m.s.Glenlyon/PIZY
10 -12 oktober 1962
GLENLYON (2) was built in 1962 by N.D.S.M. at Amsterdam with a tonnage of 11918grt, a length of 543ft 8in, a beam of 74ft 7in and a service speed of 20 knots. She was one of four vessels of the 'Glenlyon' Class and entered service in October 1962. Unfortunately, the introduction of containerisation made them obsolete and uneconomical before the end of their expected life. During 1976 she made several voyages for Blue Funnel with change of funnel colour but not the name and in 1977 she was placed under Ben Line management with a pale yellow funnel but without their grey hull. In 1978 she was laid up at Tilbury until, in the June, she was acquired by Univan Ship Management of Singapore for Tabard Shipping Co. of Monrovia and renamed Emerald Express. She was sold for scrap in February 1979 after a working life of only 17 years and arrived at Kaohsiung for breaking up by Sie Yung Steel Wire Mill Co. on the 30th of March.
Amsterdam – Noordzee – Amsterdam
Na binnenkomst met de Parthenon op 23 augustus ’62 schreef ik mijn ontslagbrief. Mijn contract met Radio-Holland liep 11 november af. Ik had nog wat verlof tegoed vanwege het vrijwel onafgebroken varen op de Parthenon, zodat ik een paar korte reizen moest maken om met mijn opgespaarde verlof op ongeveer 11 november uit te komen.
De eerste korte reis was een proefvaart op de Noordzee met de bij de N.D.S.M. gebouwde Glenlyon. De eveneens aan boord zijnde RH-technicus deelde mij namens Radio-Holland mee, dat de Glenlyon voor deze proefvaart de roepletters PIYZ toegewezen had gekregen. Had ik op school beter opgelet, dan had ik kunnen weten dat dit niet kon kloppen, omdat voor proefvaarten van buitenlandse schepen de roepletters PIZX, PIZY en PIZZ waren gereserveerd. Niets vermoedend nam ik dus plaats in het radiostation, nadat de technicus mij de werking van zenders, ontvangers en A.A.T. had uitgelegd. Veel behoefde ik deze reis niet te doen, omdat ik slechts aan boord bleek te zijn om de wettelijke verplichting na te komen dat op een (nog) Nederlands schip Nederlandse papieren aanwezig moesten zijn. De RH-technicus was voornamelijk bezig met het kalibreren van het radiopeiltoestel.
Het schip was vergeven van mensen van de N.D.S.M., Glen Lines, Scheepvaartinspectie enz. Omdat de toekomstige Britse marconist ook aan boord was en in zijn eigen hut sliep, werd mij èn de technicus van Radio-Holland een tweepersoonshut toegewezen ergens diep in het schip. Buiten het twee uur op-twee uur af wachtlopen was er totaal niets te doen aan boord, want iedereen was constant druk bezig. Het onvermijdelijke ging dus vrij snel gebeuren. Ik reageerde niet, toen in de verkeerslijst van Scheveningen Radio de roepnaam PIZY was opgenomen. De Glenlyon had tenslotte PIYZ als roepletters gekregen!! Scheveningen Radio rook het eerst onraad, want die wist natuurlijk dat er op dat moment slechts één proefvaart aan de gang was. Ik werd gewaarschuwd en na confirmatie bij de technicus kwam het misverstand boven water. Wel werd nog geprobeerd mij de schuld te geven, maar ik had het briefje met het foute callsign in zijn handschrift vliegensvlug uit de prullenbak gehaald. De reisafsluiting bestond uit het inleveren van ingevulde bladzijden van het radiodagboek en de staat met VHF-gesprekken.
Omdat het op de brug ontzettend druk was met allerlei officiële gasten, kon ik tijdens deze proefvaart niet eventjes het gebeuren vanaf de brug bekijken, zodat e.e.a. vanaf het dek moest gebeuren. Het op volle snelheid draaien (21 kts) was wel spectaculair; gelukkig was het mooi weer en was de zee rustig. Ik verzond die reis geen enkel telegram; alles ging per VHF of telefonie door middel van de brugtelefonie-installatie.
Restte mij nog QTP IJmuiden te geven aan Scheveningen Radio, de asbak te ledigen, de deur van de radiohut achter me dicht te trekken en aan dek te gaan genieten van de activiteiten in de sluizen en de vaart doorr het Noordzeekanaal naar Amsterdam.
Na aankomst te Amsterdam meldde ik me af bij de RH-inspectie aldaar en kreeg van de Inspecteur te horen, dat ik nòg een kustreis moest maken, maar dat nog niet bekend was met welk schip. Ik zou hierover nog wel een telegram thuis krijgen.
Glenlyon, homeward bound off the Portuguese coast, north of Cape St. Vincent.
She was the 21 knot pride of the fleet at the time.