Democratisch deficit

Meermaals is het mij voorgevallen, bij het lezen van bepaalde gebeurtenissen uit onze geschiedenis, dat ik braakneigingen en walging moest onderdrukken. De huiveringwekkende verhalen over de folterpraktijken van de Gestapo bijvoorbeeld. Shockerend is dat, niet te vatten voor rechtgeaarde mensen. Een feest van de haat. Ik hoor u al opperen: “Gelukkig ligt dat al tientallen jaren achter ons.” Is dat wel zo?

Het verhaal dat nu volgt stamt niet uit de periode van de Gestapo, het stamt ook niet uit de Francodictatuur. Neen, het is een triest en weerzinwekkend verhaal, gebeurd in januari 2008, in het "democratische" Spanje.

Op 6 januari 2008 werden in Arrasate-Mondragón 2 jongeren gearresteerd door de Guardia Civil. Zij waren afkomstig uit Lesaka (Navarra), en het gaat om Igor Portu Jaurarena en Martín Sarasola.

“Bronnen binnen de terroristenstrijd” (lees: Guardias die naar de pers lekken) weten te vertellen dat het om “legales” van ETA gaat. (legales: niet als ETA-leden bekend.) De arrestatie gebeurde “omstreeks 13:00u bij een wegcontrole”. Ze droegen pistolen, (in de auto) in cellofaan verpakt (dus niet ‘op scherp’), en die hen mogelijk even voordien verschaft werden. Het tweetal werd meteen naar hun dorp, Lesaka in Navarra, versleept om aanwezig te zijn bij de huiszoeking. Daar aangekomen, tegen 22:00u, kregen de opgetrommelde dorpsgenoten van de Guardia Civil verbod iets te roepen!

De huiszoeking was omstreeks 00:01u ‘s morgens afgelopen.

Nadat één van de arrestanten, Igor Portu, met spoed naar de “intensive care” van het ziekenhuis “Hospital Donostia” werd overgebracht (04.00 u. ‘s morgens) raakt het volgende medische rapport bekend:

- twee gebroken ribben.

- perforatie van een long.

- bloedophopingen over het hele lichaam.

- bloeding aan het linkeroog.

Het viel te verwachten dat er arrestaties (Igor Portu Jaurarena en Martín Sarasola) zouden volgen na de brutale mishandelingen van Gorka Lupiañez Mintegi, een maand geleden, tijdens zijn isolatiedetentie. Lupiañez werd met een borstelsteel verkracht en kreeg elke dag vele keren de plastic zak over de kop getrokken. Dan ga je vanzelf namen noemen!

Zelfs “Amnesty International”, dat zijn klachten steeds meer beperkt tot verafgelegen bananenrepublieken, eist een onderzoek.

De familie van Gorka Joseba Lupiañez Mintegi, gearresteerd door de Guardia Civil op 6 december 2007, heeft een boodschap de wereld ingestuurd:

"Op 17 december 2007 hebben wij een bezoek gebracht aan Gorka en hij zag er bijzonder zwak uit. Aangezien wij willen dat de folteringen, waaraan hij onderhevig was, openbaar worden gemaakt, geven wij hier een kleine opsomming van wat hem is overkomen:

  • Vijftig à zestig keer per dag een plastic zak over hoofd tot hij de verstikking nabij was

  • De testikels en de penis werden met een touw afgesnoerd, en er werd zonder ophouden aan het touw getrokken in zoverre dat er bloed uit de penis kwam

  • Hij kreeg constant slagen op de testikels

  • Hij kreeg constant slagen op het hoofd

  • Hij werd tot tegen de verdrinkingsgrens aan ondergedompeld in een bad

  • Er werd een tuinslang in zijn mond gestopt om zijn buik vol met water te spuiten.

  • Hij moest op handen en voeten lopen en er werd een stok in zijn aars gestopt, die constant naar binnen geduwd werd

  • Met een revolver op zijn hoofd werden schijnexecuties uitgevoerd.”

Ik moet er niet bij vermelden dat hij de gehele tijd naakt was.Dat heeft zo 5 dagen geduurd, de totale incomunicado-periode. Een periode waarin niemand weet waar een gevangene zich bevindt en waarin geen enkel contact met de buitenwereld toegestaan is. Commentaar overbodig".

Igor Portu was nog maar net opgenomen in het hospitaal (7 januari 2008) of binnenlandminister Pérez Rubalcaba verklaart dat de “kwetsuren” er kwamen “na gebruik van dwang, en in overeenstemming met de voorschriften”, wegens het verzet van het tweetal bij hun arrestatie en “waarbij de wetgeving in de terroristenstrijd gewetensvol werd toegepast”.

In een eerste reactie op de arrestatie werd over dit alles niets gezegd en de kranten van de groep “Noticias” vragen zich dan ook terecht af waarom de arrestant pas 14 uren later in het ziekenhuis terechtkwam! Getuigen verklaren dat Igor Portu bij aankomst aan zijn huis voor de huiszoeking (nog) niet zwaar gewond was. Immers, een longperforatie zou hem belet hebben te ademen!

Voor alle informatie uit de “antiterroristenhoek” moet u o.a. bij de krant El Mundo van 9 januari 2009 zijn.

El Mundo weet alles over wat de twee gefolterde ETA-leden bekend zouden hebben:

  • Portu en Sarasola bekenden de aanslag op Madrid Barajas gepleegd te hebben.

  • Portu en Sarasola bestuurden de bestelwagen met de explosieven tot aan een olijvenplantage in Castellón.

  • Het commando waarvan ze deel uitmaakten, stond onder de leiding van José Antonio Aranibar.

  • Hij sprak de waarheid, want hij vertelde ons details die enkel hij kon weten.

  • Mikel San Sebastián wordt gezocht. Hij zal dus de volgende zijn!

  • Met zijn drieën zouden ze de geweerschoten gelost hebben als eerbewijs op de herdenking in Aritxulegi.

  • Sarasola bekende dat hij niet mishandeld werd bij de arrestatie.

Bij het herlezen, wordt duidelijk dat de 2 arrestanten alles bekenden wat de Guardia Civil graag wilde horen… Normaal, als ze je eerst half dood slaan…

De wetsdokter verklaarde dat “de verwondingen verenigbaar zijn met een gewelddadige arrestatie”. “Portu wilde bij zijn arrestatie vluchten, en toen heeft een Guardia Civil zich op hem geworpen. Daardoor brak hij een rib”.

De verwondingen van Sarasola zijn minder erg dan die van Portu: verwondingen aan de rechter oorschelp, kwetsuren op beide armen, kneuzingen en blauwe plekken over het hele lichaam. Ook deze verwondingen zijn “compatibel met een arrestatie”.

Maar dan wordt duidelijk dat minister Rubalcaba liegt in elke zin die hij uitspreekt (verderop wordt duidelijk waarom):

“De arrestatie gebeurde bij een routine verkeerscontrole. (Het duo kwam echter te voet voorbij vanuit de bergen waar ze waren gaan wandelen. Plotseling verschenen er een aantal Nissan Patrols.) Ze hadden beiden een rugzak omhangen. Toen hen gevraagd werd de inhoud van de rugzak te tonen probeerden ze te vluchten. Hierna werden ze overmeesterd. Daar vielen de verwondingen, o.a. de gebroken rib en de geperforeerde long (waarvoor ze pas 15 uren later naar het ziekenhuis werden gebracht!) Eens in de kazerne van Intxaurrondo (Donostia), waar ze naartoe gebracht werden, weigerden de twee het formulier te ondertekenen waarin stond dat hun rechten werden voorgelezen. Dit is de oorzaak dat er zoveel kostbare tijd verloren is gegaan, en ook de reden waarom er geen contact met een wetsdokter was”. Die kwam pas 15 uren later, toen de pijn van de arrestant niet meer te harden was.

Staatsman Zapatero liet ook van zich horen, wees op de transparantheid van het onderzoek en bevestigde dat hij zijn vertrouwen in de Guardia Civil gestand hield! Het onderzoek was zo transparant dat niemand wist te vertellen of Sarasola nu in Intxaurrondo of in Madrid was.

Maar op 10 januari 2008 doet het gezegde: "Al gaat de leugen nog zo snel…", zichzelf alle eer aan. Twee onverdachte getuigenissen spreken de leugens van Rubalcaba tegen.

1. Francisco Etxeberria

Op 10 januari 2008 wordt naar de mening van Francisco Etxeberria gevraagd. Etxeberria was in de jaren 80 wetsdokter en hij bezocht daarbij ontelbare kerkers en commissariaten om arrestanten te onderzoeken. Hij ontdekte indertijd dat de stoffelijke resten van Lasa en Zabala, die in Alicante vanonder 50 kilo ongebluste kalk vandaan gehaald werden. Beiden waren voordien in San Sebastián door de Guardia Civil dood gefolterd. Nu houdt Etxeberria zich vooral bezig met het identificeren van stoffelijke resten van tijdens de Burgeroorlog geliquideerde Basken.

Hij verklaart dat het onmogelijk is dat Portu tijdens zijn arrestatie twee ribben brak en waarbij een long geperforeerd werd. Hij had daarna niet kunnen lopen of in een auto zitten zonder zichtbare tekenen van ondraaglijke pijnen. Portu moet dus tijdens folterscènes (achteraf) onmenselijk geslagen zijn. Op de bewering van minister Rubalcaba: “dat het protocol bij behandeling van arrestanten gewetensvol werd nagekomen”, antwoordt Etxeberria dat hij zich geen enkel gerechtelijk protocol kan indenken waarbij een arrestant niet medisch onderzocht wordt. “Portu had bovendien kunnen overlijden aan de longperforatie!”

2. Een ooggetuige

Op 10 januari 2008 maakte Askatasuna bekend dat er een getuige is opgedoken die het hele voorval heeft meegemaakt.

Ziehier, de verklaring die hij heeft afgelegd voor de onderzoeksrechter.

Juzgado de Instrucción número 1 de Bergara

Instrukzioko 1 zk.ko Epaitegia

Acte van verschijning. – In Bergara, 10 januari 2008, is voor S.Sa verschenen, ………….., met DNI (identiteitskaart), ………………., en woonachtig te, …………………, het volgende verklarend:

“Zondagmorgen, omstreeks 10.00u,(de arrestatie gebeurde niet op zondagmiddag, zoals de minister verklaarde) zat ik op een bank in aanwezigheid van mijn hond, in de zone bekend onder de naam “las Malvinas”, recht tegenover de Ikastola (school) van Arrasate, toen ik twee personen zag die van een bergwandeling terugkwamen. Op dat eigenste moment verschenen 5 patrouillewagens van de Guardia Civil (het was dus geen routinecontrole zoals minister Rubalcaba verklaarde) en ze reden onmiddellijk naar de 2 personen toe. De Guardias vroegen om de rugzakken en registreerden ze. Ze kwamen ook naar mij toe om mijn hond in bedwang te houden en om mij te identificeren. De wagen van de jongens, een Volkswagen Kadi van grijze kleur werd ook geregistreerd. Uit de wagen of uit de rugzakken werd een pakket te voorschijn gehaald dat in plastiek gewikkeld was. Ik dacht dat het drugs waren en schonk er geen verdere aandacht aan. Toen de Guardias opmerkten wat er in het pakket zat, gaf de chef opdracht de boeien aan te doen en de jongeren in de politiewagen te stoppen. (Er werd daarbij geen weerstand geboden en er diende niemand overmeesterd te worden, zoals minister Rubalcaba verklaarde.) Ik kreeg mijn papieren terug en de raad op te krassen. Ik bleef toch nog een tijd die politieactie gade slaan.

Ik heb omstreeks 09:30u mijn huis verlaten en zat al een tijdje op de bank. De actie zelf moet zowat tussen 10:00 en 10:30u gebeurd zijn. Wat hij gehoord heeft in de media over het uur van de feiten klopt niet, het was ook geen routine bij een wegcontrole en van enige weerspannigheid bij de jongeren heb ik totaal niets gezien. De arrestatie is heel “proper” verlopen in tegenstelling tot wat de media zegt en daarom bin ik ook aangifte komen doen van wat werkelijk gebeurd is.”

Heeft de “bekentenis” van medewerking aan de aanslag in Madrid-Barajas en van poging tot aanslag in volle verkiezingsperiode (zoals minister Rubalcaba beweerde), nog enige waarde?

Heeft Binnenlandminister, Alfredo Pérez Rubalcaba, gelogen? En zo ja, hoe komt Igor Portu dan aan die vreselijke kwetsuren?

Op 11 januari 2008, tijdens het middagnieuws (15.00 u.), werden beelden getoond van Igor Portu waarin die wordt weggeleid en waarbij hij ondersteund moet worden door twee begeleiders. Portu werd gisteren overgebracht vanuit het ziekenhuis van San Sebastián naar de gevangenis van Martutene (in dezelfde stad) om verhoord te worden door rechter Grande Marlaska. Portu is nog steeds “incomunicado” en wordt daarom “bijgestaan” door een advocaat die hij zelf niet mocht kiezen. De ooggetuige die zijn versie van de arrestatie gaf, wordt door TVE meteen een “vermeende getuige” genoemd! Hij zat op een bank naast de weg en zag het duo komen aanstappen. Na dit bericht op TVE werd naadloos overgegaan naar een reportage uit de gevangenis van Guantánamo (waar gevangenen bij het luchten ondersteund moeten worden). Er werd “geklaagd” dat een equipe van TVE vóór het verlaten van het Amerikaanse gevangenenkamp fragmenten van hun opname moest wissen. Er werd een stukje uit het geplande programma getoond waarin verslag werd uitgebracht over gevangenen die in cellen zaten waarin het licht nooit gedoofd werd en waarin gevangenen al gedurende een lange tijd vastzaten in afwachting van hun proces.

Over splinters en balken in ogen gesproken! Veel Baskische politieke gevangenen krijgen nooit een medegevangene te zien! Ze werden veroordeeld nadat ze jaren in voorarrest zaten. Ze “bekenden” nadat ze dagenlang gefolterd werden… Weinig folteraars werden veroordeeld en allen kwamen ze erg snel vrij!

Het “mooiste” moest echter nog komen (op TVE). In de “Bestendige Deputatie” in het Congres in Madrid eiste de PP dat de radicale Baskische partijen ANV en PCTV-EHAK buiten de wet werden gesteld. Er ontstond een incident nadat Joan Tardá van de Catalaanse Republikeinen beide Baskische partijen verdedigde en daarbij de PP verweet hierin geen recht van spreken te hebben: “Jullie erevoorzitter, Fraga Iribarne, heeft zelf bloed aan de handen, omdat hij de repressietroepen aanvoerde tijdens de Francodictatuur” (en daar vielen regelmatig doden bij!) PP-woordvoerder en voormalig minister, Eduardo Zaplano, noemde daarop de woorden van republikein Tardá “totalitair en fascistisch” en Tardá kon zich, volgens het PP-licht, “enkel op deze manier uiten dankzij de politiek die Fraga na de dictatuur voerde”! De voorzitster dreigde voormalig minister Zaplano buiten te laten zetten, maar toen dit niet hielp, werd beslist de woorden van beide opponenten te schrappen uit het verslag.

Op 12 januari 2008 kon Igor Portu, eindelijk, zelf zijn verhaal doen. Na vijf dagen incomunicado-detentie, waarbij er geen enkel contact was met een vertrouwenspersoon, “mocht” Igor Portu vannacht zijn verhaal doen voor de uitzonderingsrechtbank, de Audiencia Nacional, die stamt uit de periode van de Francodictatuur.

Getuigenis Igor Portu

“Het was gedurende vijf dagen zéér erg. Ik werd voortdurend geslagen en bedreigd.” (Op die manier had hij minstens twee keer het bewustzijn verloren.) Meteen na de arrestatie begonnen vier Guardias me in de Patrol te slaan. Ik had boeien aan en ze reden één of twee kilometer verder naar een beek. Daar moest ik op de knieën gaan zitten waarna ze mijn hoofd in het ijskoude water staken tot ik dacht te gaan verdrinken. Dit herhaalden ze tot ze dachten dat ik niet meer kon. Nadien namen ze mij bij de benen vast en hielden me zo met het hoofd onder water. Tussendoor bleef het vuistslagen regenen en slagen met de vlakke hand op de oren”.

“Dit waren de eerste 20 minuten en zo zal het vijf dagen verder gaan”, werd mij gezegd. “Met een kap over het hoofd en met het hoofd tussen de knieën werd naar de kazerne van Intxaurrondo gereden. Onder voortdurende slagen. In de kelders moest ik, geblinddoekt, blijven staan en als ik moe werd, moest ik turnoefeningen doen: door de knieën zakken. Er werd voortdurend gedreigd dat ze me gingen vermoorden. Er werd gedreigd dat ze me wel zouden pakken als ik iets over de behandeling aan de wetdokter zou vertellen. Dit was nog maar de eerste nacht…”

Op 14 januari 2008 kon de familie van Igor Portu in de gevangenis van Zuera (Zaragoza), de verwondingen, die hun zoon vertoonde over het hele lichaam, met eigen ogen zien. Ze kregen hiervoor drie kwartier de tijd in het gevangenisziekenhuis. Hij vertoonde nog steeds blauwe plekken over het hele lichaam en leed nog steeds pijn ten gevolge van de slagen. Igor Portu had zijn familie moed gegeven en gezegd dat hij “een of ander” ging studeren in de gevangenis.

Op 17 januari 2008 raakte bekend dat de getuigenis van Mattin Sarasola bijna identiek is aan die van Igor Portu. Daar waar Portu verklaarde dat hij een schot had gehoord, zegt Sarasola dat ze op hem een schijnexecutie uitvoerden. “We zullen met jou hetzelfde doen als met Mikel Zabalza”. (Mikel Zabalza uit Orbaitzeta werd in 1985 in Donostia door de Guardia Civil meegnomen en dood gefolterd. Nadien gooiden ze hem in de grensrivier Bidasoa met de bewering dat tijdens een vluchtpoging verdronken was. Dit terwijl hij niet kon zwemmen en zijn handen op de rug vastgebonden waren!)

Behalve de aanhoudende slagen die hij te verwerken kreeg, werd ook nog gedreigd dat zijn (Sarasola’s) broer of een ander familielid zou gefolterd worden als hij aan de onderzoeksrechter ook maar iets zou zeggen over de doorstane “ondervragingen”. Tijdens het verhoor door rechter Grande-Marlaska had de advocaat die hem toegewezen werd zijn mond niet eens open gedaan.

Mattin Sarasola, een week na de “ondervraging”, nog steeds bont en blauw! (foto Gara)

Op 23 januari 2008 werden de twee jongeren uit Lesaka (Navarra), Mattin Sarasola en Igor Portu voor de onderzoeksrechter gebracht.

Meestal krijgen arrestanten, tijdens de incomunicado-detentie in handen van de Guardia Civil, vooraf door de Guardia Civil zelf opgesteld opgestelde verklaringen onder ogen te zien. Die verklaringen moeten ze, onder een regen van slagen en met regelmatig een plastic zak over het hoofd, uit het hoofd leren. Ze worden vooraf bedreigd met voortzetting van deze “behandeling”, als de verklaringen niet letterlijk en foutloos kunnen worden gereproduceerd! Er wordt aan die arrestanten ook een lijstje voorgelegd van nog niet opgeloste aanslagen, en er wordt pas gestopt met hen neer te knuppelen als ze bekend hebben.

Er mag dus duidelijk gesteld worden dat het Sarasola en Portu niet ontbrak aan moed, toen ze de folteringen bij de onderzoeksrechter aanklaagden. Maar het zal weinig uithalen, want hun eerdere “verklaringen” bij de Guardia Civil zullen wel op band opgepakt zijn! De onderzoeksrechter, Santiago Pedraz, verwees hen dan ook naar de cel met het argument dat ze de ten laste gelegde feiten niet ontkend hadden! (Natuurlijk niet. Om te ontsnappen aan onmenselijke en niet te harden pijn, is men bereid alles te bekennen!)

Portu en Sarasola worden beschuldigd de daders te zijn van de aanslag op de parking in Madrid-Barajas op 30 december 2006. De officier van Justitie, Ignacio Gordillo, beschuldigde hen dan ook van doodslag op de twee Zuid-Amerikanen die in een auto lagen te slapen. (De politie wist dit maar had familieleden niet toegelaten hen te gaan wekken, hoewel ze de nummers van de parkeerplaatsen precies kenden!) Volgens de procureur had Sarasola de bestelwagen met de springstof geparkeerd en Portu had de Baskische ambulancedienst DYA, de krant Gara en de brandweer van Madrid verwittigd.

De Guardia Civil verklaart dat Sarasola “blindelings de weg wist, een kastanjekleurige pruik en een pet droeg, dat de stem (van Portu aan de telefoon) werd herkend en dat Sarasola bij zijn arrestatie nog steeds twee telefoonnummers van toen bij zich had, in zijn portefeuille! Dit kan toch niet!

Acht Guardia Civiles moeten op 22 februari 2008 voor de rechter verschijnen. Zij waren betrokken bij de arrestatie, het overbrengen naar de “ondervragingskelder” en het “bewaken” van Igor Portu en Mattin Sarasola. De acht staan terecht voor foltering.

De rechter is in het bezit van foto’s afkomstig van de gerechtsdokter (trucage is dus uitgesloten) en van de registratie van de verklaringen van Portu aan de onderzoeksrechter (trucage is dus uitgesloten).

Die verklaringen gaan, op een choquerende manier, lijnrecht in tegen de officiële versie van zowel de Guardia Civil ’s, als van binnenlandminister Rubalcaba. De onderzoekrechter kon ook vergelijken met de verklaringen van Mattin Sarasola, die vrijwel gelijklopend waren.

Rond de middag werden manifestanten die kwamen betogen tegen de folteringen, onder het motto: “Torturatzaileak alde hemendik! Aski da!” (Folteraars, weg van hier! Het is nu genoeg!), door de Ertzaintza uiteengedreven.

De acht ontkenden natuurlijk elke vorm van foltering, en verscholen zich achter de valse uitspraken van binnenlandminister Rubalcaba.

De zitting werd beëindigd zonder dat de rechter verdere stappen aankondigde of dat er voor de acht bewarende maatregelen werden opgelegd. Basken worden in dergelijke gevallen preventief opgesloten in afwachting van het proces te gronde. Hier kan men zich afvragen of er nog een proces komt.

Foto 's

Het onderzoek naar de aanslag op Terminal 4 te Barajas (Madrid) van 30 december 2006 ondervindt meer moeilijkheden dan verwacht. Igor Portu Jaurarena en Martín Sarasola die op 6 januari 2008 in Arrasate-Mondragón werden gearresteerd door de Guardia Civil, bekenden tijdens de “ondervragingen” de aanslag. Het zou nu een fluitje van een cent worden om het onderzoek af te ronden, want de videobeelden waren het belangrijkste bewijs.

Wat blijkt op 19 maart 2008?

De specialisten kunnen niet bevestigen dat de persoon die op de videobeelden te zien is, een paar ogenblikken voor de aanslag, Mattin Sarasola is, ook niet na diepgaande fysionomische studies. Hij heeft tijdens de “ondervragingen” nochtans bekend en ook bevestigd dat hij op de video te zien was. Maar voor magistraat Santiago Pedraz heeft Sarasola alle bekentenissen ingetrokken en bevestigd dat zijn verklaringen werden afgelegd onder foltering.

Op 16 mei 2008 werd in het Baskische Parlement een resolutie besproken, ingediend door Aralar, en bij meerderheid (PNV, EA, EB, Aralar en EHAK) goedgekeurd. Ziehier, de tekst die voor heel wat opschudding zorgde:

“Het Baskische Parlement verwerpt de houding die de Spaanse regering systematisch aanneemt ten aanzien van de klachten van mishandeling en foltering, terwijl zij zonder uitzondering de hand boven het hoofd van de politionele krachten houdt. Het Baskische Parlement verwerpt uitdrukkelijk de totale bescherming van minister van Binnenlandse Zaken, Alfredo Pérez Rubalcaba, voor de 8 Guardia Civiles, in de klacht tegen de foltering van Igor Portu y Mattin Sarasola.”

"El Parlamento vasco reprueba la postura que el Gobierno español adopta sistemáticamente ante las denuncias de malos tratos o torturas, amparando sin excepción a las fuerzas policiales. Y reprueba especialmente el total amparo manifestado por el ministro del Interior, Alfredo Pérez Rubalcaba, a los ocho guardias civiles ante las denuncias de torturas de Igor Portu y Mattin Sarasola."

>>>>>>>>