Lasa en Zabala

16 oktober 1983

Op 16 oktober 1983 verdwenen in Bayonne twee jonge kerels van de aardbodem. José Antonio Lasa en José Ignazio Zabala waren op weg naar een feestje ten voordele van de Ikastola in Arcangues. De arrestaties diekort daarop plaatsvonden in Tolosa en omgeving (waar de twee vandaan kwamen), waren op zich al bijna een bewijs dat ze in handen van de politie waren gevallen. Na hun ontvoering werden ze, met de hulp van de Franse autoriteiten, de grens overgebracht en in een villa in San Sebastián, eigendom van de Spaanse staat, gedurende enkele weken door 18 Guardia Civiles op een gruwelijke manier gefolterd. Tijdens deze foltersessies zouden Guardia Civil-kolonel Enrique Rodríguez Galindo en gouverneur Iulen Elgorriaga (beiden met een kap over het hoofd) op bezoek zijn gekomen. Toen de twee gevangenen van geen nut meer waren, werden ze overgebracht naar Alicante.

In Alicante werden ze met een nekschot afgemaakt en onder 50kg ongebluste kalk begraven. Op 20 januari 1984 verspreidde GAL een communiqué waarin de organisatie de moord opeiste. "Voor ze stierven vroegen ze om een priester, maar we hebben dat geweigerd, omdat ze dat niet verdienden", voegden de beulen eraan toe. Een jaar later ontdekte een jachthond de resten van twee lijken. Op de skeletten waren duidelijk de sporen van hand- en voetboeien te zien. Afgaande op de verminkingen werd meteen gezegd dat dit enkel om "een afrekening in het milieu" kon gaan. De 'anonieme' resten werden dan gedurende 10 jaar in een lijkenhuisje in Alicante bewaard, tot een gepensioneerd lijkschouwer in mei 1995 tot de ontdekking kwam dat het wel degelijk om Lasa en Zabala ging. Hij vond tevens dat de kogel waarmee ze afgemaakt waren tot de soort munitie behoorde die 'in die tijd door de Spaanse Veiligheidsdiensten gebruikt werd'. Op 09 maart 2000 vermeldt: "Gara" dat er gegevens van de lijkschouwers bekend werden. De ongebluste kalk en "de tijd" beletten te bewijzen of het duo gefolterd werd. Beiden hebben een schotwonde in de schedel, terwijl Zabala er nog een door de kaak heeft. Er rest nog één enkele nagel aan een hand en geen teennagels. De verschillende breuken kunnen het gevolg zijn van "de val op elkaar" in het graf. Benen en borst zijn verbonden met gaas en verband, gedrenkt in mercurochroom en een product om "brandwonden" te genezen. Ogen en mond zijn afgeplakt (met tape), mogelijk om verlies van hersenmassa te beletten bij de moordende schoten, maar mogelijk ook om het zicht te ontnemen. Waarom kregen ze 50kg kalk over zich heen? Om de gevolgen van het drie maanden lange verblijf in handen van hun ontvoerders te verdoezelen.

Kort daarop goot in het Baskisch parlement een volksvertegenwoordiger van Herri Batasuna een zak ongebluste kalk uit over de parlementszetel van de Baskische socialist Ramón Jaureguí.

Toen de twee ETA-militanten op 21 juni 1995 in doodskisten op de vlieghaven van Donostia aankwamen, sloeg de Spaanse politie zó hard in op de volksvertegenwoordigers van Herri Batasuna, dat vier van hen voor verzorging naar het ziekenhuis moesten. Op het kerkhof van Tolosa sloeg de 'eigen' politie, Ertzaintza, schaamteloos in op de familie. Hierbij raakte de advocaat van de familie, Iñigo Iruín, gewond. Op bevel van de Spaanse autoriteiten dienden de kisten meteen in de grond te verdwijnen. Geen uitvaartplechtigheid, noch eerbewijzen!

"We mochten niet eens afscheid nemen van het weinige dat ons restte", verklaarde de broer van Joxi Zabala na afloop. De daaropvolgende dag droegen 14 priesters in een nokvolle kerk van Tolosa een zielendienst op. In zijn boodschap sprak Monseñor Sétien, bisschop van San Sebastián, zoals steeds duidelijke woorden: "Joxi en Joxean zijn vermoord door personen die in verbinding staan met de strijd tegen het terrorisme."

Txillardegi schreef daarop in EGIN, onder de titel 'No Basta!: "Vandaag doet onze ziel méér dan ooit pijn en de onbeschrijfelijke schaamte van deze gruwelijke dag zal pijn blijven doen". Overal verscheen de bekende slogan op de muren: "Herriak ez du barkatu" (Het volk zal dit nooit vergeten).

Op 28 augustus 1996 begon één der getuigen, enkel bekend onder het nummer 19645, te praten, maar kort daarop werd hij/zij (?) er op een nacht gedurende uren door onbekenden 'tussengepakt'. Ook de politiecommissaris, die belast was met het onderzoek, werd bedreigd. Later, nadat één der verdachten vrijgelaten werd, zou ook nog een andere politieman 'zingen'. "Schola Cantorum GAL", titelde Egin met enig leedvermaak. Nadat zelfs het hoofd van de Spaanse Geheime Dienst moest aftreden, diende hemel en aarde bewogen om Felipe González buiten de zaak te houden. Rechter Garzón had hem graag erbij, vooral omdat in een aantal verslagen van de Geheime Dienst de vermelding 'pte' in de marge staat. De vraag doet de ronde of deze geheimzinnige initialen iets te maken hebben met de afkorting van 'presidente'.

11 december 1999

Het Gerecht sluit het onderzoek in de "Zaak Lasa en Zabala". Niets staat de Rechtzaak nu nog in de weg.

Guardia Civil

beulen in dienst van Spanje

Tijdens de nacht van 16 op 17 oktober 1983 verdwenen in de Frans-Baskische stad Baiona Joxi Zabala (20) en Joxean Lasa (22). Twee jaar voordien waren zij gevlucht voor de Spaanse politie, die hen ervan verdacht lid te zijn van de Baskische bevrijdingsorganisatie ETA-militar. Jarenlang werd er niets meer van de twee gehoord. Tot recent aan het licht kwam dat de twee met ongebluste kalk overgoten lijken die men in januari 1985 op een afgelegen plek in de buurt van Alicante had aangetroffen, die waren van de twee jongemannen. Ondanks de verre staat van ontbinding waarin de lichamen verkeerden, was bij een nieuwe biopsie nog steeds te zien aan welke verschrikkelijke folteringen de twee militanten waren blootgesteld.

Na enig getouwtrek tussen verschillende rechters werd het onderzoek naar de moord op de twee toevertrouwd aan rechter Carlos Bueren van de Audiencia Nacional te Madrid. Op 21 juli gaf hij de lichamen vrij voor een nieuwe begrafenis in Baskenland. Hij verbood echter elke uitvaartplechtigheid en elke samenscholing aan het graf in Tolosa. Om 17:30u van deze eerste zomerdag landde het vliegtuig met de stoffelijke overschotten op de luchthaven van Hondaribbia.

Wat er dan volgde, is in een democratisch land ondenkbaar. De luchthavengebouwen en de tarmac werden belegerd door troepen van de Guardia Civil, de Policia Nacional en de 'Baskische' politie Ertzaintza. Zij hadden honden, jeeps en tanks laten aanrukken. De families van de jonge slachtoffers wilden zich naar het vliegtuig begeven om de lijkkisten in ontvangst te nemen, maar zij werden brutaal uiteengeranseld door geüniformeerde 'Beltzas' (de elitetroepen van de Ertzaintza). Wanneer enkele parlementsleden van Herri Batasuna poogden te onderhandelen ondergingen zij, ondanks hun onschendbaarheid, hetzelfde lot. Drie familieleden en vier parlementsleden dienden naar het hospitaal te worden overgebracht. Na telefonisch contact met Madrid gaf de politie dan toch de lichamen aan de familie.

Een begrafenis 'op zijn Spaans'

Op het kerkhof van Tolosa werden de twee begraven achter een driedubbele rij agenten. Enkel de naaste familie werd toegelaten bij het graf. Geen misviering, geen preek, geen huldewoord, niets van dat alles voor deze Baskische honden. Rondom klonk het oorverdovende geknal van rubberkogels en traangasgranaten. Onophoudelijk chargeerde de politie om de rouwenden uit de buurt van het kerkhof te verjagen. Pas de volgende dag kon er in Tolosa een mis ter nagedachtenis van de twee jongelingen worden opgedragen. Op het middaguur werd het kerkhof voor bezoekers opengesteld.

Bij interpellaties over deze gebeurtenissen in het Baskisch parlement zwegen de parlementairen en ministers van de christendemocratische regeringspartij PNV schaamtevol. Ze durfden geen openlijke kritiek te uiten op het optreden van de ordetroepen. Hun stilzwijgen maakt deze Baskische harki's tot medeplichtigen van het Spaanse imperialisme en zijn doodseskaders.

Begin augustus publiceerden twee Spaanse kranten uitgelekte gegevens uit het dossier van rechter Bueren. Josean Lasa en Joxi Zabala werden ontvoerd door een antiterroristische eenheid van de Guardia Civil onder leiding van Enrique Dorado Vllalobos. Gedurende verschillende weken werden de twee door 18 agenten gevangen gehouden en beestachtig gefolterd en ten slotte vermoord in het Palacio de la Cumbre, een toentertijd leegstaand gebouw van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Wanneer nadien beslist werd om het paleis te renoveren (vandaag is dit de residentie van de gouverneur van Gipuzkoa), verhuisde de Guardia Civil de twee lichamen die ze daar had begraven naar Alicante. De gegevens die ze na de foltering hadden bekomen, leidden tot massale arrestaties (zonder daaropvolgende veroordeling) in het nationalistische milieu van Tolosa en tot de GAL-moord op Mikel Goikoetxea ('Txapela') op 28 december 1983 in Saint-Jean-de Luz.

Intxaurrondo

De betrokken agenten van de Guardia Civil zijn afkomstig uit de kazerne van Intxaurrondo, een teruggetrokken kamp waar 1500 Guardias met hun familie afgesloten van de buitenwereld leven. Onophoudelijk is deze kazerne in het nieuws geweest in verband met mishandelingen en folteringen van verdachten. Ze hoeft in niets onder te doen voor de Escuela mechanica van het Argentijnse leger. De bevelhebber van deze kazerne is sinds 15 jaar kolonel Enrique Rodriguez Galindo, die al sinds 1969 in Baskenland actief is. Op dit ogenblik zijn er verschillende onderzoeken bezig die zijn betrokkenheid bij talrijke folterpraktijken en bij drugshandel moeten nagaan.

Dit belette de Spaanse regering niet om op 4 augustus, twee dagen na het uitlekken van de betrokkenheid van de Guardia Civil van Intxaurrondo bij de ontvoering en de moord op Lasa en Zabala, Galindo te promoveren tot generaal. Eén dag later publiceerde de krant El Mundo opnieuw gegevens uit het onderzoeksdossier, waaruit bleek dat Galindo samen met de toenmalige gouverneur van de provincie, Julen Elgorriaga, de twee ETA-militanten ging opzoeken tijdens hun verblijf in het Palacio de la Cumbre. De onderzoekers zijn tevens in het bezit van een geluidscassette die de laatste momenten van het leven van Lasa en Zabala bevat. Tussen geschreeuw en beledigingen kan men horen hoe de twee verplicht werden hun eigen graf te delven.

Bron: Geert Orbie

Meervoud, Nummer 16, december 1995

De moordenaars

Het proces

13 december 1999: Start van het Proces Lasa en Zabala. De beschuldigde ex-Guardia Civil, Felipe Bayo, wordt vanuit de gevangenis van Alcalá de Henares overgebracht in pyjama, en volledig onder de pijnstillers.

21 december 1999:: Proces Lasa en Zabala. Bayo, "onder de pillen", weigert te antwoorden. Op 12 augustus 1997 was hij echter op eigen verzoek beginnen te "zingen" bij rechter Javier Gómez de Liaño. Hij gaf tot in detail een beschrijving van het interieur van La Cumbre (betekent o.a. hoogtepunt), de villa waarin het duo gefolterd werd. Enbata van 30 december 1999 publiceert een schets. Bayo noemde de druk van Galindo die achter hem gezeten had. Verder verklaart hij de audiocassette, waarop hij zijn beschuldigingen uit tegenover van Galindo, vervalst te hebben.

15 januari 2000: De politiecommissaris die erbij geroepen werd toen in het zuiden van Spanje de lijken van Lasa en Zabala gevonden werden, valt na zijn verklaring in de rechtszaal dood neer. Rechtstreeks te zien op een Spaans TV-scherm, CNN2.

26 april 2000: In het Proces Lasa en Zabala worden de hoofdschuldigen, Galindo en Elgorriaga, tot 71 jaar veroordeeld. Lidmaatschap van gewapende bende wordt echter niet weerhouden. Evenmin worden ze veroordeelt voor "verwondingen", lees "folteren". In totaal krijgen de vijf beschuldigden 346 jaar cel. "GAL" was dus geen (Staats-)terrorisme. Een maat voor niets.

07 juni 2001: De verdediging én de Openbare Aanklager in de Zaak Lasa en Zabala, gingen na de uitspraak van 26 april in cassatie en het Tribunal Supremo (niet het Hooggerechtshof) moet de bezwaren van beide partijen nu analyseren. Niet alle daders en/of opdrachtgevers konden gevonden worden, maar er ontbreken schakels. De families van de dood gefolterden menen dat er tijdens het proces voldoende bewijzen boven kwamen dat het duo "letsel" werd toegebracht (lees "gefolterd" werd), en dat de beschuldigden "in groep" handelden, (lees "lid waren van gewapende bende") waarvoor ze vrijgesproken werden. De Openbare Aanklager wil hen dan ook nog veroordeeld zien voor "illegale arrestatie" (lees "ontvoering"). De verdediger van generaal Galindo meent dat er mensenrechten geschonden werden. Opvallend in deze zaak is dat ook de stad Tolosa, waar LASA en Zabala vandaan kwamen, mee in cassatie gaat.

07 juni 2001: Op 7 juni 2001 vraagt de Advocaat van de Spaanse staat, in verband met de moorden op Lasa en Zabala in 1983, aan het Hooggerechtshof om de ondergeschikte burgerlijke verantwoordelijkheid van de staat in die zaak niet te weerhouden. Hij wijst er op dat de slachtoffers (vermeende) leden waren van ETA (dan is moorden dus toegestaan). De vraag werd geformuleerd op de zitting die op 7 juni 2001 werd gehouden, naar aanleiding van de behandeling van het proces in beroep. Zoals in meerdere gevallen worden niet de verantwoordelijken ter verantwoording geroepen, maar worden de slachtoffers voor een tweede maal berecht.

De eerste zitdag duurde ongeveer 10 uren. Volgens de Openbare Aanklager werden Lasa en Zabala vermoord "om de straffeloosheid te bewaren". Maar als autoriteiten in een democratisch werkende Staat iemands vrijheid ontnemen, hadden ze geen andere mogelijkheid". De Advocaat van de Staat vraagt een belangrijke stap te zetten en niet de burgerlijke verantwoordelijkheid van de Staat te eisen "omdat het duo vanaf hun 18 jaar betrokken was bij puur en hard terrorisme". ("Terrorismo puro y duro"). Hierop kwam Iñigo Iruin, de verdediger van de families Lasa en Zabala, uit de hoek met een trouvaille zo groot als de Empire State Building: "Lasa en Zabala zijn nooit veroordeeld voor lidmaatschap van ETA. Hier worden de vermoordden beschuldigd van bendevorming en niet de moordenaars." Het Hooggerechtshof veroordeelde voor delicten van "illegale gevangenneming" en "moord" de volgende personen: Generaal Enrique Rodríguez Galindo en de ex-gouverneur van Gipuzkoa, Julen Elgorriaga tot 71 jaar, Kolonel Angel Vaquero tot 69 jaar en de ex-Guardia Civiles Enrique Dorado en Felipe Bayo tot 67 jaar. "Bendevorming" werd niet weerhouden.

24 juli 2001: Iulen Elgorriaga, tot 71 jaar veroordeeld in de Zaak Lasa & Zabala, wordt na 14 maanden vrijgelaten wegens hartproblemen. Hij verlaat te voet de gevangenis Alcalá-Meco.

16 januari 2002: Rodríguez Galindo, die tot 75 jaar veroordeeld werd voor ontvoering en moord (op Lasa en Zabala) geniet nog steeds van zijn titel van Generaal, zijn soldij en van andere voordelen. Wordt daarmee zijn stilzwijgen betaald.

29september 2004: De generaal wordt vrijgelaten, wegens gezondheidsproblemen.

16 december 2008: Het Europese Tribunaal voor de Rechten van de Mens te Straatsburg heeft op 16 december 2008 beslist om gedeeltelijk tegemoet te komen aan het beroep dat ingediend werd door de veroordeelden in de ontvoering, de foltering en de moord op Lasa en Zabala. Het kan maanden duren vooraleer hierover een uitspraak geveld wordt.