Achillea millefolium

Duizendblad

Algemene en botanische informatie

Familie: Asteraceae (Compositae) - SamengesteldbloemigenNaam: Millefeuille (Fr.), Schafgarbenkraut (D.), Milfoil (E.).Volksnaam: Timmermanskruid, Hazekervel.Naamverklaring: - Duizend-blad: blad met groot aantal insnijdingen- Achillus: Trojaanse held gebruikte deze plant om wonden te genezen.Andere soorten:- Achillea ptarmica L. - Wilde Bertram,

- Achillea nobilis L. - Edelduizendblad,

- Ach. millef. var. - met roze of purperachtige lintbloemen

Teelt, ecologie: Hemikrypt op droge graslanden, braakland, wegkanten, ruderale plaatsen.

Vermeerderen door zaaien en vooral scheuren van de wortels (uitlopers)

Materia Medica, gebruikte delen van Achillea millefolium

Millefolii herba, De bloeitoppen van A. millefolium L. en andere soorten zoals A. setacea W. en K., A. distans W. en K., A. collina BECKER.

Oogst: Tijdens de bloei, (juli - aug.), soms 2 x per jaar.

Drogen: Uitgespreid op gaas (temp. onder 40°C) of opgehangen in kleine bundels. Na het drogen wordt een groot deel van de stengels uitgezeefd.

Millefolii aetheroleum, De etherische olie uit A. millefolium en A. ligustica, verkregen door stoomdistillatie

Samenstelling, inhoudstoffen van Achillea millefolium

** Bitterstoffen (achilline, oplosbaar in water): sesquiterpeenlactonen

* E.o. (1%) met o.a. chamazuleen 10-20 %

* Flavonglycosiden: apigenine, luteoline (zoals kamille)

* Minerale zouten (kalium, fosfor, enz.)

* Looistoffen

* Fytosterolen

* Stoffen met anti-inflammatoire werking, 'cortisone-like' maar zonder nadelen (e.o.)

Volgens monografie WHO

Contains 0.2–1.0% of essential oil. Being a chemically polymorphic aggregate plant species, the chemical constitution depends on the number of chromosomes present. Diploid and tetraploid plants contain proazulenesesquiterpenes, which when exposed to heat will be transformed to coloured azulenes, including chamazulene (up to 25%) and achillicin. Other major constituents in tetraploid plants include-pinene (23%),

-pinene (5%)and caryophyllene (10–22%). Hexaploid plants are azulene sesquiterpene-free, and contain approximately 50% mono- and sesquiterpenes, many of which are in the oxidized form, as well as camphor (18%), sabinene (12%),1,8-cineol (10%) and -pinene (9%), among other constituents. Octaploidplants contain approximately 80% oxygen-containing monoterpenes, withlinalool being the major constituent. Among the non-essential-oil constituents are flavonoids, coumarins and tannins

Farmacologie, algemene werking van Achillea millefolium

** Spasmolyticum (e.o., apigenine en luteoline),vooral op maag, bloedvaten en baarmoeder.

** Antiflogisticum (1)

* Amarum / stomachicum (bitterstoffen)

** Bloedstelpend en wondgenezend (Binet - 2) samentrekkend, versterkend op vooral capillairen? Verkort bloeding- en stollingstijd?

Nevenwerkingen: Urticaria (vooral verse plant) bij gevoelige mensen

Contra-indicaties.: Etherische olie niet gebruiken bij: baby's, zwangere vrouwen.

Nota: Relatie met echte kamille (ontsmettend, krampwerend en spijsverteringbevorderend)

Indicatie, medisch gebruik van Achillea millefolium

Maag (bitterstofwerking)

* Anorexia, maagkramp. Relatie met Matricaria.

Veneuze Bloedcirculatie

** Spataderzweren

* Aambeien (bloedende) ook tijdens zwangerschap. Zie balsem.

Baarmoeder (spasmolytisch zoals Matricaria)

** Dysmenorree zgn. neurovegetatieve dystonie van het kleine bekken + Teunisbloemolie

* Witte vloed Uitw. vaginale spoelingen decoct (afkooksel, meer werking looistoffen)

Bloedingen

** Verwondingen, inwendige bloedingen

* Preventief bij operaties en bevallingen. Zie ook Arnica

Pijn (Aromatherapie vlgs Franchomme)

* Reuma. Zie zalf

** Neuralgie

Receptuur en Bereidingswijzen van Achillea millefolium

  • Infuus: 30 g/1 l , 10'

  • Decoct: 30 g/1 l, 5' als bloedstelpend middel (lotion)

  • Tinctuur (1:5; 40% ethanol): 2 - 4 mL (40 -120 druppels) 3 maal daags

  • Sap eventueel verdund met water: als kompres bij aambeien, spataderzweren en om wonden te reinigen

Siroop (Valnet):

  • R./ Millefolii hb. recentes / vers blad 100

  • Sucrose 1200 cc Ber.: samen koken tot siroop

  • Water 600 tot 1000 cc Dos.: 20-50 cc daags

Vinum:

  • R./ Millefolii hb. 50 g Ber.: dec.

  • Vinum album 1 l Ind.: sterk reinige nd bij kloofjes, win ter handen en zweren.

Zetpil of zalf

  • R./ Millefoli extr. 0,25

  • Populierzalf 1 g

  • Cacaoboter 3 g of Witte was 3 g

Antroposofie: R./ Millefolium 4 % + Capsela 3 % + Quercus: onharmonische menstruatie

Species: Species gynecologicae

  • R./ Frangulae cort. 25

  • Millefolii hb. 25

  • Sennae fol. 25 Ber.: inf. 10' 1 eetlepel per kop

  • Agropyron rhiz. 25 Dos.: 3-5 kopjes daags

Anti-reumazalf (Valnet) R./

  • Millefolii e.o. 2

  • Lanoline 5

  • Kamferzalf 45

  • Nota: voor uitwendig gebruik

Duizenblad-limonade

  • 10 bloemschermen van duizendblad

  • 500 ml honing

  • 4 citroenen

  • 1-2 eetlepel natriumbicarbonaat

  • 10 l water

Bereiding:Neem een grote pot en plaats hierin de bloemen van het duizendblad. Overgiet deze met het water en los er de honing in op. Roer tot de honing volledig is opgelost. Snij de citroenen in plakjes en voeg toe. Voeg de natriumbicarbonaat toe, deze zorgt voor bruis in het drankje. Roer om en dek af. Laat 24 u staan op kamertemperatuur. Giet alles de volgende dag in een zeefdoek en pers de pulp even uit, zodat alle smaken vrijkomen.

Geschiedenis en wetenschappelijk onderzoek

    • Fuchsius: «De Gerwe is verdrogende ende matig verkoelende van aard, ende samentrek kende van krachten.»

    • Dodonaeus: «Voor bloedige en verse wonden.» (Vers kruid.)

    • Brunfelsus: «Voor alderhande Buikloop en de Bloetgang.»

    • C. Bauhinus: «Voor Scheursel.» (Vers kruid.)

    • J. Schroderus: «Voor verrottingen van het tandvlees.» (Gedistilleerd water van Gerwe.)

    • S. Blankaert: «... tegen het neusbloeden, bloed-gang, te veel maand vloed, wonden, bloed-braken en bloed oprachelen der longen, opgestopte pis ..., zaadloop, ...»

    • Leclerc: Précis de phytothérapie.

    • Burnet en Trnka de Krzowitz: Aambeien.

    • Chomel: Metrorragies.

    • F. Hoffmann: Spasmolyticum bij baarmoederkrampen, maagkrampen bij nerveuze vrouwen.

    • Rouzier: Emmenagogum.

    • Teissier en Cazin: Bevestigen werking tegen aambeien.

    • Marzell/Simonis: Kruis- en lage rugpijn zonder organische oorzaak (Oostenrijk: 'Herrgotts-Rückenkraut'.)

Amerikaanse geschiedenis

Its uses in North American aboriginal medicine are well documented. Yarrow tea is used by healers of the Micmac nation as a diaphoretic remedy to treat fevers and colds. The stalks are also pounded into a pulp and applied topically to bruises, sprains, and swellings (Lacey, 1993). Yarrow has been the subject of an ongoing study of herbal drugs used by people of the Micmac and Malecite nations of the Canadian Maritime provinces. The study began with an examination of the observations and writings of early European settlers and missionaries. Modern phytochemical studies, using techniques including nuclear magnetic resonance spectroscopy and combined gas chromatography-mass spectrometry, have identified a range of phytosterols and triterpenes occurring in yarrow, which may help explain its successful therapeutic applications in Micmac and Malecite medicines (Chandler et al., 1979; Chandler et al., 1982; Chandler and Hooper, 1982; Chandler, 1983; Hooper and Chandler, 1984). The Abnaki people use yarrow tea as a drug to treat colds, fevers, and grippe (Rousseau, 1947). People of the Algonquin and Quebec nations use it internally to treat colds and other respiratory disorders. The powder is also used as an analgesic snuff for headaches (Black, 1980). Yarrow infusions and decoctions are used as a gastrointestinal aid by the Cherokee, Gosiute, Iroquois, and Mohegan nations (Chamberlin, 1911; Hamel and Chiltoskey, 1975; Herrick, 1977; Tantaquidgeon, 1928, 1972).

Referenties

  • A.S. Goldberg e.a.: J. Pharm. Sci. 58/938 - 1972.

  • G. Orzechowski: Waterige en etherische extracten hebben een antibiotische werking tegen verschil lende bacterien. Pharmazie in unserer Zeit 1/43 - 1972.

Andere referenties

Andere literatuur

    • Grieve. A modern Herbal.

    • Kleyn. Planten en hun naam: Etymologische en mythische gebruiken van Achillea. 1970: 'de bladeren werden gebruikt als liefdesorakel, wanneer men het blad driemaal in de neus ronddraaide, moest men tevens aan zijn of haar geliefde denken. Begon de neus te bloeden dan kreeg men elkaar als man en vrouw.'

    • Engels vers uit Suffolk luidde:Green arrow, green arrow you bear a white blow, If my love loves me my nose will bleed now

    • Commission E The Commission E reported choleretic, antibacterial, astringent, and antispasmodic activities.

    • The British Herbal Compendium reported diaphoretic, antipyretic, anti-inflammatory, spasmolytic, aromatic bitter, hemostatic, hypotensive, and emmenagogic activities (Bradley, 1992). Anti-inflammatory activity was reported in laboratory mice and rats with an aqueous extract of yarrow flower heads (Leung and Foster, 1996; Newall et al., 1996). It is possible that its anti-inflammatory and antispasmodic properties are due to its flavonoids content (Bruneton, 1995). Choleretic activity has been confirmed in animal experiments. Antimicrobial activity against a range of bacteria has been reported for aqueous and ether extracts of yarrow (Wichtl and Bisset, 1994).

Andere Soorten

    • Achillea nobilis: Zelfde werking als A. millefolium.

    • Achillea ptarmica : Vroeger als niesmiddel gebruikt (Ptarmicae radix).

Typologie

    • Homeopathie: Bloedingsdiathese (met felrode bloedingen).

    • Antroposofie: Millefolium sterk verbonden met saturnusprocessen. Verbetert alle kwalen die met zwakte van het astraal-lichaam te maken hebben. Disfunctie van de urinewegen (in- en uitwendig). (Simonis)

Internetlinks


Achillea millefolium L. / http://bodd.cf.ac.uk/BotDermFolder/COMP-1.htmlYarrow, Milfoil.

An infusion of the dried, flowering tops has been used from early times for medicinal purposes. It is stated to have haemostatic properties (Wade 1977, Wren 1988), a property of the achilleine (= betonicine) it contains (Miller & Chow 1954). Indians of the north-west coast of North America make this plant into a poultice for use on skin rashes (Turner & Bell 1971). Flück (1976) records that yarrow is anti-inflammatory and anti-spasmodic.

This species has been recognised as a sternutatory for centuries (Gerard 1633, Uphof 1959). Dermatitis from the plant was reported in 1899 by Lewin; the powdered and dried leaves are irritating to the nasal mucous membrane (Pammel 1911) and have been used as a sternutatory. Low (1924) mentions a case of a farmer who developed severe dermatitis after handling sheaves of oats, which seemed to be caused by the presence of milfoil in the sheaves - when rubbed on the skin, milfoil gave a marked reaction. Applied "as is" by patch test, the plant is probably irritant (Gans 1929, Rook 1962), but tests with extracts at non-irritant concentrations suggested that the plant is also a sensitiser (Shelmire 1939a, Mackoff & Dahl 1951). Hausen (1979) reported that the plant has a moderate sensitising capacity in guinea pigs. Drinking of yarrow tea by a sensitised individual produced a generalised eruption (Gans 1929).

Mackoff & Dahl (1951), referring to Achillea lanulosa, reported that they had observed positive patch test reactions to the plant in 4 from 21 patients with weed dermatitis. Krook (1977), investigating four patients with occupational contact dermatitis to lettuce (Lactuca sativa L.), found that all four reacted positively to patch tests with Achillea millefolium. Fernandez de Corres & Corrales Torres (1978) observed positive patch test reactions to fresh Achillea millefolium and to an ether extract in two patients who were also sensitive to liverworts of the genus FrullaniaRaddi (fam. Jubulaceae), Magnolia grandiflora L. (fam. Magnoliaceae), Dahlia variabilis Desf., Matricaria parthenium L. (see Tanacetum parthenium Schulz-Bip.), and alantolactone (0.1% in petrolatum). One of the patients was also sensitive to Anthemis arvensis L. and Leucanthemum vulgare Lam. (syn. Chrysanthemum leucanthemum L.). Thune & Solberg (1980) observed positive patch test reactions to the oleoresin from yarrow in two photosensitive and lichen allergic patients. Hausen (1979) and Hausen & Osmundsen (1983) reported that an extract of yarrow (1% in petrolatum), applied to the skin of patients who were sensitised to Tanacetum parthenium or Chrysanthemum indicum L. elicited 2+ and 3+ reactions.

The plant has been suspected of being a photosensitiser in Oppenheim's meadow dermatitis (Philadelphy 1928, Gans 1929, Créhange & Rosenthal 1933) but, under experimental conditions, extracts of the plant were found to show no phototoxic activity either on the skin (Van Dijk & Berrens 1964) or against three test micro-organisms (Wat et al. 1980b). Frain-Bell & Johnson (1979) observed positive patch test reactions to the oleoresin of this species in 6 from 45 patients with the photosensitivity dermatitis and actinic reticuloid syndrome.

Several sesquiterpene lactones have been isolated from the plant (see Fischer et al. 1979) but none have the exocyclic methylene group on the lactone ring that is normally associated (Mitchell & Dupuis 1971) with contact allergenicity in this group of compounds. One of these sesquiterpene lactones, namely desacetylmatricarin, has however been shown to have eliciting potential in lactone sensitised patients (Mitchell JC 1973 — unpublished observation).


Wetenschappelijk onderzoek

Pharmazie. 2008 Jan;63(1):23-6. Yarrow (Achillea millefolium L. s.l.): pharmaceutical quality of commercial samples. Benedek B1, Rothwangl-Wiltschnigg K, Rozema E, Gjoncaj N, Reznicek G, Jurenitsch J, Kopp B, Glasl S.

Yarrow (Achillea millefolium L. s.l.) is traditionally used against inflammatory and spasmodic gastrointestinal complaints, hepato-biliary disorders, as an appetite enhancing drug, against skin inflammations and for wound healing due to its antiphlogistic, choleretic and spasmolytic properties. The main pharmacologically active principles were shown to be the essential oil (antimicrobial), proazulenes and other sesquiterpene lactones (antiphlogistic), dicaffeoylquinic acids (choleretic) and flavonoids (antispasmodic). In order to assess the pharmaceutical quality of the drug we evaluated the content of these bioactive compounds in 40 commercial drug samples. The essential oil and the proazulenes were analysed according to the European Pharmacopoeia, whereas the content of dicaffeoylquinic acids and flavonoids was determined by solid phase extraction (SPE)-HPLC. This comprehensive survey revealed that the quality of the drug material was very heterogenous, and only 50% of the samples met the standards of the European Pharmacopoeia. Moreover, this study gives information about the content of phenolic compounds in the drug and allowed to establish tentative reference values which may be used as additional parameters in the quality control of the drug.


Phytomedicine. 2006 Nov;13(9-10):702-6. Epub 2005 Nov 21. Choleretic effects of yarrow (Achillea millefolium s.l.) in the isolated perfused rat liver. Benedek B1, Geisz N, Jäger W, Thalhammer T, Kopp B.

Different species from the Achillea millefolium aggregate are used against gastrointestinal and hepato-biliary disorders in traditional European medicine. In this work, a fraction enriched in dicaffeoylquinic acids (DCCAs) and luteolin-7-O-beta-D-glucuronide was investigated on its choleretic effect in the isolated perfused rat liver (IPRL) compared to cynarin (1,3-DCCA), the main choleretic compound of Cynara scolymus L. A fraction containing 3,4-, 3,5- and 4,5-DCCA and luteolin-7-O-beta-D-glucuronide was prepared by solid phase extraction from a 20% methanolic extract of yarrow. A total amount of 48.8% DCCAs and 3.4% luteolin-7-O-beta-D-glucuronide was determined by HPLC analysis with cynarin as internal standard. IPRL experiments revealed a dose-dependant increase in bile flow (23-44-47%) by the Achillea fraction. Choleresis was two- to three-fold higher than that of cynarin. The combined effect of DCCAs and luteolin-7-O-beta-D-glucuronide stimulated bile flow more effectively than the single compound cynarin. Due to their polar structure, these compounds are quantitatively extracted into teas and tinctures; hence, they seem to be the choleretic active principles in the traditional application forms of yarrow.


Phytomedicine. 2011 Jul 15;18(10):819-25. doi: 10.1016/j.phymed.2011.02.005. Epub 2011 Mar 21. Hypotensive mechanism of the extracts and artemetin isolated from Achillea millefolium L. (Asteraceae) in rats. de Souza P1, Gasparotto A Jr, Crestani S, Stefanello MÉ, Marques MC, da Silva-Santos JE, Kassuya CA.

Traditional uses of Achillea millefolium L. (Asteraceae) include the treatment of cardiovascular diseases. In the present study, we used anesthetized rats to assess the hypotensive effect of a hydroethanolic extract (HEAM), and its dichloromethane (DCM), ethyl acetate (EA), butanolic (BT), and dichloromethane-2 (DCM-2) fractions, besides the flavonoid artemetin, isolated from A. millefolium. The oral administration of HEAM (100-300 mg/kg), DCM (20mg/kg), DCM-2 (10-30 mg/kg), but not EA (10 mg/kg) and BT (50 mg/kg) fractions significantly reduced the mean arterial pressure (MAP) of normotensive rats. The phytochemical analysis by NMR (1)H of DCM and DCM-2 fractions revealed high amounts of artemetin, that was isolated and administered by either oral (1.5 mg/kg) or intravenous (0.15-1.5 mg/kg) routes in rats. This flavonoid was able to dose-dependently reduce the MAP, up to 11.47 ± 1.5 mmHg (1.5 mg/kg, i.v.). To investigate if artemetin-induced hypotension was related to angiotensin-converting enzyme inhibition, we evaluated the influence of this flavonoid on the vascular effects of both angiotensin I and bradykinin. Intravenous injection of artemetin (0.75 mg/kg) significantly reduced the hypertensive response to angiotensin I while increased the average length of bradykinin-induced hypotension. Artemetin (1.5 mg/kg, p.o.) was also able to reduce plasma (about 37%) and vascular (up to 63%) ACE activity in vitro, compared to control group. On the other hand, artemetin did not change angiotensin II-induced hypertension. Our study is the first showing the hypotensive effects induced by the extract and fractions obtained from A. millefollium. In addition, our results disclosed that this effect may be, at least in part, associated with high levels of artemetin and its ability to decrease angiotensin II generation in vivo, by ACE inhibition.


In vitro estrogenic activity of Achillea millefolium L. Innocenti G, Vegeto E, Dall'Acqua S, Ciana P, Giorgetti M, Agradi E, Sozzi A, Fico G, Tomè F. Università degli Studi di Padova, Dipartimento di Scienze Farmaceutiche, Via F. Marzolo, 5, 35131, Padova, Italy. gabbriella.innocenti@unipd.it. Phytomedicine : International Journal of Phytotherapy and Phytopharmacology [2007, 14(2-3):147-152]

Isolation and biological characterization of pure compounds was used to identify and characterize estrogenic activity and estrogen receptors (ER) preference in chemical components of Achillea millefolium. This medicinal plant is used in folk medicine as an emmenagogue. In vitro assay, based on recombinant MCF-7 cells, showed estrogenic activity in a crude extract of the aerial parts of A. millefolium. After fractionation of the crude extract with increasing polar solvents, estrogenic activity was found in the methanol/water fraction. Nine compounds were isolated and characterized by HR-MS spectra and 1D- and 2D-NMR techniques. In particular, dihydrodehydrodiconiferyl alcohol 9-O-beta-D-glucopyranoside - a glycosyl-neolignan - was isolated for the first time from the genus Achillea in addition to six flavone derivatives, apigenin, apigenin-7-O-beta-D-glucopyranoside, luteolin, luteolin-7-O-beta-D-glucopyranoside, luteolin-4'-O-beta-D-glucopyranoside, rutin, and two caffeic acid derivatives, 3,5-dicaffeoylquinic acid and chlorogenic acid. Apigenin and luteolin, the most important estrogenic compounds among those tested, were studied for their ability to activate alpha or beta estrogen receptors (ERalpha, ERbeta) using transiently transfected cells. Our results suggest that isolation and biological characterization of estrogenic compounds in traditionally used medicinal plants could be a first step in better assessing further (e.g. in vivo) tests of nutraceutical and pharmacological strategies based on phytoestrogens.


Effect of Achillea Millefolium on Relief of Primary Dysmenorrhea: A Double-Blind Randomized Clinical Trial. Article in Journal of pediatric and adolescent gynecology 28(5) · December 2014 with 23 Reads. DOI: 10.1016/j.jpag.2014.12.008 Islamic Azad University

Primary dysmenorrhea occurs in as many as 50% of postmenarche women and is characterized by a particularly intense pain that is localized in the abdominal inferior quadrants and radiates to the inner thigh. This study assessed the effectiveness of Achillea millefolium on relief of primary dysmenorrhea. The clinical trial was conducted at Islamic Azad, Toyserkan Branch in western Iran from July 10 to November 18, 2013. It consisted of female students from the university who had primary dysmenorrhea. The subjects were randomly divided into 2 equal groups and were given either placebo or A millefolium in teabag form for 3 days in 2 menstruation cycles. They graded the severity of their pain by using a visual analog scale. The severity of pain in the 2 groups was compared using t test. The mean change in pain score in the A millefolium group was significantly greater than that in the placebo group at 1 month (P = .001) and 2 months (P < .0001) after treatment. A millefolium is effective in minimizing the pain severity in primary dysmenorrhea.

Achillée millefeuille http://www.floramedicina.com/sites/www.floramedicina.com/

SYSTÈME REPRODUCTEUR FÉMININ

L'achillée est une merveilleuse plante pour la femme; elle aide à régulariser le cycle menstruel. Elle contient des phytostérols qui semblent avoir un effet PROGESTÉRONIQUE. Grâce à sa fonction hépatique elle aide à réduire l'excès d'œstrogène en circulation permettant d'améliorer les conditions associées à un trop haut taux d'œstrogène: fibrome, endométriose, kyste ovarien...

MENSTRUATIONS ABONDANTES, RETARD DES MEN MENSTRUATIONS ABONDANTES, RETARD DES MEN NTES, RETARD DES MENSTRUATIONS STRUATIONS STRUATIONS

L'achillée est une superbe astringente qui peut arrêter les saignements partout dans le corps, y compris dans l'utérus. Elle est particulièrement efficace en pré-ménopause, lorsque les menstruations sont quelquefois hémorragiques. Si elle peut les diminuer, elle peut aussi les déclencher, car l'achillée est emménagogue.

PATHOLOGIES OÙ L'ACHILLÉE EXCELLE: PATHOLOGIES OÙ L'ACHILLÉE EXCELLE: ILLÉE EXCELLE:

• tachetures, leucorrhées

• douleurs menstruelles

• endométriose

• inflammation des ovaires

• congestion utérine

• fibromes

• SPM

• ptôse utérine

• aménorrhée

• ménorrhagie

• bouffées de chaleur (en infusion froide)

SYSTÈME URINAIRE SYSTÈME URINAIRE

L'achillée est un bon antiseptique urinaire, puisqu'elle favorise l'excrétion des toxines, antiinflammatoire

et astringente, tout en étant un diurétique léger et sans danger.

• Inflammation de la vessie et de l’urètre

• Cystites

SYSTÈME CARDIO- SYSTÈME CARDIO-VASCULAIRE

Plusieurs constituants de l'achillée ont une action bénéfique sur ce système. Ses flavonoïdes tonifient les vaisseaux sanguins, plus particulièrement les veines; ses coumarines ont des propriétés anti-inflammatoire et de fluidifiant sanguin (?), alors que l'achilléine, un alcaloïde, prévient la formation de caillots et arrête les hémorragies. De plus, en dilatant les vaisseaux sanguins périphériques, l'achillée baisse la pression artérielle. On l'utilise pour traiter les pathologies suivantes:

• thrombose cérébrale/coronaire

• varices

• phlébite

• hémorroïdes

• hypertension

SYSTÈME DIGESTIF

Grâce à son amertume, l’achillée stimule l’appétit, améliore l’absorption des nutriments. Comme toute bonne hépatique, elle aide à la digestion des gras et améliore les fonctions générales du foie. Son action astringente traite les diarrhées et arrête les saignements. En plus, l’achillée diminue toutes les inflammations au niveau du tube digestif.

• dysentérie

• colique biliaire

• hyperméabilité intestinale

• spasmes gastriques

• colon irritable

• ulcère gastrique

• hémorroïdes

• ptôse du rectum

• gastroentérite

FIÈVRE

L'achillée une excellente diaphorétique. On l'utilise en début d'infection, quand la peau est sèche. Elle permet l'évacuation des toxines et arrête le processus infectieux, si elle est prise au tout début. On l'utilise aussi pour traiter les fièvres périodiques associées à la malaria, au choléra et à la fièvre typhoïde, ou encore dans les cas de maladies associées à une éruption cutanée, comme la rougeole et la varicelle. Boire une infusion chaude ou prendre de la teinture dans de l’eau chaude.

RHUME DES FOINS RHUME DES FOINS

Comme la camomille, l'achillée est efficace en bain de vapeur pour décongestionner les sinus. Ses chamazulènes sont anti-allergiques/antihistaminiques et anti-inflammatoires.

GRIPPE, RHUME

DOULEURS RHUMATISMALES DOULEURS RHUMATISMALES

PROBLÈMES DE GENCIVES OU DENTAIRES PROBLÈMES DE GENCIVES OU DENTAIRES S OU DENTAIRES

  • Mâcher une racine d’achillée qui a macéré dans du whiskey ou du rhum (MM)

UTILISATIONS EXTERNES

En tisane, cataplasme, huile ou onguent, etc.

• plaie, abrasion, coupure... (c'est ouvert et ça saigne !)

• brûlure

• inflammation cutanée

• ulcères

• varices

• saignements

• epistaxis