Belgische rassen van peulgewassen

al dan niet verdwenen - variëteiten die wij bezitten zijn aangeduid met een

Sojaboon 'Morlanvia'

Late variëteit uit België rond de jaren 1950 met ronde, gele zaden. Planthoogte 80-90 cm.

Boon 'Antwerpse noordster' of 'Etoile du Nord d'Anvers'

Struiksnijboon met lange, brede, sabelvormige sluimen met draad, goede smaak.

Boon 'Belgische sabel' of 'Sabre de Belgique'

Lange en brede peulen met witte zaden.

Boon 'Géant de Van Celst'

Draadloze staakprinsessenboon met lange peulen.

Boon 'Goudhoorntje' of 'Corne d'Or'

Een gele struikboon die in de zaadcatalogus van Rodberg-Dermine (Jambes - 1939) als nieuwigheid werd aangekondigd.

Erwt 'Albert I'

Peulerwt van het zaadhuis Yernaux-Bertrand uit Namen. Een zeer productieve, dubbele peulerwt.

Erwt 'Calmart de Flandre'

Zeer productieve doperwt. Lange peulen met 7-8 witte, ronde zaden.

Erwt 'Eenbloem van Gentbrugge' of 'Uniflore de Gentbrugge'

Opmerkelijk vroege en doperwtvariëteit van voor 1850. De peul bevat 6-7 wittegroene erwten met een goede smaak.

Boon 'Koning der Belgen' of 'Roi des Belges'

Belgische ontwikkeling uit de jaren 1920 en genoemd als hommage aan Koning Albert I. ‘Koning der Belgen’ is een verbetering van ‘Zwarte Belgische’ of ‘Noir de Belgique’ ,

een zeer vroegrijpende struikboon die dateert uit 1839 en door een zekere M.Vibert werd geïntroduceerd. ‘Koning der Belgen’ is in meerdere landen geliefd omwille van zijn zeer vroege rijpheid. Ook als late teelt erg in trek.

Erwt 'Hoop van Gembloux' of 'Espoir de Gembloux'

Een creatie van het onderzoeksstation van Gembloux uit 1958. De plant wordt 60cm hoog en heeft groene, ronde zaden. De planten hebben een donker gebladerte en geven een grote opbrengst.

Erwt 'Institut de Gembloux'

Ras van het onderzoekscentrum van Gembloux met goed gevulde, gebogen schelpen en een uitstekende smaak.

Boon 'Leuvense snijboon'

Staaksnijboon. Brede groene peulen. Boon die goed aangepast is aan ons klimaat en trotseert natte zomers. Jong als prinsesseboon, in later stadium als snijboon gebruiken.

Erwt 'Léopold II'

Dit ras geeft lange peulen van bleke erwten die tegelijkertijd afrijpen. Léopold II is een ras ontwikkeld voor 1890.

Erwt 'Mechelse Gele Krombek' of 'Serpette Jaune de Malinnnes'

Witte erwt die graag door de industrie werd gebruikt.

Erwt 'Mechelse Groene Krombek' of 'Serpette Verte de Malines'

Boon 'Limbrugse vroege' of 'Vroege Limbrugse'

Een geelbruine struikprinsessenboon uit 1929, op de mart gebracht door Hollandse zaadhandel, die nog steeds veel wordt geteeld. Geapprecieerd omwille van zijn vroege oogst, goede ziekteresistentie en lekkere draadloze peulen.

Ras van omstreeks 1932 met goed gevulde, gebogen peulen. Zeer goed ras met een grote opbrengst.

Erwt 'Pois de Bivort'

Een oud ras en een variante van de 'Petit Pois de Paris', de vroegste en productiefste van allen. Genoemd naar de bekende 19de eeuwse pomoloog Alexander Bivort.

Boon 'Marymov'

Groenteverzamelaar Luc Fichot bekwam deze variëteit door het kruisen van 'Purple Queen' en 'Butterbean' in 1989 na 12 jaar selectie. Eigenaardig genoeg verkleuren de peulen naar geel bij het koken.

Boon 'Mechelse Markt' of 'Marché de Malines'

Mooie staaksprinsessenboon met lange, draadloze peulen.

Boon 'Mechelse Sabel' of 'Sabre de Malines'

Mechelse staaksnijboon.

Erwt 'Pois de Louvain' of 'Leuvense'

Een oud en vroeg, klimmend ras ontwikkeld door het Proefstation voor Groenteteelt te Gembloux. Het is een rijserwt van ca. 80 cm hoog.

Erwt 'Polette'

Een geelpeulig staak-peulerwtenras.

Erwt 'Sucre de Bruxelles'

geen beschrijving

Erwt 'Rénovation'

Een Belgische suikererwt met een opmerkelijk grote en vroege opbrengst. Ras van omstreeks 1930.

Erwt 'Très Hâtif de Tournay' of 'Vroegste van Doornik'

Zeer vroege erwtenras met een goede productiviteit van malse peulen. De zaden hebben een witte kleur.

Erwt 'Tweebloem van Gentbrugge'

Goede doperwt. Peulen met zeven ronde, witte zaden.

Erwt 'Vert de Flandre' of 'Vlaamse Groene'

Lange en draadloze peulerwt. De erwten zijn groen, rond en zeer zoet.

Erwt 'Vroege van Gent' of 'Hâtif de Gand'

Grote opbrengst, lange peulen en witte zaden.

Erwt 'Wonder van Vlaanderen' of 'Merveille des Flandres'

Interessante soort omwille van zijn enorme opbrengst en de lange, gebogen peulen (krombek-type).

Boon 'Mechelse Tros' of 'Grappe de Malines'

Zeer vroege en productieve variëteit met draadloze peulen. Een verbetering van de 'Mechelse Markt'

Boon 'Petit Perle de Malines'

Staakprinses met kleine, witte boontjes die op parels lijken.

Boon 'Princesse de Bruxelles'

Een vroege struikprinsesseboon met goede kwaliteit.

Boon 'Princesse de Flanders'

Een vroege en uiterst productieve staakprinses. De peulen zijn voorzien van talrijke, witte, ronde boontjes.

Boon 'Prinses va Hoei' of 'Princesse de Huy'

Een verbetering van 'Prinses' zonder draad. Geeft een goede opbrengst van groene, gebogen, lange peulen. Zaden zijn wit.

Boon 'Superlatif de Namur'

Prinsessenboon van zeer goede kwaliteit van omstreeks 1928 met gemarmerde bonen.

Boon 'Volmaaktheid van Tihange' of 'Perfection de Tihange'

Een halfvroege struikboonvariëteit van omstreeks 1930 zonder draden. Bij rijpheid zijn de bonen rond en wit. Dit ras geeft een goede opbrengst en smaak.

Tuinboon 'Driemaal Wit' of 'Trois Fois Blanche'

Hoewel aanvankelijk beschoud als Belgisch ras is dit waarschijnlijk een Nederlands ras ontwikkeld omstreeks 1903. Introductie in België omstreeks 1920 door 'Hollandsche Zaadhandel' uit Mechelen. De naam 'driemaal wit' slaat op de witte bloemen en de witte bonen die ook nog wit blijven na het koken.

Tuinboon 'Exelle'

Kleine tuinboon van 40-50cm hoog. De peulen bezitten 5-6 lichtbruine zaden.

Tuinboon 'Fève de la Campine Anversoise'

Geen beschrijving.

Boon 'Zwarte Belgische' of ‘Noir de Belgique

Een zeer vroegrijpende struikboon die dateert

uit 1839 en die aan de basis lag van de variëteit 'Roi des Belges'. Net als deze vorige zowel als vroege teelt als voor de late teelt bruikbaar.

Tuinboon 'Longue de Belgique'

Oud ras dat lange, brede peulen met grote zaden voortbrengt.

Tuinboon 'Minor'

Kleine tuinboon van 40-50cm hoog uit 1656, ontwikkeld door het onderzoeksinstituut van Gembloux. De peulen bezitten 5-6 donkerbruine zaden.