Kopstukken van Batasuna
Arnaldo Otegi Mondragón
Joseba Jokobe Permanch Martin
Joseba Jokobe Permanch Martin was volksvertegenwoordiger van Sozialista Abertzaleak (SA) en werd veroordeeld als lid van ETA. Hij is geboren in Donostia in 1969 en was jeugdkampioen 400 m in Guipuzkoa. Licentiaat in de Economische Wetenschappen werd hij bij de gemeenteraadsverkiezingen van 28 mei 1995 verkozen voor Herri Batasuna (HB) en een tweede maal op 13 juni 1999. Na de arrestatie van het bestuur van Henri Batasuna in februari 1997 werd hij aangeduid als woordvoerder van HB, naast Arnaldo Otegi. Op 12 september 1998 was hij één van de ondertekenaars, als vertegenwoordiger van HB, van de "Akkoorden van Lizarra", samen met PNV, EA en IU-EB.
Na een bestaan van 22 jaar verdween HB (buiten de wet gesteld) op 23 juni 2001 en werd vervangen door Batasuna, waarvan hij nationaal coördinator werd. Op 21 november 2002, drie maanden na de gedwongen opschorting van alle activiteiten door Baltasar Garzón, werd hij opnieuw veroordeeld voor lidmaatschap van een gewapende organisatie. Later moest hij zich ook verantwoorden voor lidmaatschap van EKIN, voor tussenkomst in het oprichten van de Asamblea de Electos de Euskal Herria (Udalbiltza-Kursaal) en voor de aankondiging van het project "ORAIN HERRIA, ORAIN BAKEA" op 14 november 2004 in de velodroom van Anoeta.
Joxe Pernando Barrena Arza
Joxe Pernando Barrena Arza, werd in Pamplona in 1966 en was tewerkgesteld in de uitgeverij "Txalaparta" van Tafalla (Navarra), waar hij belast werd met de litteraire werken in het Euskara, om die te vertalen in het Engels. Vanaf februari 1998 trad hij toe tot het bestuur (Mesa Nacional), waar hij de taak kreeg de situatie van Euskal Herria en de standpunten van HB toe te lichten in Europa.
Bij de autonome verkiezingen van Navarra op 13 juni 1999 werd hij volksvertegenwoordiger voor Euskal Herritarrok, het verkiezingsplatform voor HB.
Bij de naamsverandering van de partij van HB naar Batasuna bleef hij lid van het bestuur (Mesa Nacional), tot aan de nietigverklaring van de partij door het Hooggerecht op 17 maart 2003. Hij was opnieuw kandidaat voor de autonome verkiezingen van 25 mei 2003, nu voor het Batasuna-platform, AuB-Autodeterminazioaren Bilgunea, maar ook dat platform werd verboden als zijnde de opvolger van Batasuna.
Op 16 maart 2006 legde de magistraat van de Audiencia Nacional, Grande-Marlaska hem een borgsom op van 200.000 euro's, in relatie met de gewelddaden en aanslagen die gebeurden bij een protestdag ten gunste van twee overleden Etarras in de gevangenis.
Karmelo Landa Mendibe
Karmelo Landa Mendibe, werd geboren in Ea, Bizkaia op 16 juli 1952. Hij behaalde zijn licentiaattitel Moderne en Hedendaagse Geschiedenis aan de universiteit van Deusto. Werd leraar in de "ikastolas" (Baskischsprekende onderwijsvorm) vanaf 1973, eerst in Gernika en dan in Deusto. In 1980 promoveerde hij tot professor aan de Faculteit Sociale Wetenschappen en Informatie waar hij vice-decaan werd, en de verantwoordelijkheid kreeg over de afdeling Euskara. Hij werd ook lid van de Junta de Gobierno de la Universidad del País Vasco. In juni 1989 stond hij op de tweede plaats voor de Europese verkiezingen, maar behaalde geen zetel. Op 6 september 1990 gebeurde dit wel, omdat nummer 1, José María Montero, ontslag had genomen. In 1995 trad hij toe tot de Mesa Nacional van Herri Batasuna. Hij werd in december 1997 opgesloten op last van het Hooggerecht omwille van de verspreiding van een video-opname van ETA tijdens de verkiezingscampagne van 1996. Op 5 februari 1997 was hij al gedagvaard, samen met het voltallig bestuur van HB, door de magistraat José Manuel Martínez Pereda van het Hooggerecht, maar hij vluchtte, samen met Matilde Iturralde, Joseba Alvarez en José Luis Elkoro naar België. Op 11 april 1997 werd hij evenwel gearresteerd aan de grens, teIrún. Het voltallig bestuur werd veroordeeld tot 7 jaar cel, maar op 20 juli 1999 annuleerde het Grondwettelijk Hof het vonnis van het hooggerecht en ze kwamen allemaal vrij na 20 maanden opsluiting.
Op een assemblee te Pamplona, op 12 februari 2000, werd Landa belast met de institutionele afdeling van de partij HB. Vanaf 23 juni 2001 was hij bestuurslid van Batasuna-Bizkaia en vanaf 18 maart 2006 algemeen bestuurslid van Batasuna-nationaal.
De laatste jaren van de regering van Felipe González maakte hij deel uit van de tussenpersonen in de vredesonderhandelingen tussen regering en de gedeporteerde Etarras in Santa Domingo.
Joseba Álvarez Forcada
Arnaldo Otegi werd op 6 juli 1958 geboren te Elgoibar in Gipuzkoa. Hij is getrouwd en vader van twee kinderen. Hij studeerde af als Licentiaat Letteren en Wijsbegeerte. Zoals zovele jongeren was hij ook, in zijn geboortestad, toegetreden tot ETA-pm (zie rubriek: "Historiek ETA 10"), met schuilnaam “Gordo”. Hij geraakte als lid van een commando verwikkeld in de aanslag op een tankstation, in de roof van voertuigen, in de aanslag op de militaire gouverneur van Donostia en in de bevrijding van een gevangen Etarra uit een hospitaal. Als gevolg hiervan was hij genoodzaakt in 1977 te vluchten naar Iparralde.
Op 3 juli 1979 maakte hij samen met José María Ostolaza Pagoaga en Luis Alcorta Maguregui, deel uit van het commando “Kalimotxo” bij de mislukte poging tot ontvoering van een UCD-volksvertegenwoordiger uit Soria, Gabriel Cisneros (later PP-volksvertegenwoordiger).
In januari 1989 werd hij vrijgesproken van de ontvoering van ex-parlementair Javier Rupérez, maar op 21 februari van dat zelfde jaar wel veroordeeld voor de ontvoering van de ondernemer, Luis Abaitúa, en tot 6 jaar cel veroordeeld.
Na zijn gevangenschap ruilde hij ETA-pm (die intussen opgedoekt en vervangen was door ETA-m) voor een politieke loopbaan.
Jon Cruz Aldasoro Jauregui
Jon Cruz Aldasoro Jauregui, veearts van beroep werd in 1970 geboren. Hij was bestuurslid van HB en nu van Batasuna. Hij werd ontzet uit alle openbare taken tot 2007, na veroordeeld te zijn geweest wegens ongehoorzaamheid in 1997 toen hij HB-burgemeester was van Etxarri Aranatz. Hij had in 1997 namelijk een hongerstaking van 38 dagen gehouden in het Seminario Diocesano van Pamplona als pressiemiddel voor het dichterbij halen van politieke gevangenen (tegen de spreiding op honderden kilometers van huis). Hij verloor 16 kilo en moest opgenomen worden in het hospitaal.
Afkomstig uit de radicale jeugdgroepering "Jarrai" werd hij in 1998 coördinator voor HB in Navarra en bestuurslid van de Mesa Nacional. Op 10 augustus 2000 werd Aldasore gearresteerd in Pamplona als gevolg van de incidenten naar aanleiding van de dood van de militair Francisco Casanova die samenviel met de dood van een HB-militant. Het jaar daarop, op 1 april 2001, werd hij nogmaals gearresteerd omdat hij zich had vastgeketend, in het station van Alsasua, aan een treinlocomotief op de lijn Irún-Madrid. Hij was ook slachtoffer van andere veroordelingen, samen met de volledige Mesa Nacional.
Jon Gorrotxategi Gorrotxategi
Jon Gorrotxategi Gorrotxategi, werd geboren in Beasain (Guipúzcoa) in 1964. Hij behaalde de titel licentiaat in de Psychologie en is schatbewaarder van het verboden Batasuna. In 1998 werd hij coördinator voor Gipuzkoa en in 2000 werd hij bestuurslid van de Mesa Nacional. Op 22 maart 2002 werd hij samen met de informatietechnicus van Batasuna, Mikel Corcuera, gearresteerd in Frankrijk, komende uit België. Hij werd na een proces, op last van magistraat Laurence Le Vert, op 26 maart 2002 in voorlopige vrijheid gesteld en onder rechterlijke controle. Bij zijn arrestatie in Valenciennes werd meer dan 200.000 euro's bij hem gevonden. De Franse wetgeving voorziet dat maximum 7.622 euro's mag ingevoerd worden, als er geen voorafgaandelijke goedkeuring is. Tijdens het onderzoek bleek dat som afkomstig was van de europarlementair Koldo Gorostiaga, bestemd voor activiteiten van Batasuna in Euskadi. Hij verklaarde ook geen weet te hebben van voorafgaandelijke aangifte. Toch werd door de División Nacional Antiterrorista (DNAT) en de gerechterlijke politie van Lille een onderzoek ingesteld naar financiering van terrorisme. Als gevolg daarvan werd hij op 29 april 2002 opnieuw gearresteerd, nu samen met 10 andere leden van Batasuna, op beschuldiging van witwaspraktijken en vermoedelijk geldverkeer in de Herriko Tabernas. Hij werd op 3 mei 2002 opgesloten in de gevangenis van Soto del Real (Madrid), met uitbreiding van de aanklacht tot strafbare insolvabiliteit, fraude en vervalste boekhouding. Op 23 april 2004 werd hij , onder borg van 30.000 euro's, vrijgelaten (een lapmiddel om toch iets binnen te rijven als er geen voldoende bewijslast is).
Joseba Álvarez Forcada, was een volksvertegenwoordiger van Sozialista Abartzaleak (voorganger Batasuna) en werd geboren op 10 juni 1959 in Donostia. Hij is de zoon van de schrijver en één van de stichters van ETA, José Luis Alvarez Emparantza, "Txillardegi". Hij was gemeenteraadslid in Donostia en verantwoordelijk voor de aspecten Euskara, cultuur, opvoeding en sport voor HB. In 1992 werd hij lid van de Mesa Nacional van HB en eveneens opgesloten, zoals de anderen, in 1997 (verspreiding videotapes). In het jaar 2000 werd hij afgevaardigde voor Euskal Herritarrok (EH), een Batasuna-plarform. Hij kwam in het Baskische parlement terecht, na de verkiezingen van 13 mei 2001. Op 23 juni 2001 werd hij opnieuw bestuurslid van de Mesa Nacional, met als bevoegdheid de internationale politiek.
De fameuze magistraat Baltasar Garzón bracht hem voor de rechtbank op 28 februari 2005 op beschuldiging van integratie in een terroristische organisatie, en na de ontbinding van de Kamer kwamen daar nog de beschuldigingen bij van bestuurlid van de Comisión Nacional de Herrikos Tabernas, die gelinkt werden aan ETA. Garzón kennende, was dit nog niet voldoende: hij moest ook terechtstaan voor een reis naar Uruguay waar hij het collectief van politieke vluchtelingen bezocht, hij moest ook terechtstaan voor deelname aan een manifestatie ten voordele van politieke gevangenen, hij moest ook terechtstaan voor de hommage aan de overleden Etarra Ohiane Errazquin en werd tenslotte als verantwoordelijke genoemd voor EKIN.
