aardbei 'Triomphe de Gand'

Triomphe de Gand is een aardbei van onbekende herkomst van voor 1862. Volgens sommige bronnen zou het een zaailing zijn van Jean de Jonghe, maar als Brusselaar is het geen logische naam. In die tijd (1860-1870) kende men in België vier topzaaiers: Lorio, Haquin, Jean de Jonghe en de Gentenaar, Narcisse Gaujard. Misschien is het een zaailing van Gaujard? (mondeling, Guy Dirix, 2015)Wordt vermeld als niet te onderscheiden van 'Romeyn's Seedling'. Het was een variëteit met enorme vruchten die normaal gezien conisch zijn maar veelal afgeplat. Ze is blinkend, helderrood en witter wordend naar de kelk toe. Het vruchtvlees is sappig met een zeer goede smaak. Het zou eveneens een goede variëteit zijn voor een geforceerde teelt. De auteur is verder bijzonder lovend over 'Triomphe de Gand'. Hij vermeld het als volgt: 'This is the best, perhaps, of all the foreign varieties for general cultivation. In a good soil, with good culture, it seldom fails.' (J.M. MERRICK, jr, The Strawberry and Its Culture, 1870) Het was een zeer belangrijk ras voor de grootschalige productie. (The Illustrated Strawberry Culturist, 1862, E.Stappaerts, 1923 & F.Göschke, 1888)

Triomphe de Gand uit België is een grote, mooie variëteit met licht, karmozijnrode vruchten, een onverschillige smaak en een goede oogst. (The Horticulturist, And Journal Of Rural Art And Rural Taste, P. Barry, A. J. Downing, J. Jay Smith, Peter B. Mead, F. W. Woodward, Henry T. Williams)

Niet elke auteur was even lovend over 'Triomphe de Gand':

Het is vrij opmerkelijk dat deze variëteit, die zo gewaardeerd wordt in de VS, nauwelijks wordt vermeld in de Franse, Belgische en Britse aardbeiencatalogussen. Alleen in 'Rivers general fruit catalogue' wordt ze kort vermeld. Dit zou erop wijzen dat het minderwaardig zou zijn aan de meeste andere aardbeien van gelijkaardige variëteiten, zoals ook wij hebben ondervonden. De vrucht is groot, stomp conische, van regelmatige vorm, helder karmozijnrood, sappig, vast, een tekort aan smaak en parfum; de plant blijft lang vruchten vormen, maar met slechts een matig aantal bessen op een bepaald moment, de volledige oogst bedraagt niet meer dan een derde of de helft van de hoeveelheid van een gelijkaardige teelt van andere rassen, maar toch, net als alle anderen van die familie, kan de teelt niet slagen in open veld cultuur, tenzij in sommige warme en beschutte locaties, en dan moet de teelt vergezeld gaan van een variëtiet met meeldraden van zijn eigen 'pine'-familie. De telers die de variëteit grootschalig hebben aangeplant zijn teleurgesteld, zoals al het resultaat was met iedere andere variant van de 'pine' klasse. Het kan echter, met succes worden gekweekt in heuvels onder tuincultuur, in rijke bodem, indien zorgvuldig verzorgd. (Strawberries, Report of the commission of patents, 1862)