Aspidium filix-mas / Mannetjesvaren

FILICIS RHIZOMA, de wortelstok van Aspidium Filix mas, -bevat vette en vluchtige olie en een mengsel van stoffen, waaraan men de

gezamenlijke naam van filixzuur of ruw filicine heeft gegeven, en dat in hoofdzaak uit verbindingen van phloroglucine en boterzuur blijkt te bestaan (phloroglucine-butanonen); uit het filicine heeft men afgescheiden o.m. zuiver filixzuur, aspidinol, flavaspidinezuur en albaspidine. Deze zijn de werkzame bestanddelen. Ze zijn oplosbaar in ether en in vette olie, en na enige tijd kristalliseren ze uit. In verband

hiermede steeds vers bereid extract gebruiken. Filicis Rhizoma bevat ten minste 1,7 pCt. ruw filicine.

Filicis Rhizoma mag niet langer dan één jaar bewaard worden. Onverenigbaar is Extractum Filicis met alkalisch reagerende stoffen,

daar de phloroglucine-butanonen snel in alkalische omgeving ontleden en daarbij hun werkzaamheid verliezen.

Gebruik: Filix mas is een betrouwbaar lintwormmiddel.

Tegen lintworm 5 g Extr. Filicis aethereum spissum (max. dos. per keer en per etm. 5 g) ; bij kinderen 1— 5 g in electuarium. Aangezien het

extract niet in voorraad mag worden gehouden, moet men er op rekenen, dat met de bereiding teminste één dag heengaat. Slechts bij gezonde patiënten en vaststaande diagnose, zonder overdreven verzwakkende voorkuur te geven ; de gift niet binnen één week herhalen.

Tijdens lactatie (met het oog op de zuigeling!) en menses, onvoldoende bijnierwerking en nierziekte niet voor te schrijven. Steeds na twee

uren een laxans geven, om het middel niet te lang in de darm te laten blijven; Natrii Sulfas of Magnesii Sulfas is het best.

Vergiftigingsverschijnselen : Komen bij juiste dosering weinig voor. Zij bestaan in hoofdpijn, misselijkheid en braken, buikkramp en

bilirubinemie.

Bereiding:

EXTRACTUM FILICIS AETHEREUM SPISSUM een door uittrekking met ether bereid extract ; opbrengst6-8 pCt.

De Ned. F. laat het extract telkenmale vers bereiden.