tussen ETA en de Spaanse regering kon gaan leiden.

Op 29 maart 1985 wordt tijdens de beschieting van een café in Baiona Benoit Pecastaing doodgeschoten en een dag later wordt Javier Galdeano Arana in St-Jean de Luz vermoordt. De GAL vermoordt per ongeluk 2 Roma, Emile Weiss en Claude Doerr, op 14 juni in Cibourne, die aan de tafel gingen zitten waar vlak daarvoor nog Baskische vluchtelingen zaten. De moordenaar zat toen net even op de w.c., had het doel bij binnenkomst al uitgezocht en maaide met een machinegeweer zonder te kijken of de Basken daar nog zaten, de 2 neer. In Baiona wordt op 27 juni Santos Blanco González doodgeschoten. Op 25 september vindt dan de grootste slachting van de GAL plaats; in Hotel Monbar sterven Joxe Mari Etxaniz, Inaxio Asteasuinzarra, Agustín Irazustabarrena en Xabin Etxaide in een kogelregen. Op 24 december wordt Robert Caplanne neergeschoten in Biarritz; hij sterft op 6 januari 1986. Op 17 februari 1986 worden Christophe Matxikotte en Catherine Brion vlakbij Bidarray doodgeschoten. En op 24 juli 1987 komt Juan Carlos García Goena om bij een autobom in Hendaia, als laatste dodelijke slachtoffer van de staatsterroristen van de GAL. In deze opsomming zijn de talloze gewonden die vielen bij aanslagen weggelaten, evenals de vele aanvallen (mitrailleur-regens en brandbommen) op kroegen waar veel linkse Basken kwamen.

In 1983 wordt de huurling Pedro Sánchez in Frankrijk gearresteerd op beschuldiging van de ontvoering van Segundo Marey. Hij had informatie en documenten van de Spaanse politie op zak. Sánchez sterft echter in de gevangenis voordat het tot een proces komt. In februari 1986 wordt de Portugese huurling Paulo Fontes Figueiredo in St Jean de Luz gearresteerd, nadat hij Ramón Basáñez heeft neergeschoten. Hij wordt berecht en opgesloten in Frankrijk en zijn zaak is de eerste die direct naar de betrokkenheid van de hoofdinspecteur van de Spaanse politie José Amedo wijst. Er wordt zelfs door de Franse autoriteiten een arrestatiebevel tegen Amedo uitgevaardigd, nadat hij zich niet komt melden om te getuigen. In december 1987 worden de Franse huurlingen Jean-Pierre Echalier en Mohand Talbi in Frankrijk veroordeeld voor hun aandeel in de ontvoering van Segundo Marey. Ze geven tegenstrijdige verklaringen, maar beide zeggen dat hun ronselaar en opdrachtgever naar de naam 'Pepe' luisterde, een bijnaam voor José.

Uiteindelijk worden, na flinke tegenwerking van de Spaanse regering, in 1991 Amedo en zijn plaatsvervanger Michel Domínguez, na doortastend werk van onderzoeksrechter Baltasar Garzón, tot 108 jaar gevangenisstraf veroordeeld voor de aanvallen op de kroegen Bar Batxoki en Bar La Conselation in 1986. Ze worden echter vrijgesproken van de moord op García Goena, beschuldigingen van terrorisme en lidmaatschap van de GAL. In 1994 en 1995 stopt Garzón, na een teleurstellend politiek uitstapje naar de PSOE in de hoop minister van justitie te worden, nog meer kopstukken van de GAL in de gevangenis; onder hen Julían Sanchristobal (voormalig directeur Staatsveiligheid), Fransisco Alvarez (voormalige politiechef uit Bilbao en voormalig hoofd van anti-terreur en inlichtingen eenheid onder Sanchristobal), Miguel Planchuelo (een andere voormalige politiechef uit Bilbao), Rafael Vera (voormalig vice-minister van Binnenlandse Zaken) en Ricardo García Damborenea (voormalig secretaris-generaal van de PSOE in Baskenland). Allen worden beschuldigd van betrokkenheid bij het ontvoeren van Segundo Marey. In april 1995 wordt Vera dan in staat van beschuldiging gesteld voor het financieren van de GAL. In juli geven Planchuelo, Alvarez, Sanchristobal en Damborenea toe dat ze betrokken waren bij de ontvoering van Segundo Marey en beschuldigen ook Vera en José Barrioneuvo, de voormalige minister van Binnenlandse Zaken. Damborenea zegt bovendien dat de toenmalige minister president Felipe Gonzalez persoonlijk zijn goedkeuring gaf aan de strategie van de GAL. Sindsdien weet iedereen in Spanje dat Gonzalez de 'Mister X', de hoogste verantwoordelijke in de GAL-affaire is.

In 10 september 1995, een aantal maanden dus nadat de overgebleven botten van Lasa en Zabala zijn geïdentificeerd, wordt de zaak heropend en de Guardia Civil generaal Enrique Rodrguez Galindo wordt, samen met de voormalige PSOE-gouverneur in Gipuzkoa Julén Elgorriaga, beschuldigd wegens ontvoering, marteling en moord. In mei 1996 worden 2 agenten van de Guardia Civil, die onder Galindo dienden, beschuldigd van de feitelijke uitvoering van de kidnapping. In augustus wordt Galindo op borgtocht vrijgelaten, een maand later wordt ook Elgorriaga vrijgelaten. In augustus 1997 verklaart 1 van de hierboven al genoemde Guardia Civil agenten, Felipe Bayo, dat hij Galindo en Elgorriaga tijdens een 'verhoor' van Lasa en Zabala op bezoek zag komen. Ook blijkt dat Galindo het bevel gaf om de 2 jongens in Alicante te laten verdwijnen, gezien hun mentale gesteldheid, die bij langere gevangenschap alleen maar zou verslechteren. In juli 1998 worden dan Barrionuevo, Vera en Sancristobal tot 10 jaar veroordeeld wegens de ontvoering van Segundo Marey, Alvarez, Planchuelo en Amedo tot 9 jaar, Damborenea tot 7, Dominguez tot 2 en 4 anderen tot elk 5 jaar. In april 2000 worden Galindo, Elgorriaga, Bayo, Dorado (de andere Guardia Civil agent) en de Guardia Civil kolonel AngelVaquero schuldig bevonden aan de ontvoering en moord op Lasa en Zabala. Ze worden echter vrijgesproken van bendelidmaatschap en het martelen van de 2 jongens. Het eerste is zeer opvallend, omdat er bij 1 van de processen een bandje opduikt die de Spaanse geheime dienst in bezit had en waarop te horen is hoe Galindo en een andere hoge Guardia Civil agent praten over de oprichting van doodseskaders. Galindo en Elgorriaga worden tot 71 jaar gevangenisstraf veroordeeld, wat in 1991 in hoger beroep nog wordt verhoogd tot 75 jaar cel. De meeste moorden zijn dus nooit opgelost en degenen die nog in onderzoek zijn werden in 2002 'bevroren' door de Audiencia Nacional. Daarvoor waren het altijd onderzoeksjournalisten die het voortouw namen om de onderste steen boven te krijgen. Ook is het opvallend dat in alle gevallen waar 'staatsdienaars' terecht stonden, de beschuldiging van 'behorende tot een gewapende bende' werd gedropt, terwijl deze aanklacht bij de 'lagere' rangen van beschuldigden, de huurlingen, wel consequent werd gehonoreerd.

De GAL was overigens niet het eerste en enige doodseskader wat tegen Basken werd ingezet; tussen 1975 en 1980 voerden het Baskisch-Spaanse Bataljon (BVE), een verzamelbak van neo-fascisten uit heel Europa die toevlucht in Spanje hadden gezocht, en de Antiterreur ETA (ATE) 500 acties uit, waaronder ook enkele tegen Basken in Zuid Amerika, waarbij 38 Basken omkwamen en 128 gewonden vielen. In beide groepen waren ook agenten van de Guardia Civil actief. Van 1981 tot 1983 vonden er toen geen aanslagen plaats; deze periode viel samen met de vergaderingen van de Veiligheidsraad van de Europese Unie in Madrid. Direct na de vergaderingen in september 1983 werden Lasa en Zabala ontvoerd en ving de 'smerige oorlog' weer aan. En toen de GAL stopte in 1987? In 1989 werd het gemeenteraadslid van Herri Batasuna, Fermin Urtizberea, in Hondarribia door een aantal gewapende mannen ontvoerd en een aantal maanden later vuurden een groep gewapende mannen op een groepje bestuursleden van Herri Batasuna, die aan het eten waren in een restaurant in Madrid. Josu Muguruza stierf en verschillende anderen raakten gewond. Zes jaar na de aanval is er 1 persoon veroordeeld, maar hij stierf bij een auto-ongeluk in 1997. In 1994 ontploffen bommen tijdens de verkiezingscampagne in Muskiz en Artxanda in de Baskische provincie Bizkaia, waarbij vele omstanders ernstig gewond raken.

Wat is die Galindo voor figuur?

Enrique Rodriguez Galindo werd gezien als de meest efficiënte en meest meedogenloze officier in het veld tegen de ETA. In de kazernes van Intxaurrondo in Baskenland vonden de officieren de welkome mogelijkheid om eer en glorie (en promotie) in het leger te verdienen, om in de "Noordelijke oorlog" zoals ze het conflict in Baskenland betitelden, hun sporen te verdienen. Galindo leidde de kazernes als was zij de laatste post van het vreemdelingenlegioen in vijandelijk gebied, en zijn mannen vonden het prachtig. Galindo verloor wel 90 man bij aanslagen van ETA, dus hoe hij zijn kazernes leidde, was niet helemaal uit de lucht gegrepen. Ook rolden de agenten van Galindo diverse ETA-commando¿s op, en gebruikten zij marteling als routineondervraging en vroegen velen zich af of ze niet meer ETA-commando¿s creëerden met hun wetteloze methodes. Galindo was in 1996 de eerste officier van de Guardia Civil die achter de tralies verdween (weliswaar maar voor 72 dagen) sinds de coup van militairen 15 jaar eerder in Spanje. Onmiddellijk belegden 3 andere verdachten in de GAL-affaire een persconferentie dat zij de plaats van Galindo in de gevangenis wilden innemen. Felipe González, voormalig minister-president, uitte zijn treurigheid en frustratie over de beslissing Galindo op te sluiten. José Barrionuevo, voormalig minister van Binnenlandse Zaken, vergeleek Galindo¿s lot met die van Hernán Cortés, de veroveraar van Mexico, die bij terugkeer in Spanje ook vervolgd werd. Het bevel tot opsluiting vermeldde overigens specifiek dat Galindo vast moest blijven zitten, omdat hij ¿zich anders met getuigen zou gaan bemoeien¿. Familieleden van Galindo verzamelden al 100.000 handtekeningen voor een generaal pardon. Galindo was trouwens ook nog verantwoordelijk voor en betrokken bij de dood van een ETA-activist in Donostia in 1987 en de doodgemartelde Zabalza, die verdronk in de badkuip waar de mannen van Galindo hem in onderdompelden. Deze zaak kwam aan het licht omdat Galindo¿s agenten het lichaam van Zabalza injecteerden met rivierwater en hem dumpten in de Bidasoa rivier. Doktors ontdekten later dat het water niet hetzelfde gifgehalte had als in rest van de rivier. Deze zaken hadden verder niets met de GAL te maken.

Bron: Baskenland Informatie Centrum

De bestaande Spaanse wetgeving schrijft voor dat gevangenen die lijden aan ernstige of terminale ziektes, of die een gevorderde leeftijd bereikt hebben, gemachtigd zijn om zonder verdere formaliteit in voorlopige vrijheid te worden gesteld. Zowaar een menselijke maatregel, als ze wordt toegepast. Dit staat te lezen in de Organieke Wet van 23 november 1995, betreffende het Strafwetboek.

Ley Orgánica 10/1995, de 23 de noviembre 1995, del Código Penal

Artículo 92 ter.

Si el peligro para la vida del interno, a causa de su enfermedad o de su avanzada edad, fuera patente, por estar así acreditado por el dictamen del médico forense y de los servicios médicos del establecimiento penitenciario el Juez de Vigilancia Penitenciaria podrá, [...], autorizar la libertad condicional sin más trámite [...]

Organieke Wet 10/1995, van 23 november 1995, betreffende het Strafwetboek

Artikel 92 ter.

Als er levensgevaar dreigt voor een geïnterneerde, als gevolg van ziekte of gevorderde leeftijd, en dit kan gestaafd worden door de gerechtsdokter en de medische diensten van de penitentiaire instelling van de “Juez de Vigilancia Penitenciaria”, [...], dan kan voorlopige invrijheidstelling toegestaan worden [...]

Ondanks de vele petities, ingediend door de advocaten, wordt dit recht systematisch geweigerd voor zwaar zieke en terminale Baskische politieke gevangenen, dit in flagrante tegenstelling tot de vrijlating van de generaal. Op vandaag, 23 augustus 2008, staat de trieste teller op 13, uiteraard allemaal en alleen Baskische politieke gevangenen.

Tasio in "Gara"'

MIKEL IBAÑEZ OTEIZA

Mikel Ibañez Oteiza (53 jaar) werd op 1 maart 2007 gearresteerd te Parijs toen hij op terugweg was vanuit Uruguay. Op 28 februari 2008 werd hij uitgeleverd aan Spanje en opgesloten in de gevangenis van Soto del Real (Madrid). Op 19 april 2008 werd hij urgent overgebracht naar een hospitaal waar een tumor werd vastgestel aan de linker testikel. Hij moest een orchidectomie ondergaan (orchidectomie is de chirurgische verwijdering van één of beide zaadballen). Onmiddellijk na de operatie werd hij opnieuw opgesloten. Op 27 mei 2008 werd hij terug opgenomen voor een behandeling chemotherapie en terug opgesloten. Op dit ogenblik (augustus 2008) lijdt hij aan een vrij agressieve kanker, aan diabetes, aan psoriasis en aan reumatiek. Zijn verdediger heeft al meermaals zijn vrijlating gevraagd op basis van artikel 92,3 van het Strafwetboek. Dit wordt steeds geweigerd.

JON AGIRRE AGIRIANO

Jon Agirre Agiriano werd op 11 mei 1981 door de Guardia Civil gearresteerd. Hij verbleef in de gevangenissen van Carabanchel, Puerto I, Alcala, Valdemoro, Tenerife, Huelva, Malaga en Logroño. Momenteel verblijft hij in de gevangenis van Langraitz. Bovendien moest hij al in vrijheid gesteld worden omdat zijn straf er op zat, maar de “Doctrine Parrot” heeft ook hem, sinds 2006, in de wurggreep. Als gevolg van die lange jaren brutaal gevangenisregime (op 11 mei 2009 zit hij 28 jaar gevangen) is hij ernstig ziek geworden, maar moet nu nog 2 jaar uitzitten, tot de volledige (aangepaste) straf van 30 jaar is bereikt. Zijn gezondheidstoestand is zorgwekkend: hij lijdt aan een algemene artrose en beide heupen zijn zwaar aangetast (in 2005 werd een rechter heupprothese ingebracht, omdat hij zelfs met krukken niet meer kon lopen), hij lijdt aan hernia (L4 en L5), heeft diabetes Mellitus (een ziekte die zich kenmerkt door herhaaldelijk verhoogde bloedglucosewaarden), met als gevolg bijziendheid op beide ogen, superkritische cholesterolwaarden, hyperglyceridemie (bloedvatafwijking) en een verhoogd risico op hart- en vaataandoeningen. Hij lijdt ook aan de ziekte van Dupuy (een syndroom waarbij de zweetklieren op de wang geactiveerd worden in plaats van de speekselklieren) , en aan de aandoening “Hallus valgus”, of wildgroei van extra bot, waarbij één of meerdere vingers of tenen geleidelijk krom komen te staan. Een bijzonder pijnlijke aandoening en je kunt er niets tegen doen, tenzij operatief ingrijpen. Kortom, hij kan zichzelf niet meer verhelpen en is aangewezen voor hulp op sadistische regimecipiers (alleen sadistisch als zij te maken krijgen met Baskische politieke gevangenen). Op 3 mei 2011 werd hij na 30 jaar cel eindelijk vrijgelaten. Langer konden ze hem wettelijk niet vasthouden.

JUAN JOSE REGO VIDAL

Juan Jose Rego Vidal (69 jaar) zit dit jaar 2008 al 13 jaar in de gevangenis, momenteel in de gevangenis van Mansilla (León). Zijn toestand is net als de 12 andere politieke gevangenen zorgwekkend: hevige cerebrospinale (met betrekking tot de hersenen en het ruggenmerg) pijn, al 15 jaar diabetes Mellitus (een ziekte die zich kenmerkt door herhaaldelijk verhoogde bloedglucosewaarden), en hypertensie, met als gevolg cataract op beide ogen en zwaar verlies van scherpte en zichtbaarheid. Hij lijdt ook aan neurosensoriele hypoacusie (geleidingsdoofheid, bij hem als gevolg van lawaaitrauma) en prostaatkanker.

Artikel 92,3 wordt ook op hem niet toegepast en bovendien werd zijn vraag om in een Baskische gevangenis te worden opgesloten, met het oog op een doeltreffender behandeling, zonder meer afgewezen.

JOSE MIGUEL ETXEANDIA MEABE

Jose Miguel Etxeandia Meabe (48 jaar) werd in Mexico gearresteerd op 3 juni 2003 en nadien uitgeleverd aan Spanje, waar hij meermaals zwaar gefolterd werd. Momenteel bevindt hij zich in de gevangenis van Herrera de la Mancha. Hij lijdt aan chronische angstaanvallen (gevolg van foltering?) en aan dwangneuroses met een acute beklemming als gevolg van de angstaanvallen. Hij lijdt ook aan Hepatitis C.

BAUTISTA BARANDALLA IRIARTE

Bautista Barandalla (42 jaar) werd op 18 september 1990 gearresteerd en verblijft momenteel in de gevangenis van Iruña. Hij lijdt aan colitis ultraulcerosa (een zware en ernstige vorm van darmontsteking en bijzonder pijnlijk). Door de vele operaties, wegens gebrek aan adequate behandeling, is hij al een groot deel van de 12-vingerige darm kwijt gespeeld. Hij lijdt ook nog aan ulcera péptico (ettergezwellen), espondilitis anquilosante (verlammende wervelontsteking) en sacroilitis aan beide zijden (dit is een ontsteking van het sacroiliacaal gewricht van het bekken).

ANGEL FIGUEROA FERNANDEZ

Angel Figueroa Fernandez (37 jaar) werd op 25 oktober 1994 gearresteerd en verblijft momenteel in de gevangenis van Córdoba. Hij lijdt regelmatig aan epilepsieaanvallen en aan MTS-mesiale temporale sclerose (een omschreven gebied in de hersenen dat de oorzaak is van de epilepsie). Het operatieresultaat is gunstig wanneer het gebied waar de aanvallen ontstaan geheel kan worden verwijderd, maar daarvoor is een dringende epilepsiechirurgische ingreep noodzakelijk. Als Baskische gevangene kan hij er naar fluiten. Zijn toestand is zo ernstig dat hij meermaals het bewustzijn verliest als hij aanvallen krijgt.

JOSE RAMON FORURIA ZUBIALDEA

José Ramon Foruria Zubialdea (59 jaar) zit sinds 2004 in de gevangenis. Momenteel verblijft hij in de gevangenis van Dueñas (Palencia).

Hij lijdt aan neo besical of verkorting van de reactietijd en aan blaaskanker.

MIKEL GIL CERVERA

Mikel Gil Cervera (44 jaar) werd op 9 juni 1992 in Frankrijk gearresteerd en uitgeleverd aan Spanje op 10 april 2000. Hij vertoeft momenteel in de gevangenis van Zuera (Zaragoza). Hij lijdt aan spannings- en angstdepressies, gepaard gaande met een verstoord persoonlijkheidsevenwicht. Regelmatig vervalt hij in diepe depressies met crisissen van delirium. Hij lijdt ook aan artrose en heeft ernstige problemen met zijn gewrichten. Hij heeft een ernstige kwetsuur aan de meniscus in de rechterknie, chronische nekklachten (o.a. pijnlijke stijve nek) encervicalgie of kraakbeenverweking.

Mª DOLORES GOROSTIAGA RETUERTO

Mª Dolores Gorostiaga Retuerto (52 jaar) werd op 18 december 1997 gearresteerd en verblijft momenteel in de gevangenis van Logroño. Zij heeft borstkanker, diabetes mellitus (een ziekte die zich kenmerkt door herhaaldelijk verhoogde bloedglucosewaarden), is leesblind (dyslectisch) en heeft veel last van hypertensie.

GOTZONE LOPEZ DE LUZURIAGA FERNANDEZ

Gotzone Lopez De Luzuriaga Fernandez (49 jaar) werd op 17 september 1989 gearresteerd en verblijft momenteel in de gevangenis van Jaen (Andalucía). Begin juni 2007 werd een eerste graad borstkanker ontdekt. Op 26 juni 2007 werd in een hospitaal van Jaen een adenocarcinoom weggenomen (adenocarcinoom is een carcinoom dat ontstaat in klierweefsel; een carcinoom is een kwaadaardige woekering van epitheelcellen. Het epitheel is een algemene benaming voor de cellen die aan de oppervlakte liggen van huid en slijmvliezen).

JOSU URIBETXEBARRIA BOLINAGA

Josu Uribetxebarria Bolinaga (51 jaar) en werd in 1998 gearresteerd. Momenteel verblijft hij in de gevangenis van Langraitz, hoewel zijn “vaste stek” Puerto II is.

Hij lijdt aan nierkanker waardoor de linkernier werd weggehaald.

Naast deze 11 Baskische politieke gevangenen zijn er nog twee die specifiek lijden aan psychologische ziektes. Uit respect voor hun wens en die van hun familie zullen de namen hier niet vermeld worden.

XXXX

Mannelijke Baskische politieke gevangene die lijdt aan chronische depressies en schizofreniforme stoornissen vertoont.

YYYY

Mannelijke Baskische politieke gevangene die lijdt aan psychotische depressies en schizofreniforme stoornissen vertoont.

Etxerat is bijzonder bezorgd om die 13 gevallen, want het gebrek aan medische zorg is wraakroepend, en als er al eens een tussenkomst is van een gerechtsdokter schrikken ze er niet voor terug om verkeerde medicatie of placebo’s voor te schrijven. Deze penitentiaire politiek (zie rubriek: "Penitentiair beleid 6") ten aanzien van Baskische politieke gevangenen is nefast: 21 onder hen zijn al in de gevangenis gestorven als gevolg van gebrek aan medische hulp, 12 in hun cel, 2 in het hospitaal en 7 een luttel aantal dagen nadat ze vrijgekomen waren.

Bron: Etxerat, Basque Country, June 2008

14 maart 2013

Angel Figueroa werd uiteindelijk na 14 jaar cel vrijgelaten omwille van zijn ernstige ziekte en mocht de rest van zijn straf onder huisarrest in Algorta uitzitten waar hij op 14 maart 2013 dood werd aangetroffen. Precies 16 jaar eerder verongelukte zijn grootmoeder in de buurt van Burgos op weg naar de gevangenis van Alcalá Meco op 500 km van Algorta. Tijdens zijn gevangenschap overleed ook zijn vader.

>>>>>>>>