peer 'Gracioenpeer'
Synoniemen
Gracioenpeer, Gratioenen, Ratioenen, ...
Herkomst
Lokale, Belgische soort uit Zuid-Limburg die vooral eind 19de en begin 20ste eeuw voorkwam in de hoogstamboomgaarden.
Gelijkende soorten
?
Boom
Hoogstamvariëteit met een stevige, goed vertakte kroon.
Vrucht
vorm: Peervormig
steel: Lang en dun met een knotsje aan het uiteinde
kelk: Gesloten in een middelbrede en middeldiepe kelkholte met knobbelige randen.
schil: Groen met grote, omrande punten bezet over het hele oppervlak.
vlees: Droog en zoet.
Gebruik
Zeer goede droogpeer, geen dessetpeer. Ze werd in haver gedroogd ter vervaardiging van 'bakkemuizenvlaai'. Het is tevens een gewaardeerde strooppeer want ze geeft een vrij zoete, fel rekkende stroop met een mooie rode kleur.
Opmerking