Arnaldo Otegi

Otegi werd op 6 juli 1958 geboren te Elgoibar in Gipuzkoa. Hij is getrouwd en vader van twee kinderen. Hij studeerde af als Licentiaat Letteren en Wijsbegeerte. Zoals zovele jongeren was hij ook, in zijn geboortestad, toegetreden tot ETA-pm onder de schuilnaam “Gordo”. Hij geraakte als lid van een commando verwikkeld in de aanslag op een tankstation, in de roof van voertuigen, in de aanslag op de militaire gouverneur van Donostia en in de bevrijding van een gevangen Etarra uit een hospitaal. Als gevolg hiervan was hij genoodzaakt in 1977 te vluchten naar Iparralde.

Op 3 juli 1979 maakte hij samen met José María Ostolaza Pagoaga en Luis Alcorta Maguregui, deel uit van het commando “Kalimotxo” bij de mislukte poging tot ontvoering van een UCD-volksvertegenwoordiger uit Soria, Gabriel Cisneros (later PP-volksvertegenwoordiger).

In januari 1989 werd hij vrijgesproken van de ontvoering van ex-parlementair Javier Rupérez, maar op 21 februari van dat zelfde jaar wel veroordeeld voor de ontvoering van de ondernemer, Luis Abaitúa, en tot 6 jaar cel veroordeeld.

Na zijn gevangenschap ruilde hij ETA-pm (die intussen opgedoekt en vervangen was door ETA-m) voor een politieke loopbaan.

Bij de Baskische verkiezingen van 23 oktober 1994 stond hij op de lijst van Herri Batasuna op de 7de plaats en viel net buiten de prijzen. HB behaalde toen 6 zetels. Op 27 september 1995 evenwel werd hij de plaatsvervanger van Begoña Arrondo, die veroordeeld werd voor het delict “samenwerking met een gewapende organisatie”.

In november 1997 werd het volledig bestuur van Herri Batasuna (zie rubriek: "Politieke processen 2), waar Otegi nog niet toe behoorde, opgepakt, omdat zij tijdens de nationale verkiezingscampagne van 1996 een video van ETA hadden vertoond (een video die oplossingen voorstelde voor onderhandelingen en wapenstilstand). Als gevolg van deze leegloop werd Arnaldo Otegi, samen met Joseba Permach verkozen als de nieuwe coördinators van Herri Batasuna (die intussen verboden was).

Op 12 september 1998 nam Otegi deel aan de ondertekening van de “Akkoorden van Lizarra”, waarin een dialoog werd voorgesteld zonder voorwaarden en waarin bij een akkoord alle uitingen van geweld permanent zouden verbannen worden.

Aan de autonome verkiezingen van 25 oktober 1998 kon Herri Batasuna niet deelnemen omdat ze verboden waren. Het platform EH-Euskal Herritarrok (nieuwe partijnaam voor HB) werd opgericht en Arnaldo Otegi was kandidaat. Als gevolg van de “Verklaring van Lizarra-Estella”, die een aanloop waren naar de wapenstilstand van 1998-99, haalde de partij het beste resultaat sedert 10 jaar en werd de derde grootste partij in Euskadi en Navarra.

In augustus 2000 wordt een klacht tegen hem ingediend door de openbare aanklager van het TSPV- Tribunal Superior del País Vasco wegens “verheerlijking van het terrorisme”. Dit zijn de feiten:

Op 7 augustus 2000 komen 3 (mogelijk 4) personen (2 mannen en een vrouw) om het leven in Bolueta (Bilbao) nadat de bomauto waarin ze reden tot ontploffing kwam. Eén van het zou Patxi Rementeria zijn, chef van het “comando Bizkaia”. Arnaldo Otegi noemt de (inmiddels) 4 van Bolueta “compañeros” en “patriotas”. De linkse abertzalepartij roept “een dag van strijd” uit op 12 augustus 2000. Die dag wordt in Bilbo door duizenden (10.000 volgens sommige agentschappen) de laatste eer bewezen aan de vier Baskische soldaten die om het leven kwamen toen de bomauto die ze bestuurden de lucht in ging. Behalve Arnaldo Otegi namen ook nog María Jauregi en Jon Idígoras het woord. Volgens de laatste veronderstellingen ging het in Bolueta, behalve om Patxi Rementria, ook nog om Ekain Ruiz, Zigor Aranbarri en Urko Gerrikagoitia. Het werd een emotioneel eerbetoon.

Op de Aberri Eguna van 31 maart 2002 te Donibane Lohitzune (Saint Jean de Luz) zou Arnaldo Otegi zijn toespraak besloten hebben met de kreet "Gora ETA" (Leve ETA). Op "verheerlijking van het terrorisme" kan één tot twee jaar opsluiting staan. Arnaldo Otegi zou helemaal niet "leve ETA" geroepen hebben, maar "Gora Euskadi Ta Askatasuna, "Leve Baskenland en Vrijheid." Het is echter wél zo dat de "naam" ETA komt van de beginletters van deze drie woorden! Meteen wordt het duidelijk dat het er enkel om te doen is Otegi achter de tralies te krijgen. Karlos Garaikoetxea, voormalig Lehendakari, zegt dat deze drie woorden toch niet verboden zijn. Maar voor Basken gelden andere wetten: op 09 april 2002 wordt Arnaldo Otegi aangeklaagd door de Spaanse Procureur Generaal, Cardenal, wegens verheerlijking van het terrorisme op de viering van de Aberri Eguna op Paasdag in Lohitzune. De uitspraak van Arnaldo Otegi, "Gora Euskadi ta Askatasuna" (Leve Baskenland en Vrijheid) op het einde van zijn toespraak op de Aberri Eguna-viering in Lohitzune, op Paasdag 1 april 2002, kostte hem een onderzoek op verdenking van "verheerlijking van het terrorisme" en dat diende gestraft te worden, ook al gebeurde dit, volgens Spaanse normen, "in het buitenland". Nu heeft het Spaanse Opperste Gerechtshof deze zaak geklasseerd en daarbij spreekt de Spaanse pers steeds maar weer over het delict van het roepen van "vivas aan ETA" en dus het "ophemelen van het terrorisme". Ondanks deze klassering loopt de Batasuna-kopman nog steeds een risico: er werd namelijk beroep aangetekend tegen deze klassering. Niet door de eerste de beste, maar door Jesús Cardenal, de Procureur Generaal zélf! Op 15 juni zal Cardenal zich neerleggen bij de beslissing van het Hooggerechtshof. De uitspraak op 15 juni 2002: "Terrorisme kan enkel gebeuren door gewelddadige acties tegen personen of hun bezittingen en kan het roepen van de slogan 'Gora Euskadi ta Askatasuna' in het buitenland niet vervolgd worden door het Spaanse gerecht". De Hoge Raad klasseert de klacht tegen Arnaldo Otegi voor vermeende "verheerlijking van het terrorisme".

Op 26 februari 2003, op de vooravond van het bezoek van de Spaanse koning Juan Carlos aan Baskenland, verklaarde Otegi op een persconferentie: "De koning, als hoofd van de strijdkrachten, is verantwoordelijk voor de folteringen". Hij alludeerde hiermee op de penibele toestand (Folterpraktijken in de Zaak Egunkaria) van de toenmalige opgesloten directeur van de krant Egunkaria, Martxelo Otamendi. In het Baskische hoogste gerechtshof werd Otegi vrijgesproken op basis van het recht op vrije meningsuiting.

Op 27 maart 2003 worden Herri Batasuna en Euskal Herritarrok buiten de wet gesteld, maar Otegi blijft zijn partij in het openbaar vertegenwoordigen.

Op 03 april 2004 wordt Arnaldo Otegi door een afdeling van de Spaanse Justitie, die in Baskenland zetelt, veroordeeld tot 15 maanden cel en 8 jaar ontzetting. De strafbare feiten gebeurden nochtans op het ogenblik dat Otegi van een parlementaire onschendbaarheid zou moeten genieten. Otegi zou het terrorisme vereerd hebben tijdens de ontvangst van de stoffelijke resten van Olaia Kastresana op de begraafplaats in Donostia in juli 2001.

Op 14 november 2004 diende Batasuna in de velodroom Anoeta van Donostia een vredesvoorstel in onder de naam "Orain herria, orain bakea" (Nu het Volk, Nu vrede). De Spaanse Procureur dient, op 3 januari 2005, een klacht in tegen de nationalistische parlementariërs, Arnaldo Otegi, Joseba Permach en Joseba Alvarez wegens "delicten van verheerlijking van het terrorisme en illegale samenkomst". Zo wordt “het indienen van een vredesvoorstel" in het Spaans omschreven.

Op 25 mei 2005, in volle debat over de onderhandelingen tussen regering en ETA, wordt Otegi opgepakt (dit komt niet onverwacht want hij genoot tot vóór de laatste verkiezingen van de parlementaire onschendbaarheid). Het verhoor van Otegi, voorzien om 20.30 u., zou pas beginnen om 22.45 u.! Uiteindelijk, om 01.00 u. ‘s nachts, werd Arnaldo Otegi beschuldigd van “lidmaatschap van ETA” en vrijgelaten op borgtocht van 400.000 euro. Hij mag het land niet verlaten en moet elke maandag en vrijdag verschijnen voor de rechtbank die het dichtst bij zijn woonplaats ligt. De reacties liegen er niet om: ze arresteren de man die met de witte vlag naar hen toe komt !!! Maar er hangen nog processen boven zijn hoofd.

Op 26 oktober 2005 werd Arnaldo Otegi dan toch veroordeeld tot 1 jaar cel voor de feiten van 26 februari 2003 door het Hooggerechtshof, wegens "injurias graves al rey" (ernstige belediging van de koning).

Grande-Marlaska, magistraat van de Audiencia Nacional heeft op 17.01.2006 de opschorting van alle activiteiten van Batasuna verboden. Er wordt hen verboden als politieke partij of als andere organisatie op te treden, er wordt hen verboden manifestaties te organiseren, zij mogen geen publieke samenkomsten houden, de lokalen moeten verzegeld worden en de webstek moet worden afgevoerd. Als gevolg hiervan wordt ook de Asamblea Nacional van 21 januari 2006 verboden. Wie daar geen gehoor aan geeft, zal beschuldigd worden van samenwerking en verheerlijking van het terrorisme! Als rechtstreeks gevolg van het vonnis van 17.01.2006 zullen binnenkort de 3 voornaamste leiders van Batasuna, Arnaldo Otegi, Joseba Permach en Joseba Alvarez, opgeroepen worden om te getuigen in de tenlastelegging "verheerlijking van het terrorisme". Van welke misdaad worden zij beschuldigd? De bijeenkomst in Anoeta op 14.11.2004, waar een vredesvoorstel publiek werd gemaakt! Ook minister van Binnenlandse Zaken in de Baskische regering, Balza, zal zich moeten verantwoorden, omdat hij toestemming gaf voor de bijeenkomst.

De algemene staking van 09 maart 2006 lokte heel wat incidenten uit. De algemene staking werd door ETA kracht bijgezet door het plaatsen van een viertal bommen. Magistraat van de Audiencia Nacional, Fernando Grande-Marlaska, stelt onder meer Arnaldo Otegi in verdenking als verantwoordelijke voor de incidenten en voor de bomaanslagen.

Op 29.03.2006 moet Arnaldo Otegi voor de Audiencia Nacional verschijnen. Hij weigerde op de vragen van rechter Grande-Marlaska te antwoorden. Otegi wordt verantwoordelijk gesteld voor 108 incidenten (waaronder de bommen gelegd door ETA). Geen 109 of 107 incidenten, neen 108!

Het Openbaar Ministerie, bij monde van magistraat Jesús Santos, heeft gevangenisstraf bevolen die inruilbaar is met een borgsom van 100.000 euro's. Grande-Marlaska evenwel decreteerde een gevangenisstraf inruilbaar voor een borgsom van 250.000 euro's. Otegi is al onder borg (400.000 euro's) vrij sedert 26 mei 2005. In afwachting van betaling werd hij overgebracht naar de Madrileense gevangenis van Soto del Real. Eenmaal vrij moet hij zich dagelijks bij de Ertzaintza aanmelden. De borgsom van € 650.000 werd betaald op 07.04.2006, samengebracht door de Baskische nationalistische organisaties (waaronder ook vakbonden) en door gewone burgers.

Op 27 april 2006 wordt Arnaldo Otegi veroordeeld tot 15 maanden gevangenisstraf door de Audiencia Nacional omwille van “verheerlijking van het terrorisme”: hij had op 21 december 2003 deelgenomen aan de hommage voor José Miguel Beñaran, “Argala”. Hij werd evenwel niet opgesloten.

Op 8 juni 2007 wordt Arnaldo Otegi, de leider van Batasuna, die van plan was om 12:00 u een persconferentie te geven in een hotel in Donostia, door de Spaanse politie gearresteerd. De arrestatie is het gevolg van een order door Audiencia Nacional die vandaag de beraadslaging beëindigde over een proces in beroep van gisteren 7 juni 2007. Daarin werd het vonnis van 27 april 2006 bevestigd. Otegi werd om 13:00 u overgebracht naar de gevangenis van Martutene.

8 juni 2007 - Arnaldo Otegi gearresteerd

Arnaldo Otegi, de leider van Batasuna, die van plan was om 12:00 u een persconferentie te geven in een hotel in Donostia, werd door de politie gearresteerd. De arrestatie is het gevolg van een order door Audiencia Nacional die vandaag de beraadslaging beëindigde over een proces in beroep van gisteren 7 juni 2007. Daarin werd het vonnis van 15 maanden cel en 7 jaar en 3 maanden ontzetting uit zijn burgerrechten bevestigd. Het delict bestond er in dat hij in december 2003 had deelgenomen aan een hommage voor José Miguel Beñaran, “Argala”. Dat is volgens de rechtbank “verheerlijking van het terrorisme”. Otegi werd om 13:00 u overgebracht naar de gevangenis van Martutene.

Als aanklacht tegen de arrestatie van Otegi heeft de Izquierda Abertzale voor morgen, 9 juni 2007, een protestmanifestatie samengeroepen om 19:30 u in de geboorte- en woonplaats van Otegi te Elgoibar.

Joan Tardá (ERC): "El Estado opta por la venganza y no la justicia"

De Staat opteert voor wraak, niet voor gerechtigheid

Pernando Barrena (Batasuna): "Es una detención de máxima gravedad"

Dit is een arrestatie van uiterste ernst.

09 juni 2007 - Arnaldo askatu! Arnaldo vrij!

Terwijl 3000 manifestanten, uit de meeste politieke partijen marcheren door de straten van Bilbao en Pamplona om te protesteren tegen ETA, had Izquierda Abertzale verzamelen geblazen in Elgoibar, de woonplaats van Arnaldo Otegi. Ze waren niettegenstaande het bijzondere ongure weer met meer dan 1000. Het orderwoord was: “Prozesu demokratikoaren alde", Voor een democratisch proces!

Joseba Permach nam het woord na de betoging en verzekerde dat de arrestatie van Otegi geen toeval was. Hij verwees ook naar de onderhandelingen tussen ETA en de regering, iets waarover de regering in alle toonaarden zwijgt. Op die onderhandelingen vertolkte ETA de wens van de bevolking door politieke eisen op tafel te leggen. Eisen die het volk bezighouden. Dit deed de deur dicht voor de PSOE. Er was niet eens een begin gemaakt van de onderhandelingen. Om te onderhandelen moet je met twee partijen zijn die allebei een duurzame oplossing nastreven.

Pas op 30 augustus 2008, zal Arnaldo Otegi de gevangenis verlaten.

13 oktober 2009

Izquierda Abertzale, met Arnaldo Otegi en Rafa Diez op kop, hebben in 2009 voortdurend gewerkt om alle politieke leiders rond één tafel te krijgen om op die manier een tekst uit te werken waarover onderhandeld zou kunnen worden om tot vrede te komen. Op 13 oktober 2009 kregen ze, sneller dan verwacht het antwoord van de Spaanse Regering: In Donostia werden tien politieke leiders gearresteerd. Het gaat om Arnaldo Otegi, Rufi Etxeberria en Rafa Diez Usabiaga, voormalig leider van de radicale vakbond LAB, Sonia Jacinto en Arkaitz Rodríguez. Zij zaten samen op het hoofdkwartier van LAB. Rechter boven god, Baltasar Garzón was er special voor overgekomen vanuit zijn ivoren toren in Madrid. De beschuldiging luidt: “een poging (te doen) een politieke groep te vormen binnen radicaal links”. Op 16 oktober 2009 werden ze ook effectief opgesloten.

De PP en de PSOE overleven dankzij ETA. Ze moeten dus iedereen uitschakelen die poogt ETA nutteloos te maken! Allen werden, geboeid als criminelen, afgevoerd!

27 januari 2010

Arnaldo Otegi die in voorlopige hechtenis zit sinds 16 oktober 2009 (wegens de vermeende poging tot oprichting van een nieuwe partij) is sinds maandag, 25 januari 2010 in hongerstaking als protest tegen het penitentiaire beleid en steunt hierdoor de oproep tot hongerstaking van het Collectief van Baskische Politieke Gevangenen. Op 27 januari 2010 moet hij voor de Audiencia Nacional verschijnen, samen met Ixiar Galardi, Josune Irakulis, Jon Enparantza en Estanis Etxaburu, wegens “verheerlijking van het terrorisme”. Op 9 juli 2005 werd een hommage gehouden voor José María Sagarduy “Gatza” 2005 in het Parque Zelaieta te Amorebieta (Vizcaya) waar Otegi het woord voerde. Op dat ogenblik zat “Gatza” al 25 jaar in de gevangenis. Verslag van het proces.

Nog hangende processen tegen Otegi

Op 25 januari 2010 stelt magistraat Baltasar Garzón een gerechtelijke vervolging in tegen Arnaldo Otegi en tegen Rafael Díez Usabiaga wegens “behorende tot een terroristische organisatie”. Hun misdrijf bestond er in dat zij waarschijnlijk een nieuwe politieke partij, Bateraguna (Samen één) wilden oprichten. De vermeende partij bestaat nog niet eens en wordt al verboden. De nieuwe partij oprichten zou wel eens een opdracht van ETA kunnen zijn, en wie dus lid zou kunnen zijn, is daarom ook bij ETA. Voor een misdrijf “behorende tot een terroristische organisatie” is in het strafwetboek een straf voorzien van 10 tot 15 jaar.

Otegi staat daarnaast nog een proces te wachten, samen met Joseba Permach en Joseba Álvarez, omdat ze deelgenomen hebben aan de politieke meeting van Anoeta in november 2004, waarbij ze hun politiek programma wilden toelichten. De strafmaat is hier 18 maanden cel en 12 jaar ontzetting uit de burgerrechten.

De zwaarste zaak die Arnaldo Otegi nog boven het hoofd hangt, betreft het proces tegen Batasuna (Sumario 35/02). De aanklacht luidt ook hier ““behorende tot een terroristische organisatie”, met als bezwarende omstandigheid het leiderschap van deze politieke formatie. Ook hier is de strafmaat 10 tot 15 jaar cel.

15 maart 2011

Op 15 maart 2011 werd het democratische (?) Koninkrijk Spanje door het Europese Tribunaal voor de Rechten van de Mens te Straatsburg voor een derde maal veroordeeld. De Spaanse Staat moet 20.000 euro's schadevergoeding betalen aan Arnaldo Otegi, in de vorm van morele schadevergoeding, en 3.000 euro's gerechtskosten. De veroordeling van Otegi door het Hooggerechtshof op 26 oktober 2005 wegens een delict van “injurias graves al rey” (een ernstige belediging van de koning) werd omschreven als “buiten proportie en wars van alle ernst, aangezien het recht op vrije meningsuiting (artikel 10 van de Europese Conventie) buiten kijf staat, zeker als het een verkozene door het volk betreft”. (Volledig vonnis in het Frans)