Overige bladgroenten

Fedia of Algiersla

Fedia cornucopiae, Valériane d'Algers, Speerkruid, Algiersla, Hoorn des overvloeds of Afrikaanse valeriaanen is een zeer oud en smakelijk bladgewas. Het wordt voor het eerste vermeld in 'Le Bon Jardinier' uit 1828. Vilmorin ontving dit plantje omstreeks 1843 en was zeer enthousiast: "Nous l'avons goûtée et fait goûter cet été à plusieurs personnes toutes l ont trouvée meilleure que la mâche." (Revue Horticole, 1843)

Fedia of Algiersla kan worden gezaaid van april tot augustus. De bladeren worden gegeten in salades. Het plantjes lijkt uiterlijk wat op veldsla en wordt tot 30cm groot.

Vreeken (2012) vermeldt het volgende op zijn website: "Een prachtig plantje uit Noord-Afrika, groeit bij ons eenjarig. Het basisblad lijkt op veldsla, maar dan dikker. Snij ze jong: smaakt heerlijk knapperig in de sla. De aparte smaak moet even wennen, kort wokken met knoflook is zeker lekker! Sierlijke trosjes met lilaroze bloemetjes maken het een mooi tuinplantje."

Ijskruid

IJskruid, Ficoïde glaciale, Ice Plant (Mesembryanthemum crystallinum) is een prachtige bladgroente met dik blad en bedekt met kristalachtige druppeltjes, die als een soort rijp op de bladeren liggen. Het is al eeuwen in cultuur (voor 1800). IJskruid wordt gegeten als spinazie en postelein of rauw in salades.

kervel 'Donkergroene Brusselse'

Donkergroene Brusselse, Cerfeuil d'Hiver de Bruxelles (Anthriscus cerefolium) werd voor het eerst vermeld in de catalogus van Victor Straps in 1925. Latere vermeldingen komen uit de catalogussen van Hollandia (1937) en Gonthier (1955-1961).

"Donkergroen. Schiet zeer langzaam in zaad. Te verkiezen voor zomerzaaingen." (Gonthier, 1961)

paardebloem 'Mosbladige'

Dit uiterst fijnbladig ras werd rond 1877 op de markt gebracht door het Franse zaadhuis Vilmorin-Andrieux, eerst als ‘Pissenlit frisée’, later in 1885 als ‘Pissenlit mousse amélioré’. Paardebloem is een ‘bleekgroente’. De oude benaming ‘molsalaad’ (molsla) verwijst naar het vroeger gebruik om in de lente in molshopen naar gebleekte paardebloembladeren te zoeken.

Emiel Stappaerts , leraar aan de Vilvoordse Tuinbouwschool, illustreert en beschrijft deze varieteit in zijn werk “Practische leergang over Groenteteelt” uit 1923 en 1946: “Schoone varieteit met fijn gekrulde bladeren”.

Race très distincte et vraiment intéressante comme Plante

Potagère; les feuilles y sont aussi nombreuses que dans le pissenlit à coeur plein et de plus elles sont frisées et contournées de telle sorte qu’elles blanchissent partiellement d’elles mêmes...” (tekst en cliché: Vilmorin-Andrieux, Les Plantes Potagères, Paris, 1890)

Rucola 'wilde'

Rucola is een klein en handig moestuinkruid. Jonge plantjes worden als smaakversterker gebruikt en gerechten of sala des. Rudola wordt ook als kiemplant gebruikt. Ook kan rucola gestoofd worden. De smaak is walnootachtig. Rucola heeft een hoog vitamine C gehalte, maar ook een hoog nitraatgehalte en moet daarom niet in grote hoeveelheden gegeten worden. Het is een snelle kiemer en kan vanaf het voorjaar tot de herfst worden geoogst. De bloemen trekken nuttige insecten aan.

Warmoes 'Perpetual Spinach'

'Perpetual Spinach' of 'Spinach beet' is al vanaf de helft van de 16de eeuw in cultuur in Groot-Brittannië. (The Suburban Horticulturist, 1842)Ze lijkt op biet en warmoes. De smaak en het uitzicht zijn meer dat van spinazie dan van warmoes.

Het is een soort die het zeer lang groeit zonder op te schieten, van de lente tot de daaropvolgende zomer.

Winterpostelein

Winterpostelein groeit op lichte bodems en is inheems in ons land. Het is een lekker bladgewas dat te oogsten is doorheen de winter. Zaai van april tot september voor een oogst vanaf half oktober tot eind maart.

zuring 'Large de Belleville'

Belleville is een dorp in de buurt van Parijs, waar deze groente vroeger massaal werd geteeld en aangevoerd op de gigantische Parijse 19 °eeuwse markthallen. Het is een zeer oud ras dat reeds gekend was in 1850.Fr.Burvenich geeft in zijn werk 'De Groenselteelt voor iedereen' uit 1878, twee interessante tips ivm. Zuring

(1) gebruik van zuring in de winter

De planten van zuring van Belleville, in de aarde gelegd, in ene warme en enigzins duistere plaats, geven 's winters een oogst bladeren, die bijna niet zuur zijn, en een met spinazie te vergelijken groente opleveren

(2) bewaren van zuring

Wanneer de zuringbladeren wel ontwikkeld zijn, moet men ze afsnijden en schoon maken; daarna legt men ze op een linnen in de schaduw of op een zolder om te drogen.

Men laat ze zo 24 uur een weinig verslensen ; daarna legt men ze in potten of tonnen op, met ze in dunne lagen te plaatsen, elke met een laag zout afwisselend. Wanneer men de bladeen wil gebruiken, wordt de nodige hoeveelheid eruit genomen, met koud water gewassen, gekookt en als spinazie bereid. De zuring heeft in die staat de zure smaak verloren en is zo aangenaam, als de beste spinazie

De bladeren van zuring zijn zeer zuur van smaak en worden gebruikt zoals spinazie, meestal voegt men ze bij deze laatste om den smaak wat te versterken, Ze worden ook gebruikt om groensoepen te bereiden. De Breedbladige van Belleville is de meest gekweekte varieteit; de bladeren zijn breed en lichtgroen gekleurd“ (Em.Stappaerts - Praktische leergang over Groenteteelt - Vilvoorde-1923) Info verzameld door Guy Dirix. (Cliché uit Vilmorin-Andrieux-1904)

Zwartmoeskervel

Zwartmoeskervel (Smyrnium olusatrum) is een zeldzame inheemse plant die al eeuwen als groente werd gebruikt. Blijkbaar werd de smaak van selder meer geapprecieerd, waardoor het gebruik van zwartmoeskervel als groente al voor 1900 quasi verdween. "Le Maceron est à peu près abandonnée aujourd'hui, le céleri en ayant pris dans tous les jardins." (uit Les Plantes Potagères, Vilmorin-Andrieux, 1883)Zwartmoeskervel is een schermbloemige. Als hij bloeit komt het bolvormige scherm tot 150 cm hoog, en trekken de geelgroene bloemetjes heel veel sluipwespen, zweefvliegen, gaasvliegen en andere nuttige beestjes aan. De bladeren hebben een sterke geur en smaak, die het midden houden tussen selder, zevenblad en engelwortel. Gebruik de jonge bladeren vooral als soepgroente. De stelen, vooral de jonge, smaken dan weer veel milder, en kun je bijvoorbeeld in een slaatje snipperen. Of even stoven in olijfolie, en afwerken met sojasaus en peper: mmm!

De plant is twee- tot driejarig. Als je vers zaad zaait in volle zomer, kiemt dat vrij snel. Een alternatief is: eenjarige wortels verplanten. Die wortels zijn zo dik en lang als een forse winterwortel; ze zijn ook eetbaar, en laten zich behoorlijk verplanten. Van de planten die hieruit voortkomen, kun je later je eigen zaad winnen.

Elke vruchtbare grond is wel geschikt voor deze oude groente; je kunt bijna het hele jaar door oogsten van de bladeren en de stelen; enkel tijdens hete zomerweken groeit zwartmoeskervel niet.

Je kunt de stelen en bladeren ook bleken door ze af te dekken met een flinke emmer. (bron: Lieven David - www.lusthof.org) (lith: 1795, Sowerby Botanical)