Vergeten groentes van de Inca's

Een echte aanrader is het boek 'Lost crops of the Inca's', waar we onze inspiratie haalden voor het thema.

Knollen

Achira - Canna edulis

Heeft veel weg van een breedbladige lelie. De vlezige wortel bevat een goed verteerbaar zetmeel.

Ahipa - Pachyrhizus ahipaAhipa is een vlinderbloemige, maar anders dan erwten, bonen, en soja wordt ahipa vooral gekweekt voor zijn opgezwollen wortel. Binnenin is de wortel zoet en knapperig als een appel en een aangename toevoeging aan salades. Ook na het stomen of koken behouden ze hun knapperigheid.

Arracacha - Arracacia xanthorrhiza

Arracacha is botanisch gezien verwant met onze wortel en selder en heeft van beide soorten kenmerken. Ondergronds groeit immers een verdikte, gladde wortel en bovengronds lijkt de plant meer op een selder met dito smaak. De plant is rijk aan smaak en zou een van de lekkerste groentes ter wereld zijn. Arracacha wordt veel geteeld want hoewel hij langer moet groeien dan de moderna aardappelvariëteiten is de kost maar half zo groot.

Yacon 'Morado' in bloei - september 2012

Inleiding

In onze Westerse moestuinen zijn namen als Mashua, Ulluco, Yacon, Oca en Mauka tot op heden vrijwel onbekend. Eigenlijk ten onrechte, want veel van de groentes die van levensbelang waren en zijn voor de bevolking in het Andesgebergte kunnen ook bij ons voor een mooie oogst zorgen én een welgekome afwisseling vormen voor onze dagelijkse portie aardappels, waarvan de voorouders trouwens ook uit de Andes kwamen. Bovendien leidde de doorgedreven selectie en monoculturen ertoe dat ze ook voor voor ziektes gevoeliger werden. Toen de desastreuze aardappelplaag in Europa toesloeg leek het 'aardappeltijdperk' zelfs even voorgoed voorbij. 'Nieuwe' knollen uit de Andes werden aangereikt als mogelijke oplossing, maar bij het opkomen van chemische bestrijdingsmiddelen verdwenen ze even snel weer uit het beeld. Nochtans heeft de diversiteit aan knolgewassen uit de Andes nogal wat mogelijkheden. Hoogtijd om ze te ontdekken...

LEON, J. 1958. Proyecto sobre tubérculos andinos

Door de teelt op terrassen wordt erosie beperkt en kan eenvoudiger worden gewerkt en vruchtbare grond worden behouden. Sommige van deze terrassen zijn duizenden jaren oud en uitzonderlijk productief.

Granen

Kaniwa - Chenopodium pallidicaule

Kaniwa is een opmerkelijk belangrijk graangewas met een zeer hoge voedingswaarde dat gekweekt wordt in een van ’s wereld moeilijkste landbouwgebieden. Op grotere hoogtes is Kaniwa het enige betrouwbare graangewas omwille van de kouderesistentie, veel betrouwbaarder dan Maïs, Tarwe en Quinoa. Het zou een van de gemakkelijkste gewassen zijn, bestand tegen vorst, wind, plagen en Kaniwa geeft zelf een goede oogst als er niet naar wordt omgekeken. Ondanks de kleine granen van Kaniwa is het bijzonder eiwitrijk. In de Andes groeit Kaniwa als een soort ‘gewenst onkruid’ tussen andere gewassen in.

Kiwicha - Amaranthus caudatus

Kiwicha is bij ons beter bekend als Amarant (Kiwicha is Quechua, de taal van de Inca’s) en was in Amerika vroeger even verspreid als Maïs. Het is een van de mooiste gewassen ter wereld. Amarant is een zeer gemakkelijke teelt die bijna geen eisen stelt aan zijn omgeving. De kleine zaadjes kunnen gepoft worden. De zaden hebben een enorm hoge voedingswaarde met zeer veel eiwit en een quasi perfecte aminozuurbalans.

Maca - Lepidium meyeniiMaca is een vrijwel onbekende groente die hoger wordt geteeld dan vrijwel eender welke groente, bijvoorbeeld tot 4300m hoogte in het Noord-Peruviaanse Puna. Zelfs de

meeste van de oorspronkelijke volken uit de Andes kennen

deze knol niet. Nochtans zijn de dikke wortels van Maca met hun pikante smaak en stroperig aroma een delicatesse. De groeiplaats van Maca zit vol extremen, brandende zon, bijtende wind en ijzige koude. Op deze plaatsen is de onopvallende Maca de enige maar gelukkig ook uitermate gezonde groente die de lokale bevolking er kan telen.

Mashua - Tropaeolum tuberosum

Mashua of Knolcapucien is in de Andes waarschijnlijk de 4de belangrijkste knol na de aardappel, oca en ulluco. Het is een sterke plant en in de armste regio's is het soms de meest geteelde knol. Mashua, familie van de bekende Oost-Indische kers groeit er in de lokale tuinen vaak samen. Van alle Andes-knollen is Mashua er een van de eenvoudigste en meest opbrengende. Omwille van de weerstand tegen schadelijke insecten is het een interessante mengteelt. Rauw kunnde de knollen zeer scherp van smaak zijn, maar eens gekookt worden ze zoeter en smakelijk.

Mauka - Mirabilis expansa

Het is uitzonderlijk dat er nog nieuwe groentes worden ontdenkt. Dit was het geval begin 1960 toen een Boliviaanse wetenschapper er voor het eerst melding van maakte. Uiteindelijk werd Mauka slecht gevonden op 3 afgezondere lokaties, alleen boven 2700m hoogte. Mauka produceert proteïnerijke, verdikte wortels en kan groeien op plaatsen waar andere groentes zoals aardappels het loodje leggen. Mauka, het stapelvoedsel van de Maukallajta indianen is misschien wel de minst gekende en onderzochte groente ter wereld.

Oca - Oxalis tuberosa

In het Adesgebergte is enkel de Aardappel een belangrijker knolgewas dan Oca. Anders dan de wereldberoemde Aardappel is Oca echter bijna niet bekend. Oca zou nochtans voor een aangename afwisseling op het dieet kunnen zorgen met zijn felle kleuren en aangename smaak. Bij geschikte omstandigheden in de Andes kan Oca het dubbele van Aaardappels opbrengen. Door de daglengtegevoeligheid van Oca is de oogst in onze streken jammer genoeg veel kleiner. Het oxaalzuur dat in veel Oca-variëteiten aanwezig is verdwijnt bij koken en blootstelling aan de zon.

Aardappels - Solanum sp.

Quinoa - Chenopodium quinoa

Quinoa was bij de Inca’s zo belangrijk dat het als heilig werd beschouw. Quinoa is zo rijk aan proteïnes dat het in de lokale maaltijden vaak vlees vervangt. De zaden moeten worden gekookt of ontdaan van hun zaadhuid om de bittere, wateroplosbare saponinen te verwijderen.

Vlinderbloemigen

Nuñas - Phaseolus vulgaris

Veel mensen waren en zijn nog steeds voor een groot deel afhankelijk van bonen voor hun dagelijkse voeding. Maar zo hoog in de Andes was het moeilijker gewone bonen te koken, water kookt op grotere hoogtes immers bij een lagere temperatuur. De lokale bevolking teelt er een bijzondere soort ‘pof-boon’, die net als popcorn, poft wanneer ze verhit wordt. Van Ecuador tot Peru wordt Nuña boven de 2500m geteeld. De daglengte-gevoeligheid heeft er waarschijnlijk voor gezorgd dat deze bijzondere boon nog niet meer is verspreid.

De Aardappel is in de Andes reeds 8000 jaar in cultuur. Elke plek selecteerde de variëteiten die daar ter plekke het best groeiden. Momenteel bestaan er duizenden variëteiten, in alle kleuren en formaten. In sommige akkertjes in de Andes groeien bijna 200 variëteiten door elkaar. Ze hebben weinig gemeen met de Aardappel die wij kennen, ze zijn fel gekleurd, bobbelig en klein maar wel bijzonder smaakvol en gezond. De planten zijn stukken resistenter tegen ziektes en plagen. Duidelijk andere selectiecritera dan de Westerse. Waar wij enkel de grote, bruine, gave versie van Solanum tuberosum kennen, worden er in de Andes tal val andere soorten geteelt, zoals bijvoorbeeld de vorsresistentere S. ajanhuiri of de proteïnerijke S. Phureja.

Ulluco - Ullucus tuberosus

In enkele hooggelegen gebieden is Ulluco het belangrijkste knolgewas. Het zijn de mooiste en kleurrijkste van de knollen. De knappelige smaak blijft behouden bij het koken. De plant goeit goed, kan tegen lichte vorst, is ziektetollerant en geeft redelijke oogsten bij maginale groeiomstandigheden. In de Andes wordt Ulluco beschouwd als delicatesse.

Yacon - Polymnia edulis

Yacon is een nauwe verwant van de Zonnebloem en de Aardpeer. Het knolgewas produceert heerlijk zoete knollen en ook in ons klimaat is de opbrengst goed. Twee soorten knollen worden door deze plant gevormd. Kleine knollen, die zich onder de wortelkroon bevinden en zeer grote knollen die als energie opslag knollen fungeren. De knollen en planten vriezen in de winter dood. Anders dan andere knolgewassen wordt koolstof bij Yacon opgeslangen onder de vorm van Inuline, wat interessant is voor diabestes patiënten.

Tarwi - Lupinus mutabilis Het is vreemd dat een plant als Tarwi, Chocho, Andeslupine of Eetbare lupine niet meer verspreid is in de wereld. De zaden bevatten meer dan 40% proteïnen. Het bevat tevens 20% olie, evenveel als Soja, waarmee tevens kan gekookt worden. Voor de Indianen die in de hooglanden van de Andes leven vormen Aardappels, Maïs, Quinoa en Tarwi de basis van hun voedsel. Tarwi is een interessante ‘pionier’ die de bodem losser en vruchtbaarder maakt. De bittere zaden zorgden waarschijnlijk voor de beperkte verspreiding. Hoewel de bittere alkaloïden wateroplosbaar zijn. Oorspronkelijk werden ze enkele dagen in stromend water gelegd.