Kokosolie-kruidenmaceraat

Smelt de benodigde kokosolie en voeg zoveel kruiden bvb verse goudsbloem toe, totdat de olie verzadigd is, dit is het punt, dat roeren moeilijker gaat. Laat dit enkele uren trekken. Daarna zeef je het kruiden -kokosoliemaceraat met een zeef in een kom.

Kokosoliemaceraten stollen weer zodra ze afkoelen, koel bewaren, ze blijven zeker 1 jaar goed. Ze vormen een goede basis voor zeep, zalven en cremes.

Kokosolie (synoniem Oleum cocos, kokosvet) is een tropische olie, die wordt verkregen door persen of extractie van het gedroogde witte vruchtvlees van de vrucht van de kokospalm (Cocos nucifera), de kokosnoot. Ongeharde en ongeraffineerde kokosolie heeft een smeltpunt van rond de 24-26 °C en is daarom in ons klimaat meestal gestold, en dus een vet. In tropische gebieden heeft het meestal een vloeibare consistentie, een olie. Geraffineerde en geharde kokosolie heeft een smeltpunt van 30 tot 37 °C (lichaamstemperatuur).

Zo'n twee derde tot driekwart van het droge gedeelte van het kokosvlees bestaat uit kokosolie/vet. Het is zeer rijk aan verzadigde vetzuren met een middellange keten, zoals laurinezuur, myristinezuur en palmitinezuur.

Nog over kokosvet. Het vet (of olie) zelf is op zich niet uitdrogend. Het bedekt de huid met een laagje waardoor de water moeilijker kan verdampen en meer in de huid blijft. Het is eigenlijk een basis van verzorging; wat met "hydraterende" werking noemt. Of het vloeibaar is of vast is, heeft niet zo zeer met de grote van de moleculen, maar met de verhouding verzadigde/ onverzadigde vetzuren te maken. Maar in zeep is kokosvet uitdrogend. Het komt grotendeels door laurinezuur (waarschijnlijk ook caprinezuur). Het is een zuur met relatief korte keten zonder vertakkingen. In kokosvet zit het per drie verbonden aan glycerine waardoor de vetmolecule relatief groot is en de huid niet makkelijk binnendringt. In zeep wordt vetzuur en glycerine uit elkaar gehaald. Relatief kleine moleculen van de vetzuren kunnen de huid makkelijk binnen dringen. Het maakt het celmembraan oplosbaar en verstoort de huidbarrière . Dat is een natuurlijke barrière tegen de waterverdamping. Als de huid beschadigt is, verliest de huid meer water en droogt uit. Trouwens, daarom is laurinezuur ook bacteriedodend, het beschadigt ook de celwand van de bacteriën.