safarke soort limonade van vroeger, met speciale sluiting (een soort grote marbel j'ès schau van de schaaë van de schaaë = hij is bang van de schaduw van de schouw !! :-)sautse zielig ventje ... (t)s'auve(n)s 's avonds ... schaaë 1. schouw 2. schaduw ... schau 1. bang 2. schade ... beluister het audiofragment onderaan met de naam "schau.wav": betekenis: "hij is bang voor de schaduw van de schouw" scha(u)pelierke hangertje met beeltenis van heilige ... schijte (de), schijterije diarree ... schoenmaukers platte waterkevers ... schofzak zak voor maaltijd op werk, ook eetzak genaamd ... schor(re)ls schotels, vuile afwas ... schorreluis keuken, schotelhuis ... schriëmen - schriëmmuile wenen, huilen ... schupp'n schoppen ... schusse schors, bast (van boom) ... schusseniëlen schorseneren ... sebieldenbak bak waarin de (half)verbrande kolen werden gezift sebiet direct, onmiddellijk, dadelijk ... selau salade ... serlotten sjalotten ... sesietses worsten ... sèskes stuipen ... sieslootse (met .... spreken) lispelen, slissen ... slaupduuëze langslaper ... sleboàrze snater ... sloketisse (jonge)hagedis, salamander ... snieë sneeuw ... snoefàppel vrucht vd aardappelplant(na de bloei) ... s'noens 's middags ... snottekisse (snotkaars) slijm (snot) dat uit de neus hangt s'nuchtings 's morgens ... soarze - sarze deken ... spau spade ... spauën kotsen, braken ... spiëkelen spuwen ... spurte sport van ladder of stoel ... stausse station ... stoeffer(e) 1. opschepper 2. "stoefferke" was een zakdoekje dat men in de bovenzak van de vest stak stoelke zitje achterop fiets ... stroatvau(g)ere straatveger (borstel met ruwe haren) ... suikerije suikerijkruid witloof ... sünlig(t)ziëpe blok zeep (meestal vh merk Sunlight) waarvan schilfers geschraapt werden |